Hoofdstuk 18 Misdrijven tegen de ambtenaar

BOA
HOOFDSTUK 18
MISDRIJVEN TEGEN DE AMBTENAAR
1 / 44
suivant
Slide 1: Diapositive
BOAMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 44 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

BOA
HOOFDSTUK 18
MISDRIJVEN TEGEN DE AMBTENAAR

Slide 1 - Diapositive

Leerdoelen
Aan de hand van een gegeven situatie (casus) bepalen of het gedrag jegens een Ambtenaar strafbaar kan worden gesteld.

Slide 2 - Diapositive

Wat weet je al over misdrijven
die tegen een ambtenaar
kunnen worden gepleegd?

Slide 3 - Carte mentale

Soorten Misdrijven tegen een ambtenaar
* Ambtsdwang
*Wederspannigheid
*Eenvoudige belediging
*Bevel, vordering en handeling van een bevoegd ambtenaar
* zich niet verwijderen na een bevel bevoegd gezag

Slide 4 - Diapositive

  1. 2.1 Ambtsdwang art. 179 WvSr.
Hij die door geweld of enige andere feitelijkheid of bedreiging met geweld of enige andere feitelijkheid, een ambtenaar dwingt tot het volvoeren van een ambtsverrichting of het nalaten van een rechtmatige ambtsverrichting, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste vier jaren of geldboete van de vierde categorie.

Slide 5 - Diapositive

  • Gebruik geweld of andere feitelijkheid of daarmee dreigen.
  • Doel → dwingen om rechtmatige of onrechtmatige ambtverrichting te doen of nalaten van een nog niet ondernomen rechtmatige ambtsverrichting.
  • Dwingen nalaten onrechtmatige ambtsverrichting ≠ strafbaar!! 
  • Ambtsverrichting = handelingen die functie van ambtenaar mee brengt → bijv. alle bevoegdheden.

Slide 6 - Diapositive

Dwingen van de nog niet handelende ambtenaar.
  • M.a.w. de ambtenaar moet nog inactief (lijdelijk) zijn, dus nog niet bezig met ambtsverrichtingen.
  • Ambtsdwang op moment dat ambtenaar bevoegdheid wil uitvoeren.
  • Ambtsdwang op moment dat ambtenaar niet aan het werk is, maar benadering i.v.m. toekomstige ambtsverrichting.

Slide 7 - Diapositive

Geweld
Definitie;
Elke dwangmatige kracht van meer dan geringe betekenis uitgeoefend op personen of zaken.

Slide 8 - Diapositive

Andere feitelijkheid
Bijvoorbeeld;
  • Dwingen d.m.v. bedreigen de carrière van de ambtenaar schaden.
  • Link andere feitelijkheid
  • Zie ook de voorbeelden in het boek (bladzijde 18.5).

Slide 9 - Diapositive

Wederspannigheid/ verzet art.180 WvSr.
Hij die zich met geweld of bedreiging met geweld verzet tegen een ambtenaar werkzaam in de rechtmatige uitoefening van zijn bediening, of tegen personen die hem daarbij krachtens wettelijke verplichting of op zijn verzoek bijstand verlenen, wordt als schuldig aan wederspannigheid gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste een jaar of geldboete van de derde categorie.

Slide 10 - Diapositive

Wederspannigheid/ verzet
  • Alleen tegen de ambtenaar in persoon die begonnen is met de ambtsverrichting → de werkzame ambtenaar.
  • Verschil met ambtsdwang? → 
  • Ambtenaar is nog niet begonnen met ambtsverrichting.

Slide 11 - Diapositive

  • Geweld → gericht tegen ambtenaar in persoon of burger die de ambtenaar helpt (op verzoek of verplicht), bijv. arts die in opdracht OvJ inwendig onderzoek uitvoert bij een VE.
  • Lijdelijk verzet → Niet strafbaar → bijv. op de grond gaan liggen. Is namelijk geen verzet met geweld of bedreiging daarmee.
  • Werkzaam in de rechtmatige uitoefening van zijn bediening → bezig met een bevoegdheid.
  • Rechtmatige uitoefening → De bevoegdheid die wordt toegepast moet rechtmatig zijn, bijv. aanhouden VE. 

Slide 12 - Diapositive


Dader moet weten dat hij met een ambtenaar te maken heeft.
  • In uniform gekleed of,
  • in burger kenbaar maken als zijnde OA of,
  • in burger legitimeren.

Slide 13 - Diapositive

18.2.3 Gekwalificeerde ambtsdwang/ wederspannigheid 

Art. 181 WvSr en Art. 182 WvSr (link).

