Thema 2 | Wereldreligies

• Interculturele diversiteit
• MBO
• Studiejaar 2

Opfrissen kennis

Wat weten we nog van de vorige les over cultuur?

WVandaag ga je een van de meest uitdagende situaties in de luchtvaartdienstverlening ervaren: een noodontruiming. 

In noodsituaties heb je vaak maar één kans om het goed te doen – en in die momenten komt het aan op je kennis, je training, en vooral je vermogen om rustig te blijven onder extreme druk. 

Passagiers vertrouwen op jullie om hun veiligheid te garanderen. De klok tikt, er is chaos, en je hebt slechts 30 seconden om iedereen veilig uit het vliegtuig te krijgen. Dit is jouw kans om te leren hoe je met stress omgaat in een kritieke situatie."

 ereldreligies

Interculturele diversiteit

Wereldreligies

Interculturele diversiteit

Welke wereldreligies kennen jullie?

Wereldreligies

Jodendom

Christendom

Islam

Boeddhisme 

Hindoeïsme

Wat klopt?

1. Hindoes eten geen rundvlees.
2. Een orthodoxe Joodse passagier vliegt liever niet op de sabbat.
3. Boeddhisme wordt ook wel een levenswijze genoemd.
4. Het Christendom is ontstaan uit het Jodendom.

Leerdoelen

• De feestdagen van het christendom 
• De 5 Zuilen van de islam 
• De leefgewoonten en spijswetten van het jodendom
• De 4 ‘nobele waarheden’ van het boeddhisme 
• De belangrijkste hindoeïstische feestdagen
• De kenmerken van de verschillende religieuze maaltijden aan boord van een vliegtuig

Waarom geloven mensen?

Geloof

• De zin van het leven, betekenis geven.
• Houvast en troost.
• Zekerheid bieden in een soms onoverzichtelijke wereld.

Het Jodendom

Lees het uitgereikte materiaal en maak de opdracht op pag. 80.

 Opdracht (portfolio)

Je maakt een menukaart waarin voor elk special meal een maaltijd is opgenomen (p. 11). 

Geef hierbij aan bij welke religie het past en aan welke regels deze speciale maaltijd vanuit het geloof moet voldoen.

Het Christendom

Christelijke feestdagen

• Kerstmis
• Aswoensdag (1e dag vastentijd, katholieken)
• Palmzondag 
• Pasen
• Pinksteren
• Hemelvaart

Wat klopt?

1. Voor christenen en joden gelden de 10 geboden als leefregel.
2. Katholieke kerken zijn vaak sober (zonder beelden en versieringen).
3. Het rooms-katholieke geloof kent een sterke hiërarchische indeling.
4. Het christendom is een zendingsgodsdienst.

Zendelingengodsdienst

Tijdens zijn leven zei Jezus: 'Gaat en verspreid u over alle volken en verkondig mijn boodschap.' Zo werd het christendom een zendingsgodsdienst.

Wat weet je over het Christendom?

Opdracht (pag. 8)

Lees het uitgereikte materiaal en maak de opdracht op pag. 86.

Opdracht (portfolio)

• Je maakt een menukaart met daarop een Nederlands gerecht.

 Opdracht (portfolio)

Je maakt een menukaart waarin voor elk special meal een maaltijd is opgenomen (p.11). 

Geef hierbij aan bij welke religie het past en aan welke regels deze speciale maaltijd vanuit het geloof moet voldoen.

Islam

Islam

De mensen die geloven in de Islam heten moslims of moslima's. 

De Islam is net als het Jodendom en het Christendom een monotheïstische godsdienst. Dat betekend dat men geloofd in 1 God.

De vijf zuilen (leefregels) van de Islam

• de geloofsbelijdenis
• het gebed
• de liefdadigheid
• het vasten
• de bedevaart

Lees goed !
Wat klopt NIET?

1. De Islam heeft dezelfde jaartelling als wij in het Westen.
2. De Islam is ontstaan in de 7e eeuw na christus.
3. De leefregels van de Islam worden ook de 4 zuilen van de Islam genoemd.
4. Voordat je als moslim gaat bidden mag je een grote of kleine reiniging uit te voeren.

Opdracht

1. Lees het uitgereikte materiaal over de Islam.
2.  Zet je naam op de laatste pagina (p. 94)
   
3. Maak de vragen.
   
4. Lever ze in bij de docent.

Opdracht (portfolio)

Je maakt een menukaart waarin voor elk special meal een maaltijd is opgenomen (p.11 reader).

Geef hierbij aan bij welke religie het past en aan welke regels deze speciale maaltijd vanuit het geloof moet voldoen.

Hindoeïsme 

Hindoeïsme 

• Is duizenden jaren gelden ontstaan in India uit plaatselijke godsdiensten.
• Wordt beschouwd als de oudste (levende) wereldgodsdienst.

Reinheid

• Reinheidsregels bepalen de manier waarop je met elkaar omgaat. 
• Het contact met mensen uit de laagste kaste dient zoveel mogelijk te worden vermeden, anders besmet je je eigen kaste.

Opdracht 

1. Lees het uitgereikte materiaal over het Hindoeïsme.
2. Zet je naam op de laatste pagina (p. 100)
3. Maak de vragen.
4. Lever ze in bij de docent.

 Opdracht (portfolio)

Je maakt een menukaart waarin voor elk special meal een maaltijd is opgenomen (pagina11 reader). 

Geef hierbij aan bij welke religie het past en aan welke regels deze speciale maaltijd vanuit het geloof moet voldoen.

Boeddhisme

Wie heeft er een Boeddha beeld in huis?

Opdracht

Maak een overzicht waarin je alle feestdagen per religie opneemt en beschrijft wat er dan gevierd of herdacht wordt (p. 11 reader).

Einde van het thema Wereldreligies