Interview

Interview
Ben jij wel eens geïnterviewd?
Heb jij wel eens iemand geïnterviewd?
1 / 19
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 2

Cette leçon contient 19 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Interview
Ben jij wel eens geïnterviewd?
Heb jij wel eens iemand geïnterviewd?

Slide 1 - Diapositive

Doel van deze les
Je weet de kenmerken van een interview.
Je leest een interview. 
Je weet wat open en gesloten vragen zijn. 

Slide 2 - Diapositive

Een interview

Slide 3 - Diapositive

Wat ga je doen?
1. We gaan een interview kijken.
2. We gaan een interview lezen.
3. Je gaat een interview bedenken en uitvoeren. 

Slide 4 - Diapositive

Interview
In een interview stelt een interviewer vragen aan iemand (de geïnterviewde) om informatie te krijgen over een bepaald onderwerp. Interviews kun je lezen in kranten en tijdschriften en op internet.

Slide 5 - Diapositive

Lezen interview

Slide 6 - Diapositive

Wie wordt er geïnterviewd?

Slide 7 - Question ouverte

Hoe herken je de vragen en de antwoorden?

Slide 8 - Question ouverte

Wat wordt bedoeld met Spotify Statistieken?
A
De gegevens over Antoon zijn liedjes op Spotify
B
Het album op Spotify
C
Hoe hij zingt op Spotify
D
De andere artiesten van Spotify

Slide 9 - Quiz

Als je iets forceert werkt het sowieso niet.
Wat is forceren?
A
iets proberen
B
iets vrijwillig doen
C
iets raden
D
iets dwingen

Slide 10 - Quiz

Wat is het tekstdoel van dit interview?
A
overtuigen
B
amuseren
C
informeren
D
instrueren

Slide 11 - Quiz

Open en gesloten vragen

Slide 12 - Diapositive

Welke klopt?
A
Op een open vraag antwoord je alleen met ja of nee.
B
Op een gesloten vraag antwoord je met een verhaal.
C
Op een open vraag antwoord je heel uitgebreid.
D
Op een gesloten vraag antwoord je heel uitgebreid.

Slide 13 - Quiz

Open vraag
  • Je antwoordt uitgebreid. 
  • Je geeft je mening of informatie.

Voorbeeld: 
Hoe was je vakantie?
Vertel eens: wat wil je later worden?
Gesloten vraag
  • Je geeft maar beperkt antwoord, bijvoorbeeld: ja/nee.
  • Je vraagt dit als je gericht antwoord wil hebben. 
Voorbeeld: 
Wat is je leeftijd?
Houd je van bloemkool?







Slide 14 - Diapositive

Wat is je favoriete kleur?
Gesloten vraag
Open vraag

Slide 15 - Sondage

Hoe was je weekend?
Gesloten vraag
Open vraag

Slide 16 - Sondage

Wil je koffie of thee?
Gesloten vraag
Open vraag

Slide 17 - Sondage

Wat vind jij zo lekker dan aan koffie?
Gesloten vraag
Open vraag

Slide 18 - Sondage

Aan de slag
Maken: zakelijke teksten perron 4
Tot opdracht 14. 

Slide 19 - Diapositive