Bs 1 Genotype-fenotype

H5 Erfelijkheid
B1 Genotype en fenotype
1 / 22
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvmbo t, havo, vwoLeerjaar 2,3

Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

H5 Erfelijkheid
B1 Genotype en fenotype

Slide 1 - Diapositive

Planning t/m week 13
Toetsweek (week 13)
90 minuten toets (combitoets) (2x)

Thema 5 Bs 1 t/m 3
Thema 5 Bs 4 en 5

PO: Stopmotion opdracht celdeling (1x)

Slide 2 - Diapositive

Erfelijkheid

Slide 3 - Carte mentale

''Dat rode haar heb je van oma''

''zij heeft de ogen van haar vader'' 

''Wat lijk je toch op je moeder''

''Jij en je broer hebben dezelfde neus''

Slide 4 - Diapositive

Genotype
Je genotype bestaat uit duizenden eigenschappen

Genotype: de genetische code op je DNA


De informatie van erfelijke eigenschappen ligt in het DNA in de celkernen

Slide 5 - Diapositive

DNA ligt in chromosomen

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Vidéo

Chromosomenparen
De chromosomen van één lichaamcel. 
46 chromosomen die paren vormen 

Slide 8 - Diapositive

Chromosomenparen
23 chromosomenparen.
Laatste paar: Geslachtschromosomen 

Slide 9 - Diapositive

Geslachtschromosomen in lichaamscellen

Geslachtschromosomen
  • X- chromosoom
  • Y- chromosoom
XX
XY

Slide 10 - Diapositive

De kans dat je een jongen of een meisje krijgt is 50/50
A
Waar
B
Niet waar

Slide 11 - Quiz

Slide 12 - Diapositive

Wat is het genotype?
A
Alle eigenschappen
B
Je innerlijk
C
Alle erfelijke eigenschappen
D
Je uiterlijk

Slide 13 - Quiz

Chromosomen bij andere organismen

Slide 14 - Diapositive

Is het genotype van de larve hetzelfde als het genotype van het volwassen dier?
A
Ja
B
Nee

Slide 15 - Quiz

Fenotype 
Zichtbare eigenschappen van het organisme.

Het fenotype kan altijd veranderen door invloeden uit de omgeving:
*haren verven 
*bruin worden in de zomer 
*kleurlenzen dragen 

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Diapositive

Hoe komt verandering van het fenotype tot stand?

Slide 18 - Diapositive

Welke stelling is juist?
A
Fenotype = genotype + milieu
B
Milieu = genotype + fenotype
C
Genotype = fenotype + milieu

Slide 19 - Quiz

Welke van de twee kan je in je leven veranderen?
A
Genotype
B
Fenotype

Slide 20 - Quiz

Welk eigenschap heeft te maken met het fenotype?
A
Blond geverfd haar
B
Kort geknipt haar
C
Rossig haar
D
Zowel A, B als C

Slide 21 - Quiz

Zelfstandig werken

Thema 5: Erfelijkheid
Basisstof 1, maken 1, 2, 3 + 6
timer
15:00

Slide 22 - Diapositive