10 march reading & writing

Reading & writing
  • Gelijk zitten op je plek.
  • Na 2 minuten start de les (stil)
  • Boek b, schrift & pen nodig.


And.......... positive attitude to learn!





 
1 / 16
suivant
Slide 1: Diapositive
EngelsMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 1

Cette leçon contient 16 diapositives, avec diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Reading & writing
  • Gelijk zitten op je plek.
  • Na 2 minuten start de les (stil)
  • Boek b, schrift & pen nodig.


And.......... positive attitude to learn!





 

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Learning goals
By the end of this class:
  • I can understand the message in a text
  • I can write simple sentences about animals.
Today's plan
  1. Review (terugblik) last class 
  2. Leesstrategieën (herhaling)
  3. Leesstrategieën oefenen
  4. Leesoefening maken
  5. Writing exercise: Animals superpower.
  6. (Peer) feedback

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Terugblik: possessive
Wat is possessive?
  • Bezitsvorm: hoe je aangeeft dat iets van jou, iemand anders of een dier is.  
                            Aangeven wie de eigenaar is van iets.                          
  • 3 manieren:
  1. 's       The giraffe's neck is long.                 (enkelvoud en eindigt niet op een s)
  2. '        The girls' computer isn't working.     (meervoud eindigt op een s)
  3. of      The colour of the flowers is red.        (geen persoon, dier)

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Leesstrategieën
Wat is een leesstrategie? = hoe je een tekst leest om een leesdoel te bereiken.


     


Manier van lezen
Doel
Wat je doet:
Oriënterend lezen
(voor het lezen)
Idee krijgen van de tekst (voorspellen)
Kijk naar titel, tussenkopjes, afbeelding.
Intensief lezen
Je wilt de hele tekst begrijpen. 
 Lees de hele tekst.
Zoekend lezen
Op zoek naar specifieke informatie.
Zoek naar sleutelwoorden: cijfers, namen etc.

Slide 4 - Diapositive

orienterend eerste indruk te krijgen
Oriënterend lezen
1. Waar gaat het over? (titel, tussenkopjes, plaatjes)
2. Wat weet je al?



Slide 5 - Diapositive

engels
Voor het lezen
Match the animals with the correct superpower.
Superpowers:
a. when it falls, it always lands on its feet.
b. can talk and imitate (nadoen) things like the coffee machine.
c. can run as fast as some cars.
d. can smell if someone is sick.
Answers:
  1. c
  2. d
  3. a
  4. b
timer
2:00

Slide 6 - Diapositive

blz. 66
Intensief en zoekend lezen
Ch. 5 C reading page 66. Answer questions 19b & c, 20 
19a tekstdoel lezen daarna tekst lezen blz 67. (intensief)
Vragen beantwoorden (zoekend lezen).
Markeer in de tekst waar de antwoord staat.
Tijd: 15 minuten --> eerste 5 minuten iedereen stil en geen hulp.
Klaar?: opg. 21 maken blz. 69
Resultaat: Antwoorden nakijken
timer
5:00

Slide 7 - Diapositive

orienterend eerste indruk te krijgen
Nakijken
Corrigeer je antwoorden en luisteren naar het antwoord.

Exercise 19 b. 
  1. article
  2. give information
  3. Het doel is informeren want er wordt veel informatie gegeven over de dieren.
Exercise 19 c
  1. It knows when the sailor comes home.
  2. She makes the bedroom ready. She cooks her son's favourite food.
  3. No. Pets can feel that a family member is coming home long before they hear the footsteps.
  4. A tsunami
  5. Many people from the village followed them.

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Nakijken
Exercise 20. The correct boxes:
  • The neighbour's cat is never wrong.
  • Some cats and dogs can feel when their owner comes home.
  • The people in the village in Thailand are alive because of the buffalo.

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Writing: animals superpower
1. Write about 2 of these animals or your pet and describe it.
2. Write about where these animals live and their behaviour.
3. Write about its superpower (be creative)
Use possessive when possible!

  • Need help? Use theme words pg. 96
  • (Peer) feedback 
  • Wordcount: 75 words
  • 15 mins
Rabbit
Bear
Parrot
Giraffe
Shark

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Checklist peer feedback 
Exchange your writing and give feedback.
- Does it read easily? 
- Is all info from assignment there? (content)
- Does the text have proper paragraphs? (organisation)
- Is there any possessive in the writing?
- Is the grammar and spelling correct?
- Write what you think about what the person wrote.
Time: 5 minutes

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

The end of class
  • Class recap (herhaling)
  • What did you learn today? (learning goals)
  • Class evaluation: (listening to teacher, following instructions) 
  • Homework:
- 14 maart: Grammar 14 pg 76 leren, opg. 34 & 35 maken
                                                                               
                                                                             

                                         



                                                               

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Zoekend lezen/ scannen
  • Scannen: zoeken naar bepaalde informatie, bijvoorbeeld in welk jaar iets gebeurde of hoeveel iets kost. De rest van de tekst hoef je dan niet te lezen.

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Intensief lezen
Intensief lezen: de hele tekst regel voor regel doorlezen

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Tekstdoelen
Ask yourself: Waarom schrijven ze dit eigenlijk?

Je spreekt van amuseren als een tekst de lezers wil vermaken.
Als een tekst de lezers iets wil vertellen, spreek je van een informatieve tekst of van informeren.
Een tekst heeft als doel overtuigen als de schrijver wil dat de lezer de mening van de schrijver overneemt.
Als het doel overhalen is, probeert de schrijver de lezers wel of niet iets te laten doen. Het doel is de lezers te activeren.

Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Tekstdoelen
Ask yourself: Waarom schrijven ze dit eigenlijk?
- Informeren zoals bij gebruiksaanwijzing, instructie
studieboek, folder, recept
nieuwsbericht, geboortekaartje
- Amuseren  zoals bij roman, strip, kort verhaal
mop, column
-Activeren (overhalen) zoals bij reclamefolder, advertentie
uitnodiging, affiche
- Overtuigen zoals bij ingezonden brief, sommige columns

Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions