Paragraaf 2 Europa in de wereld

Europa in de wereld
1 / 32
suivant
Slide 1: Diapositive
EconomieMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 2

Cette leçon contient 32 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Europa in de wereld

Slide 1 - Diapositive

Planning
  • Voorkennis
  • Lesdoel
  • Protectie - invoerrechten - internationale handel - vrijhandel
  • Zelf aan de slag 

Slide 2 - Diapositive

Lesdoel
Na deze les kun je uitleggen welke invloed de Europese Unie heeft op de Nederlandse handel en de wereldhandel.

Slide 3 - Diapositive

Wanneer heb je een sterke concurrentiepositie?

Slide 4 - Diapositive

  • Betere producten maakt.
  • goedkoper bent dan de concurrent
Wat is hiervan dan het gevolg?




export stijgt, we verkopen meer aan het buitenland. Import daalt. De werkgelegenheid stijgt

Slide 5 - Diapositive

Overheid wil Nederlandse bedrijven beschermen tegen concurrentie uit buitenland. Hoe?

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Vidéo

Protectie
  • Protectie ( maatregelen van de overheid om de import van producten tegen te werken)
  • Subsidie op export
  • Invoerrechten op import

Slide 8 - Diapositive

nadeel vrijhandel
Door buitenlandse concurrentie kunnen bedrijven failliet gaan.

Slide 9 - Diapositive

Invoerrechten
De EU probeert de invoer van producten uit landen buiten de EU te verminderen door het heffen van invoerrechten. 
Invoerrechten: belasting die je aan de grens betaalt voor het invoeren van producten

Slide 10 - Diapositive

Invoerrechten
Landen binnen de Europese Unie betalen geen invoerrechten.

Slide 11 - Diapositive

Sleep de onderstaande beweringen in de blauwe vakjes naar de juiste rode vakjes. Zorg ervoor dat je de letter altijd in het vakje plaatst! 
JUIST
ONJUIST
Invoerrecht is een ander woord voor importbelasting
Als Nederland invoerrechten heft, worden producten van buiten de EU goedkoper

Slide 12 - Question de remorquage

Invoerrechten zijn
A
een belasting
B
een subsidie

Slide 13 - Quiz

Wel of geen invoerrechten
betaal je invoerrechten als je een online een computer in de VS koopt
A
Je betaalt wel invoerrechten
B
je betaalt geen invoerrechten

Slide 14 - Quiz

Bekijk de film in de volgende dia helemaal want er volgen vragen over de film.

Slide 15 - Diapositive

Niet alle Europese landen zijn lid van de Europese Unie.
Welk land is geen lid?
A
Cyprus
B
Litouwen
C
Slovenië
D
Zwitserland

Slide 16 - Quiz


Welk land zal in 2019 waarschijnlijk de Europese Unie verlaten?
A
België
B
Groot Brittannië
C
Kroatië
D
Zwitserland

Slide 17 - Quiz

Slide 18 - Vidéo

Vrijhandel : Handel binnen de Europese Unie zonder belemmeringen.


Concurrentiepositie beschermen van fabrikanten en landbouwers in de Europese Unie

Slide 19 - Diapositive

Wel of geen invoerrechten
betaal je invoerrechten als je kleding bij een bedrijf in Italië koopt?
A
Je betaalt wel invoerrechten
B
Je betaalt geen invoerrechten

Slide 20 - Quiz

Vrijhandel is handel van goederen
A
zonder belemmeringen
B
zonder vervoerdkosten
C
met invoerrechten
D
met subsidie

Slide 21 - Quiz

Welk woord past 'binnen' of 'buiten' de EU?
Binnen de EU
Buiten de EU
Vrijhandel
Protectie

Slide 22 - Question de remorquage

Afspraken binnen de EU
  • Vrij verkeer van goederen en diensten -->


  • Vrij verkeer van personen -->


  • Vrij verkeer van kapitaal ---> 

Slide 23 - Diapositive

INTERNATIONALE HANDEL

Slide 24 - Diapositive

Internationale handel 

De import en export tussen landen.

Slide 25 - Diapositive

Als wij iets verkopen naar het buitenland noem je dat:
A
Importeren
B
Exporteren
C
internationale handel
D
verkopen

Slide 26 - Quiz

Internationale handel is:
A
importeren
B
exporteren
C
doorvoeren
D
alle onder a, b en c genoemde dingen

Slide 27 - Quiz

Wat is geen vorm van internationale handel?
A
Nederland verkoopt aan China.
B
Duitsland koopt van Nederland.
C
Brussel koopt van Londen.
D
Amsterdam verkoopt aan Eindhoven.

Slide 28 - Quiz

Waarom is er eigenlijk internationale handel?
A
Omdat vervoer meestal niet duur is
B
Omdat landen allemaal hetzelfde maken
C
Vanwege de prijs-kwaliteits verschillen in landen
D
Omdat bedrijven in meerdere landen actief willen zijn

Slide 29 - Quiz

Hoeveel landen zijn lid van de Europese Unie?
A
25
B
26
C
27
D
28

Slide 30 - Quiz

Hoofdstuk 8 paragraaf  2
maken 1 tot met 6
en 8 tot met 12

Slide 31 - Diapositive

einde

Slide 32 - Diapositive