mavo 3 par 1.4: Bacteriën

m3 Ordenen
        Bacteriën
Info gebruikt van:
Malmberg methode Biologie en verzorging voor jou
Biologiepagina.nl
Bioplek.org
Biologieweb.nl
e.a. 
1 / 36
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvmbo k, g, t, mavoLeerjaar 1

Cette leçon contient 36 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

m3 Ordenen
        Bacteriën
Info gebruikt van:
Malmberg methode Biologie en verzorging voor jou
Biologiepagina.nl
Bioplek.org
Biologieweb.nl
e.a. 

Slide 1 - Diapositive

Leerdoel

1.  Je leert dat een bacterie ééncellig is

2. Je leert hoe bacteriën zich voortplanten

3. Je leert op welke manieren bacteriën nuttig kunnen zijn

3. Je leert op welke manieren bacteriën schadelijk kunnen zijn



Slide 2 - Diapositive

Het vertakkingsschema: 
even herhalen

Slide 3 - Diapositive

Bacteriën
Bacteriën hebben geen celkernen wel een celwand. Ze zijn eencellig, dat betekent dat ze uit 1 cel bestaan. Ze zijn zo klein dat je ze met een gewone microscoop alleen als kleine puntjes of streepjes ziet. 
                                          

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Vidéo

Voortplanting 
van bacteriën
Bacteriën planten zich voort door te delen.
Hoe ze dat doen?

1.  Eén bacterie deelt in tweeën.
2.  Die 2 groeien totdat ze weer even groot zijn.
3.  Dan gaan die 2 zich ook weer delen.
4.  Dan zijn er 4 en die gaan zich ook weer delen......

Als de omstandigheden gunstig zijn kunnen bacteriën zich elk half uur delen. Er moet dan voedsel en vocht zijn en de temperatuur moet goed zijn. Dan kan elke bacterie uitgroeien tot een hele grote groep. 
Zo'n groep noem je een bacteriekolonie. 
Een bacteriekolonie kun je met het blote oog zien.


Slide 8 - Diapositive

Nuttige bacteriën

Slide 9 - Diapositive

De meeste bacteriën voeden zich met resten van dode organismen. 
Zo ruimen bacteriën andere organismen op. 
Het menselijk lichaam telt 10 x meer bacteriën dan cellen
Het menselijk lichaam telt 10x meer bacterien dan cellen
In de darmen zitten ontzettend veel bacteriën. De meeste zijn nuttig. 
Ze helpen bij het verteren van voedsel.
Door de goede, nuttige bacteriën hebben schadelijke bacteriën geen kans. De nuttige bacteriën beschermen de huid.
In je mond zitten
 25 x meer bacteriën 
dan er mensen op de aarde leven.

Slide 10 - Diapositive

Voedsel maken

Bacteriën kunnen een rol hebben bij het maken van voedsel.

Die speciale bacteriën worden gebruikt bij het maken van voedingsmiddelen

Slide 11 - Diapositive

Schadelijke bacteriën
Voedsel bestaat uit (delen van) organismen.
Voorbeelden hiervan zijn: vlees, vis, fruit en groenten. Voor bacteriën is dat voedsel, daarom kunnen ze daar goed op leven. 
Het voedsel gaat daardoor bederven en als wij dat bedorven voedsel eten, kunnen we daarvan ziek worden.

Er zijn bepaalde soorten bacteriën die mensen ziek kunnen maken. De huisarts zal dan een antibioticum voorschrijven.
Dat antibioticum dood de schadelijke bacteriën.

Een voorbeeld is penicilline maar er zijn meer antibiotica.
longontsteking
blaasontsteking

Slide 12 - Diapositive

Aan het werk
We kijken Klokhuis bacteriën
Lezen en maken par. 1.4

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Lien

Een schimmel is een
A
producent
B
consument
C
afvaleter
D
reducent

Slide 15 - Quiz

Het verschil tussen pasteuriseren en steriliseren van melk is
A
de temperatuur
B
de duur van verhitten
C
de temperatuur en duur van verhitten
D
er is geen verschil

Slide 16 - Quiz

Gist is een
A
ééncellige schimmel
B
meercellige schimmel
C
ééncellige bacterie
D
meercellige bacterie

Slide 17 - Quiz

Bacteriën hebben
A
wel een celwand geen celkern wel bladgroenkorrels
B
wel een celwand wel een celkern geen bladgroenkorrels
C
geen celwand geen celkern wel bladgroenkorrels
D
wel een celwand geen celkern geen bladgroenkorrels

Slide 18 - Quiz

Een bacterie
A
bestaat uit een bacteriekolonie
B
bestaat uit een klein groepje cellen
C
bestaat uit 1 cel
D
is geen cel

Slide 19 - Quiz

Roy zegt: Bacteriën planten
zich voort door deling

Emily zegt dat bacteriën zich voeden met dode resten van organismen
A
beide waar
B
beide nietwaar
C
Roy: waar Emily: niet waar
D
Roy: niet waar Emily: waar

Slide 20 - Quiz

Bacteriën
A
zijn nuttig omdat ze een beschermende laag op je huid vormen
B
zijn nuttig voor de natuur, ruimen (resten) van organismen op
C
zijn nuttig omdat ze voorkomen dat het glazuur van je tanden wordt aangetast
D
A, B en C zijn waar