  • Art. 181 WvSr. Gekwalificeerde ambtsdwang en wederspannigheid met als gevolg;
  • enig lichamelijk letsel of
  • zwaar lichamelijk letsel of 
  • de dood.
  • Op deze drie kwalificaties staat strafverzwaring. 5 jaar of meer  → Voorlopige hechtenis feit.
  • Art. 182 WvSr → gepleegd door 2 of meer personen met verenigde krachten → 7 jaar of meer.

Slide 14 - Diapositive

Tijdens een demonstratie dreigt de situatie te escaleren. Hierop vordert de politie de demonstranten om weg te gaan. Een aantal demonstranten gaat vervolgens op de grond zitten. De demonstranten doen verder niets maar ze gaan niet weg.

Zijn de demonstranten strafbaar voor het misdrijf wederspannigheid? Motiveer je antwoord op basis van de bestanddelen.

Slide 15 - Question ouverte

Nee, hier is namelijk geen sprake van "zich met geweld verzetten". Onder geweld wordt namelijk verstaan een kracht van meer dan geringe betekenis.
dit is LIJDELIJK VERZET

(Hoe ziet dat er uit???)

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Diapositive

Tijdens de demonstratie wordt je als handhaver aangesproken door een plaatselijke bakker. Hij zegt het volgende tegen je: “Ik wordt ziek van al die lui die hier komen demonstreren. Als jij zorgt dat dit zooitje nu wordt aangehouden mag je de rest van het jaar elke dag een brood komen halen bij mij.

1. Van welk strafbaar feit is hier sprake?
2. Wie is of zijn er strafbaar als de handhaver niet in gaat op het aanbod?
3. Wie is of zijn er strafbaar als de handhaver wel in gaat op het aanbod?

Slide 18 - Question ouverte

1. Omkoping (artikel 177 WvSR).
2. De bakker.
3. De bakker en de handhaver.

Slide 19 - Diapositive

Tijdens de demonstratie wordt je als handhaver aangesproken door een plaatselijke winkelier. Hij zegt het volgende tegen je: “Ik wordt ziek van al die lui die hier komen demonstreren. Als jij niet zorgt dat dit zooitje nu wordt aangehouden breek ik allebei je benen.


Is hier sprake van ambtsdwang? Motiveer je antwoord op basis van de bestanddelen uit het artikel.

Slide 20 - Question ouverte

Ja, hij probeert de ambtenaar namelijk door te dreigen met geweld (ik breek je benen) te dwingen een ambtshandeling te volvoeren (uit te voeren)

Slide 21 - Diapositive

Een van de demonstranten die zit roept plotseling naar je: “Vuile klootzak, bel je wijf maar dat je laat thuis komt. Wij blijven hier nog even zitten teringlijer”. Terwijl hij deze woorden uitspreekt kijkt hij je aan en wijst hij in je richting.

Is deze man strafbaar? Motiveer je antwoord op basis van de bestanddelen uit het artikel.

Slide 22 - Question ouverte

Ja, hij is strafbaar voor het beledigen van een ambtenaar in de rechtmatige uitoefening van zijn bediening.

Slide 23 - Diapositive

Als de aanhoudingseenheid voor de groep gaat staan om de verdachte aan te houden roept een van de andere demonstranten “Als jullie hem willen aanhouden zal je eerste langs mij moeten gaan”. Vervolgens gaat de man staan en neemt een gevechtshouding aan. De man is tevens zichtbaar onder invloed van verdovende middelen.

Is hier sprake van ambtsdwang? Motiveer je antwoord op basis van de bestanddelen uit het artikel.

Slide 24 - Question ouverte

Ja, hier is namelijk sprake van "enige andere feitelijkheid". Er wordt niet direct met geweld gedreigd maar door de houding van deze man komt het wel bedreigend over. Met deze houding wil de man de aanhoudingseenheid dwingen tot het nalaten van een ambtsverrichting.

Slide 25 - Diapositive

Als de collega’s de verdachte van belediging beetpakken laat hij zich op de grondvallen. De collega’s slepen de man vervolgens mee.

Slide 26 - Diapositive

Is de man nu ook strafbaar voor het feit wederspannigheid?

Slide 27 - Question ouverte

Nee, hij moet zich dan verzetten met geweld of dreigen met geweld.

Slide 28 - Diapositive

Artikel 184 Wetboek van Strafrecht
Hij die opzettelijk niet voldoet aan een bevel of een vordering,
krachtens wettelijk voorschrift gedaan door een ambtenaar met de uitoefening van enig toezicht belast of door een ambtenaar belast met of bevoegd verklaard tot het opsporen of onderzoeken van strafbare feiten, alsmede hij die opzettelijk enige handeling, door een van die ambtenaren ondernomen ter uitvoering van enig wettelijk voorschrift, belet, belemmert of verijdelt, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste drie maanden of geldboete van de tweede categorie.

