Creatief schrijven huppelwoorden klas 1D

Welkom klas 1D
1 / 19
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 2

Cette leçon contient 19 diapositives, avec diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Welkom klas 1D

Slide 1 - Diapositive

Huppelwoorden

Slide 2 - Diapositive

huppelwoorden

woorden die een positieve, vrolijke betekenis hebben of op zijn minst vrolijk klinken

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Lien

Mooie woorden
lelijke woorden
deftige woorden

Slide 5 - Diapositive

Zonnegloed

Slide 6 - Diapositive

lavendel

Slide 7 - Diapositive

Sneeuwgans

Slide 8 - Diapositive

geboren

Slide 9 - Diapositive

lelijke woorden
Lelijke woorden zijn er in allerlei vormen en maten. Samen hebben ze één ding gemeen: ze verpesten de boel.

Slide 10 - Diapositive

Pimpen

Slide 11 - Diapositive

lelijke woorden
woorden die gewichtig klinken, maar eigenlijk niets betekenen.

slagvaardig, een ‘stukje

Slide 12 - Diapositive

deftige woorden
Toilet - wc
Huwelijk - bruiloft
trottoir - stoep
Japon - jurk

Slide 13 - Diapositive

Schrijfopdracht 1
Schrijf drie woorden op die jij mooi vindt, denk hier niet te lang over na maar schrijf ze direct op.
Schrijf ook drie woorden op die jij lelijk vindt en die je deftig vindt.
Kies nu van elke categorie één woord en schrijf in acht minuten een alinea waarin deze woorden voorkomen.

Slide 14 - Diapositive

timer
8:00

Slide 15 - Diapositive

Voorlezen
Raden: welke woorden zijn mooi, lelijk en deftig?

Slide 16 - Diapositive

Lelijke woorden vermijden
Voordat deze worden gebruikt, is het handig om drie vragen te stellen:

• Bestaan er betere woorden?
• Is dit woord verwarrend?
• Is het woord moeilijk?

Slide 17 - Diapositive

Schrijfopdracht 2
Gooi de dobbelsteen (story cubes).
Wat zie je? Maak een zin met wat je ziet. Zijn er meer woorden voor te bedenken? Synoniemen? Mooie / lelijke woorden?

Schrijf de beste zin netjes op.

Slide 18 - Diapositive

Schrijfopdracht 3
Gooi de drie dobbelsteen (story cubes).
Wat zie je? Teken de dobbelstenen na (wit papier.
Schrijf onder elke tekening het woord dat erbij hoort.
Verzin een kort verhaal met deze drie woorden.
10 - 15 zinnen. Verzin ook een titel.
Klaar? Schrijf je verhaal over in het net. Plak de tekening erbij en inleveren (Naam erop!)



Slide 19 - Diapositive