Qu'est-ce que LessonUp
Rechercher
Canaux
Connectez-vous
S'inscrire
‹
Revenir à la recherche
Alle woordsoorten klas 3
Welkom!
Leg alvast klaar:
je iPad (dicht)
1 / 19
suivant
Slide 1:
Diapositive
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
Cette leçon contient
19 diapositives
, avec
quiz interactifs
et
diapositives de texte
.
La durée de la leçon est:
30 min
Commencer la leçon
Partager
Imprimer la leçon
Éléments de cette leçon
Welkom!
Leg alvast klaar:
je iPad (dicht)
Slide 1 - Diapositive
Woordsoorten klas 3 (herhaling)
Slide 2 - Diapositive
In deze les
Grammatica woordsoorten herhaling
Theorie
Test
Slide 3 - Diapositive
Grammatica woordsoorten
Woorden van een zin verdelen in woordsoorten.
Je benoemt elk woord afzonderlijk.
Het gaat om de
functie
van het woord in de zin: niet om de betekenis.
Slide 4 - Diapositive
Bekende woordsoorten
lw = lidwoord
bn = bijvoeglijk naamwoord
zn = zelfstandig naamwoord
ww = werkwoord
vz = voorzetsel
vw = voegwoord
Slide 5 - Diapositive
Lidwoord (lw)
de, het, een
Deze staat meestal voor een zelfstandig naamwoord.
De fiets
Het huis
Een auto
Slide 6 - Diapositive
Sleep de kenmerken van de woordsoorten naar de juiste woordsoort.
Zelfstandig naamwoord
Bijvoeglijk naamwoord
Woord voor een mens, dier, plant, ding of gevoel.
Heeft meestal een enkelvoud en een meervoud.
Je kunt er vaak een verkleinwoord van maken.
Je kunt er meestal de, het of een voor zetten.
Een eigennaam is een vorm van deze woordsoort.
Deze woordsoort zegt iets over het ZN.
Deze woordsoort staat meestal vóór het ZN.
Deze woordsoort heeft een korte en een lange vorm.
Je kunt vaak de trappen van vergelijking erop toepassen.
Er bestaat ook een stoffelijke variant van deze woordsoort.
Slide 7 - Question de remorquage
Zelfstandig naamwoord (ZN)
Woord voor een mens, dier, plant, ding of gevoel.
Je kunt er vaak een verkleinwoord van maken.
Je kunt er meestal de, het of een voor zetten.
Het heeft vaak een vorm voor enkelvoud en meervoud.
Een eigennaam is ook een ZN.
Bijvoeglijk naamwoord (BN)
Zegt iets over het ZN.
Kan voor of achter het ZN staan.
Het BN heeft vaak een korte en een lange vorm (met -e).
Een BN kent meestal de trappen van vergelijking.
Een stoffelijk BN zegt van welk materiaal iets gemaakt is.
Slide 8 - Diapositive
Werkwoord (ww)
Zegt wat iets of iemand doet of wat er gebeurt.
In een zin staat ten minste één werkwoord.
Een werkwoord heeft verschillende vormen:
ga, gaat, gaan, ging, gingen, gegaan.
Slide 9 - Diapositive
"Ik zag twee vliegen vliegen."
Hoeveel werkwoorden in deze zin?
A
1
B
2
C
3
D
4
Slide 10 - Quiz
"Vissen willen zich nogal eens in netten verstikken."
Hoeveel werkwoorden in deze zin?
A
1
B
2
C
3
D
4
Slide 11 - Quiz
Waar kan de vogel zitten?
[...] de kast.
timer
1:00
Slide 12 - Question ouverte
Wat kun je ervoor zetten?
[...] de vakantie.
timer
1:00
Slide 13 - Question ouverte
Voornaamwoorden
Voorzetsel (VZ)
Geeft een plaats, tijd of reden/oorzaak aan.
Staat meestal vóór een lidwoord of voornaamwoord.
Een VZ kan ook achter een zelfstandig naamwoord staan.
Een VZ kan deel zijn van een vaste combinatie of uitdrukking.
- in de kast (vz - lw - zn)
- op mijn bed (vz - voornaamwoord - zn)
- in het zuiden van Nederland (vz - lw - zn - vz - zn)
- Kees wacht op Kim. (zn - ww - vz - zn)
Slide 14 - Diapositive
Voegwoord (vw)
De zinnen van een samengestelde zin,
plak je meestal aan elkaar met een voegwoord.
Bijvoorbeeld:
en, maar, want, of, dat, omdat, als, toen, hoewel, terwijl.
Slide 15 - Diapositive
Welk voegwoord past ertussen?
Tim voetbalt goed, ...... ik voetbal beter.
A
hoewel
B
want
C
maar
D
als
Slide 16 - Quiz
Welk voegwoord past ertussen?
.... Tim in jouw team zit, win je sowieso.
A
hoewel
B
want
C
maar
D
als
Slide 17 - Quiz
create.kahoot.it
Slide 18 - Lien
Einde
Slide 19 - Diapositive
Plus de leçons comme celle-ci
2TH Grammatica Woordsoorten herhaling
Septembre 2024
- Leçon avec
13 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vmbo t, havo
Leerjaar 1
2F: Werkblad inleveren
Mai 2021
- Leçon avec
18 diapositives
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
2TH Grammatica Woordsoorten herhaling
Juin 2023
- Leçon avec
20 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vmbo t, havo
Leerjaar 1
2TH Grammatica Woordsoorten herhaling
Juin 2021
- Leçon avec
17 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vmbo t, havo
Leerjaar 1
Grammatica WS 1 en 3 Herhaling en Voegwoord
Avril 2024
- Leçon avec
28 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vmbo k, t
Leerjaar 2
Alle woordsoorten klas 1
Février 2021
- Leçon avec
19 diapositives
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
H3: Grammatica
Février 2022
- Leçon avec
18 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 3
woordsoorten: lw, tw, ww, vz, bn, zn, vw, psv, bzv
Août 2024
- Leçon avec
21 diapositives
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 1