Canada: een groot en leeg land

Hoofdstuk 1 Canada: Dichtbij en veraf
1.1 Een groot en leeg land
1 / 19
suivant
Slide 1: Diapositive
AardrijkskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 19 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 90 min

Éléments de cette leçon

Hoofdstuk 1 Canada: Dichtbij en veraf
1.1 Een groot en leeg land

Slide 1 - Diapositive

Je weet waar in Canada de meeste en minste mensen wonen. 
Wat gaan we doen vandaag?
- Inloggen op de methode
- Leerdoelen en introductie weekthema
- Groepsopdracht
- Lezen
- Aan de slag! 
- Afsluiting
- Reflectie

Slide 2 - Diapositive

Je weet waar in Canada de meeste en minste mensen wonen. 
Inloggen op de methode ‘De geo online’

Slide 3 - Diapositive

Je weet waar in Canada de meeste en minste mensen wonen. 
Leerdoelen
- Je weet waar in Canada de meeste en minste mensen wonen. 
- Je weet wat het verschil is tussen overzichts- en thematische kaarten. 
- Je weet hoe je een kaart moet aflezen door gebruik te maken van vier kaart onderdelen.
- Je weet de topografie van Canada.

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Vidéo

Je ziet hier de titel van de kaart. De titel heeft een onderwerp en is dus een thematische kaart. Het onderwerp van deze kaart is de bevolkingsdichtheid van Canada. Deze kaart laat dus het gemiddelde aantal inwoners per vierkante kilometer (inw/km2) in Canada zien. 

Slide 7 - Diapositive

Hier zie je de schaal van de kaart. Een schaal geeft aan hoeveel een gebied op een kaart is verkleind.

Schaal is alleen maar een verhouding.
Sommige mensen denken dat "schaal" iets te maken heeft met centimeters, maar dat is onjuist. Als iets op schaal getekend is, geeft de schaal de verhouding aan tussen de tekening en de werkelijkheid.

Bij een schaal van 1:100 is een centimeter op de kaart 100 cm in werkelijkheid.
Maar ook is bij een schaal van 1:100 een millimeter op de kaart 100 mm in werkelijkheid.
En bij diezelfde schaal is de lengte van een gebouw in werkelijkheid 100 keer zo groot.

Een fietskaart met een schaal van 1:50.000
Elke afstand op de kaart is in werkelijkheid 50.000 keer zo groot.
1 cm op de kaart = 50.000 cm = 500 m = 0,5 km
2 cm op de kaart = 1 km
 


In een kaart staat soms een noordpijl. Als er geen noordpijl staat, is de bovenkant van de kaart het noorden.


Dit is de titel van de kaart. Deze vind je vaak in de legenda van een kaart terug. 
Alle symbolen en kleuren hiernaast zijn de legenda van de kaart. Dat is de uitleg van de betekenis van de kleuren en de symbolen op een kaart. In deze legenda zie je bijvoorbeeld dat een rode kleur op de kaart betekend dat het gebied een hoogteligging heeft van 3000m of meer. Dit betekend dat dat gebied dus hoger ligt dan 3000meter!! 

Slide 8 - Diapositive

Groepsopdracht
- 5min. de tijd/ We doen dit in ZS
- Ieder persoon uit de groep maakt 1 opdracht over het schaalberekenen (wordt uitgedeeld)
- Tips staan op het bord
- Tel, als iedereen zijn som heeft gemaakt, alle antwoorden bij elkaar op en houdt je eind antwoord geheim voor de andere groepjes.. dit antwoord heb je later nog nodig

Slide 9 - Diapositive

Groepsopdracht
Schaalberekenen: 
1. Wat is de schaal van de kaart? Hoeveel km is dat in de werkelijkheid (-5 nullen of delen door 100 000)
2. Wat is de afstand tussen de twee plaatsen in cm’s? (meet de afstand op met je liniaal) 
3. schaal in km (stap 1) x afstand in cm (stap 2) = afstand in de werkelijkheid
timer
5:00

Slide 10 - Diapositive

Inloggen in lessonup - klas 1VGZ1
1. Ga op je laptop naar www.lessonup.nl
2. Klik vandaag op ‘inloggen’ als leerling. 
3. Log in met office 365. Dit is je leerlingnummer@calandlyceum.nl en je wachtwoord.
4. Klik links in je scherm op ‘klassen’ en voeg jezelf toe aan de klas: rzlcp
timer
5:00

Slide 11 - Diapositive

Inloggen in lessonup - klas 1VGZ1
1. Ga op je laptop naar www.lessonup.nl
2. voer de pincode invan deze les
timer
5:00

Slide 12 - Diapositive

Stel dat je al deze afstanden aflegt tijdens een weekendje weg in Calgary. Tel alle antwoorden van je groep bij elkaar op. Op welk antwoord komen jullie dan uit? Hoeveel km hebben jullie gelopen in de werkelijkheid? Rond af op vier getallen na de komma!

Slide 13 - Question ouverte

Zelfstandig in stilte
timer
10:00
Lees in ZS paragraaf 1 op blz. 8 en 9 van het lesboek

Eerder klaar dan het belletje? 
Doe je laptop open en ga aan de slag met op de opdrachten van paragraaf 1. Kijk op je skillstree welke opdrachten je moet maken. je mag zelf kiezen welke opdracht je als eerste doet. 
(itslearning - methode - de geo - hoofdstuk 1 - paragraaf 1.1)

Slide 14 - Diapositive

Zelfstandig fluisteren
timer
10:00
Lees in ZS paragraaf 1 op blz. 8 en 9 van het lesboek

Eerder klaar dan het belletje? 
Doe je laptop open en ga aan de slag met op de opdrachten van paragraaf 1. Kijk op je skillstree welke opdrachten je moet maken. je mag zelf kiezen welke opdracht je als eerste doet. 
(itslearning - methode - de geo - hoofdstuk 1 - paragraaf 1.1)

Slide 15 - Diapositive

Plannen
- Pak je agenda
- De volgende keer moet je voor aardrijkskunde paragraaf 1 af hebben en hebben nagekeken. 
- Maak in je agenda een planning. Op welke dag ga je aardrijkskunde maken? Welke opdrachten ga je dan doen?
Doe het bijv. in je agenda zo:
AK: par 1.1  m. Opdr. 2,3,4
timer
10:00

Slide 16 - Diapositive

De paardensprong
Maak met de paardensprong een woord van acht letters. Sleep daarna de letters naar de vakjes zodat het woord zichtbaar wordt. 
Het paard in het schaakspel beweegt 2 velden horizontaal met 1 veld verticaal of een beweging van 2 velden verticaal met 1 veld horizontaal. 

Er ontstaat bij een paardensprong altijd een L-vorm.
N
O
P
R
L
O
D
IJ

Slide 17 - Question de remorquage

De paardensprong
Maak met de paardensprong een woord van acht letters. Sleep daarna de letters naar de vakjes zodat het woord zichtbaar wordt. 
Het paard in het schaakspel beweegt 2 velden horizontaal met 1 veld verticaal of een beweging van 2 velden verticaal met 1 veld horizontaal. 

Er ontstaat bij een paardensprong altijd een L-vorm.
E
N
D
E
I
B
E
G

Slide 18 - Question de remorquage

Wat heb je vandaag geleerd in deze les over vrijheid?

Slide 19 - Question ouverte