Import en export (7.1)

Import en export -  7.1
1 / 36
suivant
Slide 1: Diapositive
EconomieMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 36 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Import en export -  7.1

Slide 1 - Diapositive

Doelen van deze les
Na deze les kun je:
  • weet je wat internationale handel is
  • weet je waarom we exporteren/importeren
  • weet je wat het verschil is tussen open en gesloten economie
  • rekenen met vreemde valuta

Slide 2 - Diapositive

9

Slide 3 - Vidéo

01:34
Geef een voorbeeld van wat wij exporteren.

Slide 4 - Question ouverte

01:34
Geef voorbeelden van wat wij importeren.

Slide 5 - Question ouverte

01:34
Met welke landen handelt Nederland volgens jou allemaal?

Slide 6 - Carte mentale

02:06
Import (invoer)
  • het kopen van goederen en diensten uit het buitenland
  • Redenen: 
  • goedkopere productie
  • betere kwaliteit
  • wij hebben de grondstoffen niet
  • ons klimaat is ongeschikt
  • wij willen meer keuze

Slide 7 - Diapositive

02:49
Export (uitvoer)
  • het verkopen van goederen en diensten aan het buitenland
  • Redenen: 
  • meer afzet ->
  • hogere productie ->
  • meer banen ->
  • stijging inkomens ->

Slide 8 - Diapositive

03:15
Wederuitvoer
  • goederen worden eerst ingevoerd en zonder (of met kleine) bewerking weer doorverkocht aan het buitenland

Slide 9 - Diapositive

03:44
Hoef je nog niet te weten voor 2M

Slide 10 - Diapositive

04:19
Dit is wel belangrijk in 2M

Slide 11 - Diapositive

04:51
Open economie
  • een land met in verhouding veel import en export
  • bijv. Nederland
Gesloten economie
  • een land met in verhouding weinig import en export
  • bijv. Noord-Korea

Slide 12 - Diapositive

Internationale handel
  • bedrijven kopen producten uit het buitenland of verkopen producten aan het buitenland
Vraag 3
(blz 188)
Vraag 4
(blz 188)

Slide 13 - Diapositive

Export (uitvoer)
  • het verkopen van goederen en diensten aan het buitenland
  • Redenen: 
  • meer afzet ->
  • hogere productie ->
  • meer banen ->
  • stijging inkomens ->
Vraag 6
(blz 189)
Vraag 8
(blz 189)

Slide 14 - Diapositive

Wederuitvoer
  • goederen worden eerst ingevoerd en zonder (of met kleine) bewerking weer doorverkocht aan het buitenland

Slide 15 - Diapositive

Open economie
  • een land met in verhouding veel import en export
  • bijv. Nederland
Gesloten economie
  • een land met in verhouding weinig import en export
  • bijv. Noord-Korea
Vraag 11
(blz 190)

Slide 16 - Diapositive

0

Slide 17 - Vidéo

Deze les leer je:
  • Wat vreemd geld is
  • Hoe je geld kunt omrekenen

Slide 18 - Diapositive

Vreemd geld (= vreemde valuta)
  •  geld van landen die niet de euro hebben
  • je kunt omrekenen mbv de wisselkoers
Eurolanden

Slide 19 - Diapositive

Wisselkoers
  • de prijs van de ene munt uitgedrukt in een andere munteenheid
  • bijvoorbeeld € 1 = $ 1,1263
  • nadelen:
  • wisselkoers kan veranderen
  • je betaald kosten voor het omwisselen
  • je moet altijd omrekenen

Slide 20 - Diapositive

formule van vv naar euro
VV  --> €
VV/koers = €
vreemde valuta gedeeld door de koers = euro

Slide 21 - Diapositive

even oefenen

Slide 22 - Diapositive

Je koopt op vakantie in Amerika een t-shirt voor $ 15. Hoeveel kost dit t-shirt in euro's als de wisselkoers
€ 1 = $ 1,1263 is

Slide 23 - Question ouverte

formule: van euro naar vv
€ --> VV
€ x koers = VV
euro vermenigvuldigd met de koers = vreemde valuta

Slide 24 - Diapositive

Een Japanner koopt in de Keukenhof een zakje bollen voor € 5,=. Hoeveel betaald hij in Japanse Yen?
Wisselkoers: € 1 = Yen 121,688

Slide 25 - Question ouverte

IMPORT
EXPORT

Slide 26 - Question de remorquage

Wat is wederuitvoer??

Slide 27 - Question ouverte

Wat betekend: export?

Slide 28 - Carte mentale

Waarom is export belangrijk
voor Nederland?

Slide 29 - Question ouverte

Import of export?
"Action" koopt producten uit China

A
Import
B
Export

Slide 30 - Quiz

Waarom importeert
Nederland?

Slide 31 - Carte mentale

Voordeel van Internationale
handel?

Slide 32 - Question ouverte

Wat is een open economie?
A
dichte grenzen
B
open grenzen
C
helemaal geen grenzen
D
Afhankelijk van de import en de export

Slide 33 - Quiz

Welk land heeft een
gesloten Economie?

Slide 34 - Carte mentale

Wat weet jij van vreemd
geld?

Slide 35 - Carte mentale

Als de wisselkoers van de € stijgt,
dan ...
A
wordt de € duurder
B
dan wordt de € goedkoper

Slide 36 - Quiz