1.2 Plantenrijk

1.2 Plantenrijk
1 / 42
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

Cette leçon contient 42 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 3 vidéos.

Éléments de cette leçon

1.2 Plantenrijk

Slide 1 - Diapositive

Wat gaan we doen?
Uitleg 1.2
Leerdoel checken
Nakijken 1.1 t/m 1.3 m.b.v. antw boek
Microscoop

Slide 2 - Diapositive

Doel van de les
  • Je leert waar een plant uit bestaat
  • Je leert hoe een plantencel er uit ziet
  • Je leert hoe planten stevig blijven
  • Je leert wat de grootste en kleinste planten zijn

Slide 3 - Diapositive

organen van een plant
  • Wortel
  • Stengel
  • Bladeren
  • Bloem

Cellen met dezelfde vorm en taak vormen een weefsel

Slide 4 - Diapositive

organisme - orgaan - weefsel - cel
Organisme
Orgaan
Weefsel
Cel

Slide 5 - Diapositive

De plantencel, celkern
celkern:
ligt in het cytoplasma. 
In de celkern zit het erfelijk materiaal van de plant. 

Slide 6 - Diapositive

De plantencel, Cytoplasma
Cytoplasma:
Hierin drijven de onderdelen binnenin de plantencel. Het bestaat uit water met opgeloste stoffen. 

Slide 7 - Diapositive

De plantencel, celmembraan
Het celmembraan:
Een dun vlies die om de buitenkant van een cel zit.
Houdt alle onderdelen van de plantencel bij elkaar.

Slide 8 - Diapositive

De plantencel, celwand
De celwand:
Een stevig laagje om de cel heen.
Celwanden zorgen voor de stevigheid in plantencellen. 

Slide 9 - Diapositive

De plantencel, vacuole
Vacuole:
Dit is een blaasje gevuld met vocht. 

Deze loopt leeg als een plant te weinig vocht krijgt, waarna de plant slap gaat hangen. 

Bij kruid- of houtachtigen?

Slide 10 - Diapositive

De plantencel, bladgroenkorrels
Bladgroenkorrels:
Geeft de plant zijn groene kleur.
Hier vindt de fotosynthese plaats. 

Fotosynthese is belangrijk voor planten, dieren en mensen.

Slide 11 - Diapositive

Celkern
Vacuole
Bladgroenkorrel
Cytoplasma
Celmembraan
Celwand

Slide 12 - Question de remorquage

Transport in de plant

Slide 13 - Diapositive

Uitleg vaatbundels
De houtvaten hebben de kleurstof omhoog vervoerd

Slide 14 - Diapositive

Stengel 
De stengel heeft een aantal functies.
  • draagt de bladeren
  • geeft stevigheid
  • als de stengel groen is kan fotosynthese ook in de stengel plaatsvinden
  • belangrijkste functie is transport van water en voedingsstoffen 
De student kent de functie van de stengel en kan deze toelichten in relatie tot de sapstroom 

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Diapositive

Slide 19 - Diapositive

Slide 20 - Diapositive

Kleinste plant
Grootste plant

Slide 21 - Diapositive

Wat is de belangrijkste (!) functie van de stengel van een plant?
A
Fotosynthese
B
Opname van stoffen uit de grond
C
Vervoeren van stoffen
D
Voortplanting

Slide 22 - Quiz

Welke organen heeft een plant?
A
wortels, vaten, stengel, bladeren
B
wortels,stengel, bladeren,bloemen
C
wortels,stengel,bloemen
D
wortels,bladgroenkorrels,bloemen

Slide 23 - Quiz

Hebben plantaardige cellen cytoplasma?

A
ja
B
nee

Slide 24 - Quiz

Fotosynthese vindt plaats in...
A
de bladgroenkorrels
B
cytoplasma
C
celkern
D
celmembraan

Slide 25 - Quiz

Hoe heet deel 4?
A
celmembraan
B
vacuole
C
celwand
D
cytoplasma

Slide 26 - Quiz


Hoe heet nr 3?

A
cytoplasma
B
grote vacuole
C
bladgroenkorrel
D
celkern

Slide 27 - Quiz

Een struik is een houtachtige/kruidachtige plant.
A
Houtachtige
B
Kruidachtige

Slide 28 - Quiz

Nakijken
Nakijken 1.1 t/m 1.3
Met een andere kleur pen en verbeter je antwoorden. 
Heb je een vraag over de opdrachten stel deze aan je docent. Leer van je fouten.
timer
10:00

Slide 29 - Diapositive

Microscopie

Slide 30 - Diapositive

In deze les leer je de onderdelen van een microscoop kennen.
Leerdoel

Slide 31 - Diapositive

Slide 32 - Vidéo

De microscoop

oculair = een ooglens, vergroot 10x
tubus = houder van het oculair
revolver = draaibaar magazijn voor de objectieven
objectief = lens in de revolver. Vergroot 4x, 10x en 40x
tafel = hierop ligt het preparaat
statief = hieraan houd je de microscoop vast bij vervoeren
stelschroef = hiermee stel je het beeld scherp. Er is een grote stelschroef en een fijne stelschroef.
lamp = lichtbron
diafragma = hiermee regel je de hoeveelheid licht
voet = hierop staat de microscoop

Slide 33 - Diapositive

Slide 34 - Vidéo

Door welk gedeelte van de microscoop kijk je?
A
diafragma
B
objectief
C
oculair
D
revolver

Slide 35 - Quiz

revolver
objectief
oculair
tubus
draaibaar magazijn
houder van het oculair
ooglens, vergroot 10x
lens, vergroot 4x, 10x en 40x

Slide 36 - Question de remorquage

Wat is de functie van het 'diafragma' van de microscoop?
A
het preparaat vergroten
B
hoeveelheid licht regelen
C
microscoop aan vastpakken
D
microscoop aan/uit zetten

Slide 37 - Quiz

Waarvoor zijn de objectieven van de microscoop?
A
beeld vergroten
B
hoeveelheid licht regelen
C
scherp beeld
D
stevigheid

Slide 38 - Quiz

voet
stelschroef
diafragma
tafel
objectief
tubus

Slide 39 - Question de remorquage

0

Slide 40 - Vidéo

Microscopie

Slide 41 - Diapositive

Microscoop

Slide 42 - Diapositive