Quiz

• Biologie
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 4

Chromosomen

Wisbordjes

• Teken één chromosoom (gespiraliseerd)
• Teken één chromosomenpaar
• Teken twee chromosomen
  
• Teken twee chromosomenparen
• Teken één cel met celkern en drie chromosomenparen

Mitose

.

.

.

.

.

.

• 3 - 6 - 8 - 1 - 5 - 7 - 4 - 2 

Mitose

Celdeling of kerndeling? 

Welk hormoon wordt met 2 aangegeven?

1. LH
2. FSH
3. Oestrogeen
4. Progesteron

Hiernaast is de hormonale regeling van de voortplanting bij de vrouw schematisch weergegeven. De pijlen geven een stimulerende of een remmende invloed weer.
In welk van de volgende organen wordt hormoon C gemaakt?

1. Eierstokken
2. Baarmoeder
3. Testes
4. Hypofyse

Wat wordt bedoeld met: een cel is 2n?

1. De cel heeft chromosomen met twee chromatiden
2. De cel heeft twee chromosomen.
3. De cel heeft n paren chromosomen
4. De cel heeft twee paar chromosomen.

Welk hormoon wordt met 3 aangegeven?

1. LH
2. FSH
3. Oestrogeen
4. Progesteron

Welk kenmerk is een primaire geslachtskenmerk bij de man?

1. Penis
2. Borsthaar
3. Schaamhaar
4. Baard in de keel

Hoeveel chromosomen zijn er aanwezig in een lever cel?

1. 46
2. 23
3. 48
4. 10000

Tijdens welke fase splitsen de chromosomen paren en word de cel daarmee haploid?

1. mitose
2. meiose 1
3. meiose 2
4. Interfase

Welke hormoon of welke hormonen worden in dit orgaan gemaakt?

1. Progesteron
2. FSH en LH
3. Testosteron
4. FSH

Welk type celdeling zag je in de video?

1. Mitose
2. Meiose

Zet in de goede volgorde

Tijdens de embryonale ontwikkeling vinden klievingen plaats.
Waar vinden de eerste klievingen bij de mens plaats? Wordt het embryo door deze klievingen duidelijk groter?

1. Klievingen vinden plaats in de eileider en het embryo wordt niet groter.
2. Klievingen vinden plaats in de baarmoeder en het embryo wordt groter.
3. Klievingen vinden plaats in de eileider en het embryo wordt groter.
4. Klievingen vinden plaats in de baarmoeder en het embryo wordt niet groter.

Hiernaast is de hormonale regeling van de voortplanting bij de vrouw schematisch weergegeven. De pijlen geven een stimulerende of een remmende invloed weer.
Welk van de pijlen 5 t/m 7 geeft of welke pijlen geven een remmende werking weer?

1. allemaal
2. 6 en 7
3. 5 en 6
4. geen

Welk van onderstaande cellen is haploid?

1. Stuifmeelkorrels
2. Bloemzaadjes
3. Spermacellen
4. Huidcellen