GS Blok 2 Grieken en Romeinen groep 7

GS Blok 2 Grieken en Romeinen groep 7
1 / 15
suivant
Slide 1: Diapositive

Cette leçon contient 15 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

Éléments de cette leçon

GS Blok 2 Grieken en Romeinen groep 7

Slide 1 - Diapositive

Christendom

Slide 2 - Carte mentale

Wat betekent: de synagoge?
A
gebouw waar joden samen komen om te bidden
B
tijd van de Grieken en Romeinen
C
tijd van de Jagers en Boeren
D
gebouw waar christenen samen komen om te bidden

Slide 3 - Quiz

Waarvoor werden dieren gebruikt bij de tempel?
A
Om te eten
B
Om te offeren
C
Voor huisdieren
D
Omdat ze leuk waren

Slide 4 - Quiz

Slide 5 - Vidéo

Kerk van Rome 
Sint Pieterskerk: christelijk, waarom? bekijk plaatje blz.40
Volgelingen van Jezus gingen rondtrekken
Bouwen van kerken, waarom?
Bisschop: een leider van de christenen
Dominee en priesters in de kerk


Slide 6 - Diapositive

Waardoor gingen christenen op een andere manier leven?
A
Door Rome
B
Door de kerk
C
Door de priesters
D
Door de Romeinen

Slide 7 - Quiz

Romeinen in Nederland
Rijn: natuurlijke grens
Germanen en Galliërs
- Germaan als je ten noorden van de Rijn woonde
- Galliër als je ten zuiden van de Rijn woonde -> Romeinen  
Leven en handelen in een stad
  

Slide 8 - Diapositive

Waarom zou je tijdens vredesmomenten toch samen handelen?
A
Je hebt elkaar nodig
B
Omdat het gezellig is
C
Je kunt van elkaar leren
D
Je verkoopt andere dingen

Slide 9 - Quiz

Van wie leerden de Galliërs het christendom kennen?
A
Grieken
B
Romeinen
C
Van zichzelf
D
Germanen

Slide 10 - Quiz

Joden geloven in meerdere goden.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 11 - Quiz

Christenen geloven in Jezus
A
Niet waar
B
Waar

Slide 12 - Quiz

Griekse en Romeinse goden hebben dezelfde naam.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 13 - Quiz

Opdracht
Maak opdracht 1 tot en met 4
Klaar? Nakijken! Kijk ook andere lessen na, als je dat nog niet hebt gedaan.
Tijd over? Kerstboekje 

Heel veel succes :)

Slide 14 - Diapositive

De kerk kent twee betekenissen.
De kerk als gebouw en de kerk als organisatie. Wat betekent dat?

Slide 15 - Question ouverte