Nederlands les III
1 / 22
La durée de la leçon est: 30 minÉléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Slide 2 - Diapositive
Slide 3 - Vidéo
Slide 4 - Diapositive
Het koppelteken
Wanneer plaats je er een?
Wanneer plaats je er een?
Slide 5 - Carte mentale
Hoe vind je het meewerkend voorwerp?
Slide 6 - Carte mentale
Op grond van wat bepaal je
of een samentrekking goed of
fout is? Noem drie zaken.
of een samentrekking goed of
fout is? Noem drie zaken.
Slide 7 - Carte mentale
Hoe vind je het lijdend voorwerp?
Slide 8 - Carte mentale
De door ... gecheckte gegevens worden doorgegeven.
stopwatch
00:00
A
hun
B
hen
C
zij
D
Slide 9 - Quiz
Is de beknopte bijzin goed of fout? Licht kort toe
Naar de rechtswinkel lopend begon het hard te regenen.
Naar de rechtswinkel lopend begon het hard te regenen.
Slide 10 - Question ouverte
Benoem het zinsdeel: een hand
De medewerker van het juridisch loket geeft de client een hand.
De medewerker van het juridisch loket geeft de client een hand.
Slide 11 - Question ouverte
Benoem het zinsdeel: een gigantische caseload
De medewerkers van het UWV hebben een gigantische caseload op dit moment.
De medewerkers van het UWV hebben een gigantische caseload op dit moment.
Slide 12 - Question ouverte
Heb je ......... gevraagd of je ....... mocht interviewen?
A
hun, hun
B
hen, hen
C
hun, hen
D
hen, hun
Slide 13 - Quiz
Benoem het zinsdeel: aan wie
Aan wie heb je de informatie over de zaal verteld?
Aan wie heb je de informatie over de zaal verteld?
Slide 14 - Question ouverte
Correctie of foutieve samentrekking? Leg uit waarom!
De klantmanager bood mij wat te drinken en zijn excuses aan.
De klantmanager bood mij wat te drinken en zijn excuses aan.
Slide 15 - Question ouverte
Maak nu een zin met een foutieve samentrekking met de constructie:
'op hebben'
'op hebben'
Slide 16 - Question ouverte
Na gegeten te hebben, werd de afwas gedaan.
Slide 17 - Question ouverte
Slide 18 - Diapositive
Stel een vraag over iets dat je deze les nog niet zo goed hebt begrepen
Slide 19 - Question ouverte
Ik vond de les
A
saai
B
inspirerend
C
slecht
D
prima
Slide 20 - Quiz
Wat heb je in de les gemist?