Slide 21 - Quiz


Veel bacteriën kunnen zich snel voortplanten bij tropische temperaturen. Bij lage temperaturen groeien bacteriën heel langzaam. Als het schadelijke bacteriën betreft dan kan dat problemen opleveren. Daarom is het belangrijk om veel voedingsmiddelen in de koelkast te bewaren. Komen ze weer buiten de koelkast, dan gaan bacteriën weer sneller delen.
A
Bij een bepaalde temperatuur planten bacteriën zich sneller voort
B
Bacteriën delen zich bij elke temperatuur met hetzelfde tempo
C
Bacteriën kunnen zich wel delen maar niet voortplanten
D
Er zijn alleen slechte bacteriën, ze zijn niet nuttig

Slide 22 - Quiz

Hoe koop, kook en bewaar je op een veilige manier je eten?
Salmonella is een bacterie die veel voorkomt in dieren, vooral in pluimvee en varkens. Hij leeft vooral in de darm van zulke dieren, maar kan via de ontlasting bijna overal voorkomen. Mensen kunnen ook drager zijn van de bacterie. Als zij onhygiënisch omgaan met eten en drinken, kunnen zij de besmetting overdragen. Salmonella kan voorkomen in diverse levensmiddelen. De meeste bekende voorbeelden zijn rauw vlees, rauw ei, rauwe groente en fruit.
A
De salmonella bacterie is een nuttige bacterie
B
De salmonella bacterie kan NIET door mensen worden overgedragen.
C
De salmonella bacterie is een ziekmakende bacterie
D
De salmonella bacterie zorgt voor de lekkere smaak van bijv. vlees, ei en groente

Slide 23 - Quiz

Bij warm weer leg je voedsel in de koelkast
A
omdat het voedsel dan beter smaakt
B
ziekmakende bacteriën kunnen zich dan minder voortplanten
C
het hoeft niet, eigenlijk is dat onzin
D
gezonde bacteriën blijven dan beter aanwezig in het voedsel

Slide 24 - Quiz


Arco zegt:
Je ziet hier een petrischaaltje

Eya zegt: Je ziet hier bacteriën
A
Beide waar
B
Beide nietwaar
C
Arco: waar Eya: nietwaar
D
Arco: nietwaar Eya: waar

Slide 25 - Quiz


Stefan zegt:
Je ziet hier bacteriekolonies

Tonie zegt: Je ziet hier een voedingsbodem
A
Beide waar
B
Beide nietwaar
C
Daphne: waar Dewi: nietwaar
D
Daphne: nietwaar Dewi: waar

Slide 26 - Quiz

Op kweek zetten van urine.

De urine wordt in het laboratorium op voedingsbodems op kweek gezet bij 37°C. Dit is voor de meeste bacteriën de ideale temperatuur om te groeien. Na 24 - 48 uur groeit elke bacterie uit tot een bacteriekolonie. Als er kolonies te zien zijn, is er sprake van een urineweginfectie. (blaasontsteking). Een microbiologisch analist beoordeelt de voedingsbodems. De huisarts krijgt de uitslag van de kweek en schrijft een antibiotica kuur voor.
A
Antibiotica doodt bacteriën
B
Antibiotica zorgt ervoor dat de bacteriën beter te zien zijn door de analist
C
Antibiotica stimuleert de voortplanting van bacteriën
D
Antibiotica zorgt ervoor dat bacteriën zich minder snel voortplanten

Slide 27 - Quiz

Bacteriën kunnen zich elke 30 minuten delen. Als er één is:

Roy zegt: Na 2 uur zijn er dan al 16
Tess zegt:
Na 4 uur zijn er dan al 256

A
Beide waar
B
Beide nietwaar
C
Roy: waar Tess: nietwaar
D
Roy: nietwaar Tess: waar

Slide 28 - Quiz

Een paar dagen na het zwemmen hebben deze meiden een oorontsteking en krijgen ze antibiotica.
Wat is NIET waar?
A
waarschijnlijk waren er bacteriën in het open water aanwezig
B
De antibiotica doodt zowel schadelijke als nuttig bacteriën
C
De antibiotica doodt alleen schadelijke bacteriën
D
De antibiotica helpt tegen de oorontsteking

Slide 29 - Quiz

Mayke zegt dat sla kan bederven door bacteriën, het stinkt dan.

Görkem zegt dat bij de bereiding van yoghurt bacteriën worden gebruikt
A
Beide waar
B
Beide nietwaar
C
Mayke: waar Görkem: nietwaar
D
Mayke: nietwaar Görkem: waar

Slide 30 - Quiz


Mw. Wielaard heeft een bacteriële longontsteking.
4 Leerlingen krijgen daarna last van hun luchtwegen. Kunnen zij een longontsteking hebben?
A
ja want de longontsteking van Mw. Wielaard is besmettelijk
B
nee, want de longontsteking van Mw. Wielaard is niet besmettelijk

Slide 31 - Quiz



Dit product is gemaakt met bacteriën.

zuurkool
A
ja
B
nee
C
soms wel
D
soms niet

Slide 32 - Quiz

Leerdoel

1.  Je weet en kunt uitleggen dat een bacterie ééncellig is

2. Je  weet en kunt uitleggen hoe bacteriën zich voortplanten

3. Je  weet en kunt uitleggen op welke manieren bacteriën nuttig kunnen zijn

3. Je  weet en kunt uitleggen op welke manieren bacteriën schadelijk kunnen zijn



Slide 33 - Diapositive

Wat weet jij over bacteriën?

Slide 34 - Carte mentale

Wat vind je nog lastig?
Hoe ga je dat aanpakken?

Slide 35 - Carte mentale

Yoghurt

Hoe wordt dat eigenlijk gemaakt?

Maak een piccolage
Leg aan een groepje of de klas uit hoe yoghurt gemaakt wordt.

Slide 36 - Diapositive