3.3 lezen (les 4) 4.3 opstarten

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 3

Welkom!

Leg alvast klaar:

• je iPad (DICHT)
• je leerwerkboek deel B

Planning

• Quizje theorie 3.3
• Werkmoment
• Afsluiten van de les 

Wat weet je al?

Wat betekent 'citeren'?

1. Dan speel je op de citer.
2. Dan lees je een stukje terug in de tekst.
3. Dan schrijf je precies op wat er in de tekst staat.
4. Dan noem je een site waar info is gevonden.

Noem die vier tekstdoelen.

Welk tekstdoel heeft een schrijver van een betoog?

1. informeren
2. overtuigen
3. activeren
4. amuseren

Welke opbouw heeft
een betoog meestal?

1. inleiding, kern met informatie
2. inleiding, kern met argumenten en slot
3. inleiding, kern met informatie en slot
4. inleiding, kern met argumenten

Een onderwerp van een tekst beschrijf je in een of twee zinnen.

1. onjuist
2. juist

Welke functie van de inleiding verwacht je bij een nieuwsbericht?

1. een vraag stellen
2. een mening geven
3. een conclusie geven
4. een samenvatting geven

Een tussenkopje hoort altijd
bij 1 alinea.

1. onjuist
2. juist

Welke van de volgende zinnen
is objectief?

1. Het is een geestig verhaal
2. De schrijver vindt hem een geslaagd auteur
3. In India is een koe heilig
4. De schrijver heeft een rijke fantasie

Argumenten in een betoog zijn altijd alleen subjectief.

1. waar
2. niet waar

Conclusie

Samenvatting

Advies

Waarschuwing

Oproep

Herken je aan signaalwoorden als dus, daarom of dan ook

Herken je aan woorden als pas op

Herken je aan woorden als het is beter om... of het is slim .....

Herken je aan woorden als doe mee, ga naar onze website.

Herken je aan signaalwoorden als kortom of samenvattend

Tekst 4 p. 31

Samen lezen

Werkmoment

Maken van 3.3:

11, 12 en 13

Einde les bespreken

Vooruitblik

Volgende les:

leesles

indeling groepjes maken

4.3 lezen

Je weet:

- hoe de relatie tussen beeld en tekst in een reclame is

- hoe je het antwoord op een meerkeuzevraag kunt vinden

Reclame (p. 106)

Brengt een product, dienst of idee onder de aandacht.

Vaak combinatie van tekst en beeld.

- Opvallende lay-out = opmaak: verdeling tekst over de pagina, lettertype en lettergrootte, gebruik van kleur

- Beeld kan een foto, plaatje of afbeelding zijn.

Tekstdoel reclame

Belangrijkste doel: activeren

- Product of dienst kopen

- Reageren

Vaak nog een tweede doel: informatie geven, overtuigen, waarschuwen

Twee soorten reclame

Commerciële reclame --> overhalen om iets te kopen.

Ideële reclame -->  maatschappelijk doel --> gedrag of opvatting van mensen veranderen.

Werkmoment

4.3 maken: opdracht 3, 5, 6, 8

Bij vraag 8 theorie lezen over meerkeuzevragen op pagina 110.

 

Afsluiting

• Huiswerk staat in Magister