Cette leçon contient 13 diapositives, avec quiz interactif, diapositives de texte et 1 vidéo.
La durée de la leçon est: 60 min
Éléments de cette leçon
§4.4 De opkomst van de islam
Het geloof
Slide 1 - Diapositive
Herinnering
Pak je schrift
Wat hebben we vorige les besproken?
Wie, Wat, Waarom, Wanneer
Slide 2 - Diapositive
Lesdoelen
Je kan uitleggen:
Wie Mohammed was
Wat de Islam is
Wat de Koran is
Waarom Mekka en Medina belangrijk zijn
Slide 3 - Diapositive
Voordat je begint
Lees eerst §4.4 t/m 'Mekka en Medina'
Slide 4 - Diapositive
Filmpje
Het vroege leven van Mohammed
Slide 5 - Diapositive
Slide 6 - Vidéo
Veel goden
In de zesde eeuw waren de Arabieren polytheïstisch In de stad Mekka stond de Ka'aba: een grote zwarte steen Op deze plek aanbieden de Arabieren hun goden Mekka lag aan een kruispunt van handelswegen en was een belangrijke handelsstad
Slide 7 - Diapositive
Een visioen
Mohammed was een handelaar uit Mekka In een visoen vertelde een engel dat er maar één god is: Allah Mohammed vertelde de mensen in Mekka over zijn visioen, maar bijna niemand wilde naar hem luisteren Hij werd de stad uitgejaagd
Slide 8 - Diapositive
Van Mekka naar Medina
622
Mohammed vlucht naar Medina In Medina woonden veel joden en christenen, ook zij geloven in één god (monotheïsme) Mohammed, die zich profeet van Allah noemde, kreeg veel aanhangers. Zij noemden zich moslims en hun godsdienst de islam
Dit noemen we de Hidjra. De vlucht naar Medina is voor de islam zo belangrijk, dat het wordt gebruikt als het begin van de islamitische jaartelling
Profeet = boodschapper van God
Slide 9 - Diapositive
Terug naar Mekka
630
Met een zijn moslims ging Mohammed terug naar Mekka Er werd gevochten en Mohammed won Veel bewoners van Mekka werden toen moslim Bij de Ka’aba mochten mensen alleen nog tot Allah bidden
Om de stad te bevrijden van het verkeerde geloof
Slide 10 - Diapositive
Wat gebeurt er op de tekening?
Kies het juiste antwoord.
A
Een engel vertelt Mohammed dat hij moet vluchten uit Mekka.
B
Een engel vertelt Mohammed dat hij bij de Ka’aba de goden moet gaan aanbidden.
C
Een engel vertelt Mohammed dat hij christen moet worden.
D
Een engel vertelt Mohammed dat er maar één god is, Allah.
Slide 11 - Quiz
De islam
Islam betekent: 'onderwerping' (aan Allah) Het belangrijkste boek is de Koran of Qoer'ān (القرآن) Volgens moslims zijn de woorden in de Arabische taal door Allah via de engel Djibriel (Gabriël) aan Mohammed verteld Daarnaast moet een moslim zich (zoveel mogelijk) houden aan de vijf zuilen,dit zijn godsdienstige verplichtingen