Les 4 la famille

• Frans
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 1

BONJOUR et BIENVENUE!

Bonjour

et 

bienvenue!!

Unité 2

la famille

Jeudi 16 juin

Les objectifs pour aujourd'hui :

1/ Jij kunt het bezittelijk voornaamwoord aanpassen;

2/ Jij kunt het werkwoord "avoir" (hebben) in de tegenwoordige tijd vervoegen.

3/ Jij kan een tekst over de familie begrijpen en vragen erover antwoorden.

Objectif numéro 1

Jij kunt het bezittelijk voornaamwoord aanpassen.

"mijn" in het Frans

"jouw" in het Frans

"zijn of haar" in het Frans

	ML enk	VR enk	MV
Mijn
Jouw
Zijn/haar

Ma

Mon

Mes

Ton

Ta

Tes

Son

Sa

Ses

Objectif numéro 2

Jij kunt het werkwoord "avoir" (hebben) in de tegenwoordige tijd vervoegen.

Le verbe "avoir"

J'ai une soeur

Tu as une soeur

Il a une soeur

Tu as

1. Ik heb
2. Jij hebt
3. Hij heeft
4. Hij is

Nous avons

1. ze hebben
2. jullie hebben
3. jij hebt
4. wij hebben

avoir

il/elle/on

tu

je/j'

                         ai

                           a

as

AVOIR ( = hebben)

                 AVOIR

Nous .... classe de français aujourd'hui

1. ont
2. avez
3. as
4. avons

Lucas .... un frère.

1. ont
2. est
3. a
4. avez

Zwaan .... deux soeurs.

1. est
2. a
3. avons
4. ont

Sophie ... une mère française

1. ai
2. as
3. ont
4. a

J'.... deux chats (katten)

1. ai
2. as
3. a
4. avons

Vertaal "il a une soeur"

Vertaal: J'ai onze ans

Objectif numéro 3

Jij kan een tekst over de familie begrijpen en vragen erover antwoorden.

Regarde le texte et réponds aux questions/ antwoord de vragen.

Le texte et les questions

Olivier a douze ans. Il a un frère, il s'appelle Thomas. Ses parents s'appellent Sophie et Raoul. 

Olivier aime le basketball. Thomas aime la danse hip-hop. 

La famille habite à Amsterdam. 

1/ Quel âge a Olivier ?

2/ Comment s'appellent les parents d'Olivier et Thomas ?

3/ Quel sport aime Olivier ?

Wat heb jij vandaag geleerd?