KUA herhalen cultuur van het Moderne scn

Cultuur van het Moderne
Herhalen
1 / 30
suivant
Slide 1: Diapositive
Kunst AlgemeenMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 4,5

Cette leçon contient 30 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

Éléments de cette leçon

Cultuur van het Moderne
Herhalen

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 2 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

nieuwe ontwikkelingen
begin 20e eeuw

Slide 3 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe komen kunstenaars tot abstractie?

Slide 4 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Bij welke stromingen wordt geabstraheerd? /komt abstractie voor?

Slide 5 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

de Stijl
futurisme
kubisme
constructivisme
surrealisme
dada
expressionisme

Slide 6 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Noem de gevolgen van het ontstaan van de fotografie voor kunst

Slide 7 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Welk begrip hoort bij moderne vooruitstrevende kunst
A
Fin de sciecle
B
Rationalisme
C
Avant Garde
D
Romantiek

Slide 8 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is "de Salon"
A
Een groep kunstenaars die zich toelegde op het schilderen van portretten
B
Een overzichtstentoonstelling waarin de academie de kunst presentereert
C
Een thema uit de kunst waarin impressionistische kunstenaars gespecialiseerd waren
D
Een voorbeeld van de Chicago school

Slide 9 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Welk nieuw materiaal kwam ten tonele in de bouwkunst en droeg bij aan het 'form follows function' principe?

Slide 10 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat voor nieuwe gedachten ontwikkelde zich in de psychologie?
Welke invloed heeft dat op de kunst?

Slide 11 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

voorbeelden muziek 1900-1950

Slide 12 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

 JAZZ


Jazz is ontstaan uit een combinatie van Blues, (african) spirituals, Ragtime & Europese muziek (klassieke muziek en  europese instrumenten.

Slide 13 - Diapositive

INFO:
jazz is een muziekstijl met een rijke en boeiende historie.

Vandaag de dag wordt jazz door veel mensen als ‘intellectuele’ muziek beschouwd en ‘cultureel hoogstaand’. Dat staat eigenlijk in schril contrast met de oorsprong van het woord ‘jazz’. Van oorsprong werd de naam ‘jazz’ (destijds geschreven als ‘jass’) namelijk gebezigd voor de muziek die werd gespeeld in de bordelen van de wijk Storyville in New Orleans. 


0

Slide 14 - Vidéo

We bekijken een het nummer 'So What' van Miles Davis. Kijk en luister goed. De volgende twee vragen gaan hierover.
VRAAG 5: welk instrument bespeelt Miles Davis hier?

Slide 15 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

VRAAG 6: de ritme sectie in het nummer bestaat uit?
A
Alleen drums
B
Alleen contrabas
C
Contrabas & drums
D
Contrabas, drums & piano

Slide 16 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Accent op een "onverwacht" moment (uit de tel/puls)
A
Swing
B
Scatten
C
Syncope
D
Blue notes

Slide 17 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Blues 
  • muziek van onderdrukte bevolkingsgroep
  • Onderwerp blues vaak over de ellende van de zwarte bevolking
  • naam blues komt voort uit ' I am Feeling blue': bedroefd

Slide 18 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Blues kenmerken 
  • Inhoud: neerslachtige karakter → afspiegeling van toenmalige zorgelijke situatie van dagelijks leven → na afschaffing van slavernij is hij vrij, maar heeft geen rechten
  • Slepend tempo → langzame swing-beweging (subtiel uit de maat, spannende timing) met uitroepen (‘call and response’)
  • Uitvoering: ‘Blue notes’ → noten die in combinatie met de begeleidingsakkoorden een spanning oproepen, ‘Dirty intonation’ → rauw, schrapend stemgeluid, vast akkoordenschema- 12 maten schema dat continu herhaald wordt

Slide 19 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Jazz kenmerken
1. Solo met improvisatie (scatten)
2. Zang waar tekst en precieze melodie geheel los kunnen staan
3. SYNCOPE!!! is een ritme waarbij een of meer tonen niet op de tel of puls vallen, waardoor een of meer normale accenten verlegd worden.
4. Blues, Bluenotes (dirty intonation)
5. Swing, in vierkwartsmaat de 8 achtsten –de eerste achtste worden langer gespeeld dan de tweede
6. Typische bezetting: drums, bas, trompet, trombone en saxofoon

Slide 20 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke kenmerken passen bij
het Modernisme?
A
traditioneel, kwaliteit, waarneming
B
consumptie maatschappij, alledaags
C
experimenteel, expressief, radicaal, primitief, onderbewuste
D
inhoudsloos, onbegrensde mogelijkheden.

Slide 21 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke jaartallen horen er bij
het Modernisme?
A
1850-1900
B
1900-1950
C
1950-2000
D
2000- heden

Slide 22 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Leg uit hoe de fotografie een rol speelt in het ontstaan van abstracte kunst.

Slide 23 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is een manifest? En waarom wil je die schrijven?

Slide 24 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 25 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 26 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Expressionisme
Futurisme
De Stijl
Kubisme
Dadaïsme

Slide 27 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Expressionisme
Futurisme
Kubisme
Surrealisme
Dadaïsme

Slide 28 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke stroming hoort  waarbij?
intuitief, het verstand op nul, het gevoel uitdrukken
analyse, zoeken naar essentie, met het verstand (ratio)
Bauhaus
De Stijl
Expressionisme
Futurisme
Kubisme
Constructivisme
Fauvisme

Slide 29 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke gebeurtenis markeert het einde van de cultuur van het moderne?

Slide 30 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions