Week 3 - Verhaalanalyse

1 / 27
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

Cette leçon contient 27 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Het alwetend perspectief is het meest betrouwbare perspectief.
A
Waar
B
Onwaar

Slide 3 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is een auctoriaal perspectief?
A
Het verhaal wordt verteld vanuit de hoofdpersoon.
B
Het verhaal wordt verteld vanuit iemand buiten het verhaal.
C
synoniem voor ik-perspectief
D
synoniem voor personaal-perspectief

Slide 4 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Welk perspectief?
A
Ik-perspectief
B
Hij/zij perspectief
C
Alwetende verteller

Slide 5 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is de overeenkomst tussen een ik-perspectief en een personaal perspectief?
A
Het verhaal wordt vanuit één persoon verteld
B
Het verhaal wordt verteld door een ik-persoon
C
Degene die het verhaal vertelt weet alles van iedereen
D
Er is geen overeenkomst

Slide 6 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Je leest over de 
gevoelens en gedachten
Weinig aandacht
Uiterlijk moet je
vaak zelf bedenken
Helper of tegenstander
Uiterlijk 
wordt beschreven
Geen gevoelens of gedachten
Veel aandacht
Hoofdpersoon
Bijpersoon

Slide 7 - Question de remorquage

Wat hoort bij een hoofdpersoon en wat hoort bij een bijpersoon? Sleep de zinnen in het midden naar de juiste categorie; hp of bp. 
Hoofdpersoon
Bijpersoon
Kenmerken
Heeft een dienende rol
Karakter is nauwelijks uitgewerkt
Flat character
Round character
Compleet en geloofwaardig
Uitgewerkt karakter

Slide 8 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is chronologisch?
A
een eng dier
B
een soort metaal
C
gebeurtenissen in de juiste volgorde beschrijven
D
een boekdrukkunst

Slide 18 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Chronologsich
Niet-chronologisch
Terugverwijzing
Vooruitwijzing
Flashback
onderbreekt de chronologische volgorde. Gaat voor een langer stuk tekst terug in de tijd. 
Een mededeling over iets wat later zal gebeuren.
Volgens het verloop van de tijd.
Een verwijzing naar iets wat eerder gebeurde in een paar zinnen.
Niet in de goede volgorde verteld. 

Slide 19 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Chronologisch 
Niet-chronologisch
Terugverwijzing
Flashback
Vooruitwijzing

Slide 20 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 21 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 22 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 23 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 24 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 25 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 26 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 27 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions