Actualiteit 24092024

Actualiteit
Dinsdag 24 september 2024
1 / 16
suivant
Slide 1: Diapositive
GASVBuitengewoon secundair onderwijs

Cette leçon contient 16 diapositives, avec quiz interactifs et diapositive de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Actualiteit
Dinsdag 24 september 2024

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Lien

Vorige week was het de "Week van de ..."
A
Activiteit
B
Mobiliteit
C
Flexibiliteit
D
Actualiteit

Slide 3 - Quiz

Tijdens de week van de mobiliteit ga je minder met de auto naar school of naar het werk
A
WAAR
B
NIET WAAR

Slide 4 - Quiz

Waarom draag je best een helm én een fluohesje?
A
Omdat het mooi is
B
Omdat het cool is
C
Omdat het veiliger is
D
Omdat het moet van de minister van mobiliteit

Slide 5 - Quiz

In welk deel van Europa was er onlangs veel stormweer?
A
Noord-Europa
B
Oost- en Midden-Europa
C
Zuid-Europa
D
West-Europa

Slide 6 - Quiz

Wat is de naam van de cycloon?
A
Doris
B
Joris
C
Boris
D
Floris

Slide 7 - Quiz

Hoe bereiden de mensen zich voor op de nieuwe regenval die nog gaat komen?
A
Ze timmeren alle ramen dicht
B
Ze kopen rubberbootjes
C
Ze gaan verhuizen
D
Ze plaatsen zandzakjes

Slide 8 - Quiz

Hoe heet het hoofdpersonage in de nieuwe reeks van #LikeMe?
A
Amber
B
Martha
C
Mia
D
Anja

Slide 9 - Quiz

Wat moeten we NIET verwachten van de nieuwe reeks?
A
Spanning
B
Fun
C
Dans
D
Drama

Slide 10 - Quiz

In welk land is de militaire organisatie Hezbollah vooral actief?
A
Israël
B
Libanon
C
Oekraïne
D
Rusland

Slide 11 - Quiz

Hoe kwam het dat er beepers en walkie talkies ontploften?
A
Ze waren te oud
B
Er zaten explosieven in

Slide 12 - Quiz

Waar of niet waar? Ze vermoeden dat Israël achter deze aanval zit.
A
WAAR
B
NIET WAAR

Slide 13 - Quiz

In welke stad was het dit weekend het Asfalt festival?
A
Antwerpen
B
Brussel
C
Gent
D
Hasselt

Slide 14 - Quiz

Wat heb je nodig om een goede skater te worden?
A
Kracht
B
Doorzettingsvermogen
C
Wiskunde
D
Een gele helm

Slide 15 - Quiz

Wat heeft de papa van Cis in de tuin gemaakt om te oefenen?
A
Een kramp
B
Een krimp
C
Een romp
D
Een ramp

Slide 16 - Quiz