2023-01-23 Groep A-rood

Programma
Huiswerk nakijken
Wat herhalen we deze les?
Het persoonlijk voornaamwoord en
de trappen van vergelijking!
Tekst lezen: Is beroemd zijn leuk of lastig?
Woorden film oefenen
Huiswerk woensdag 25 januari
1 / 20
suivant
Slide 1: Diapositive
NT2Middelbare schoolhavoLeerjaar 1

Cette leçon contient 20 diapositives, avec diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Programma
Huiswerk nakijken
Wat herhalen we deze les?
Het persoonlijk voornaamwoord en
de trappen van vergelijking!
Tekst lezen: Is beroemd zijn leuk of lastig?
Woorden film oefenen
Huiswerk woensdag 25 januari

Slide 1 - Diapositive

Huiswerk nakijken
Klare Taal 
verkleinwoorden blz. les 21 nr. 1 t/m 4
blz. 63

Slide 2 - Diapositive

Het persoonlijk voornaamwoord
Lees de volgende tekst.

Wat zijn de persoonlijke voornaamwoorden?

Schrijf ze op het wisbordje!

Slide 3 - Diapositive

Het persoonlijk voornaamwoord
Ik kijk naar mijn moeder.
Ze kijkt ook naar mij.
We gaan naar onze buren.
Zij wachten al op ons.
We bellen ze eerst nog even op.
Komen jullie nog? Vragen ze.
En nemen jullie jullie hond mee?

Slide 4 - Diapositive

Het persoonlijk voornaamwoord
Ik kijk naar mijn moeder.
Ze kijkt ook naar mij.
We gaan naar onze buren.
Zij wachten al op ons.
We bellen ze eerst nog even op.
Komen jullie nog? Vragen ze.
En nemen jullie jullie hond mee?

Slide 5 - Diapositive

Persoonlijk voornaamwoord
Staat er in de zin geen voorzetsel?
Wie ziet hij?
Hij ziet .........

dan:
mij / me, jou / je, u, haar, hem, ons, jullie, hen / hun / ze


Slide 6 - Diapositive

Persoonlijk voornaamwoord
Staat er in de zin wel een voorzetsel?
Van wie is dit boek? 
Dat boek is van .......

dan:
mij, jou, u, haar, hem, ons, jullie en hen

Slide 7 - Diapositive

Persoonlijk voornaamwoord
Is het enkelvoud voor dingen en personen dan
het of hem

Is het meervoud voor dingen en personen dan
ze


Slide 8 - Diapositive

Opdracht vul in het, hem of ze
Heb je het boek bij je? Ik heb  ........  nodig!
Waar is mijn bril? Ik zie  .........  niet!
Is dat je broer? Ja, dat is  ....... !
Waar zijn mijn sokken? Ik zie ....... niet!
Waar zijn Jan en Patrick? Ik zie  ......  niet!

Slide 9 - Diapositive

Huiswerk
Klare taal!
In de les maak in tweetallen de oefeningen 1 t/m 4 op blz. 59.
Van iedere oefening de eerste twee de rest is huiswerk.
De Taalschool blz. 70 en 71.
Van A tot Zin blz. 68 opdracht 2 en 3
Van A tot Zin blz. 69 opdracht 5

Slide 10 - Diapositive

Trappen van vergelijking
Ik vind wiskunde moeilijker dan Engels.

Slide 11 - Diapositive

Trappen van vergelijking
moeilijk                          moeilijker                 het moeilijkst
leuk
dik
groot
aardig                       

Slide 12 - Diapositive

Trappen van vergelijking
Let op!

Lekker                          lekkerder                                het lekkerst
duur                              duurder                                   het duurst

Slide 13 - Diapositive

Trappen van vergelijking
Onregelmatig!
goed
graag
weinig
veel

Slide 14 - Diapositive

Trappen van vergelijking
goed                                               beter                                  het best
graag                                              liever                                  het liefst
weinig                                            minder                              het minst
veel                                                  meer                                  het meest

Slide 15 - Diapositive

Vergelijkingen
Ik vind bananen lekkerder dan appels.
Ik ben langer dan jij.
Ik vind peren net zo lekker als appels.
Ik vind peren even lekker als appels.

Slide 16 - Diapositive

Opdracht in tweetallen!
Bedenk een paar onderwerpen die je kunt vergelijken.

Wat vind je leuker? - gamen of lezen?
Wat vind je moeilijker? - Nederlands of Engels?

Slide 17 - Diapositive

Leestekst
Is beroemd zijn leuk of lastig?

Slide 18 - Diapositive

Woorden oefenen
Oranje omschrijven
Groen uitbeelden
Rood liplezen
Blauw tekenen

Slide 19 - Diapositive

Woensdag 25 januari!
Huiswerk
persoonlijk voornaamwoord en 
Werkblad trappen van vergelijking inleveren! 
Taalschool maken blz. 77 en 78 opdracht 1 t/m 6.


Slide 20 - Diapositive