Slide 29 - Diapositive

Twee verschillende gedragingen
Dit strafbare feit bestaat uit twee verschillende strafbare
gedragingen:
1. het opzettelijk niet voldoen aan een bevel of vordering krachtens wettelijk voorschrift gedaan.
‘alsmede’
2. het opzettelijk ‘bemoeilijken’ van een ondernomen
bevoegdheid. Onder bemoeilijken wordt verstaan beletten, belemmeren of verijdelen.

Slide 30 - Diapositive

1. Bevel/vordering krachtens wettelijk voorschrift
Het opzettelijk niet voldoen aan een bevel of vordering gedaan door een ambtenaar, is strafbaar. 

moet er nadrukkelijk wel een wettelijk voorschrift zijn waarin staat dat de ambtenaar dat bepaalde bevel mocht geven of die vordering mocht doen. 

Voorbeeld: De opsporingsambtenaar is bevoegd ter inbeslagneming de
uitlevering te bevelen van daarvoor vatbare voorwerpen (Artikel 96a Wetboek van Strafvordering).

Slide 31 - Diapositive

Wie mag een dergelijk bevel geven
Niet elke ambtenaar mag ambtelijke bevelen geven. Bevoegd zijn:
- de ambtenaar met enig toezicht belast
- de opsporingsambtenaar
- en de onderzoeker van strafbare feiten (de rechter commissaris)

Slide 32 - Diapositive

Het bevel/vordering
Een bevel of vordering moet duidelijk worden gegeven. Elk verzoek is nog geen bevel of vordering.

Opzettelijk niet voldoen
Om strafbaar te zijn voor het opzettelijk niet voldoen moet verdachte opzettelijk weigeren om geen gevolg te geven aan het bevel of de vordering. Als hij eenvoudig niet kan voldoen, is hij niet strafbaar voor dit misdrijf, maar mogelijk wel voor een ander feit.

Slide 33 - Diapositive

Rechercheur De Cok is bezig met de opsporing van een verdachte
van een bankoverval. Bij het misdrijf is mogelijk een huurauto gebruikt en De Cok wil weten wie de auto heeft gehuurd. Hij gaat naar het verhuurbedrijf. Daar geeft hij een medewerker van de verhuuradministratie het bevel om het huurcontract ter inbeslagneming uit te leveren. De medewerker weigert, omdat hij eerst toestemming wil vragen van zijn baas. Is de medewerker strafbaar?
A
JA
B
NEE

Slide 34 - Quiz

2. Het opzettelijk beletten, belemmeren of verijdelen van een
ondernomen bevoegdheid
Beletten: voorkomen, verhinderen of onmogelijk maken.

Belemmeren: bemoeilijken zonder onmogelijk te maken.

Verijdelen: krachteloos maken of doen mislukken.

Slide 35 - Diapositive

let op!
belemmeren, beletten,
verijdelen
+
geweld tegen de ambtenaar
=
wederspannigheid

Slide 36 - Diapositive

OPSCHUDDING VEROORZAKEN
Artikel 185 Wetboek van Strafrecht
Hij die bij een terechtzitting of ter plaatse waar een ambtenaar in het openbaar in de rechtmatige uitoefening van zijn bediening werkzaam is, opschudding veroorzaakt en na het door of vanwege het bevoegd gezag gegeven bevel zich niet verwijdert, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste twee weken of geldboete van de tweede categorie.

Slide 37 - Diapositive

BESTANDDELEN
Gedraging:  Opschudding veroorzaken en zich niet verwijderen na het door bevoegd gezag                                      gegeven bevel
Uit jurisprudentie blijkt: terstond

Waar & tegen wie:  - Ter terechtzitting
                                        - Waar een ambtenaar in het openbaar, in de rechtmatige uitoefening van                                                   zijn bediening werkzaam is

Bevoegd gezag = de Vz-rechtbank  en de opsporingsambtenaar
Werkzaam = bezig met een bevoegdheid



Slide 38 - Diapositive

Tijdens een openbare terechtzitting begint een man uit het publiek
plotseling te schreeuwen en te demonstreren tegen het optreden
van één van de advocaten. Het overige publiek reageert verontrust
en geïrriteerd. De rechter geeft de man het bevel de rechtszaal te
verlaten. De man voldoet aan dit bevel en verlaat morrend de
rechtszaal. Is de man strafbaar??
A
Nee
B
Ja

Slide 39 - Quiz

BELEDIGING
Artikel 266 Wetboek van Strafrecht
Elke opzettelijke belediging die niet het karakter van smaad of
smaadschrift draagt, hetzij in het openbaar mondeling of bij geschrift of afbeelding, hetzij iemand, in zijn tegenwoordigheid mondeling of door feitelijkheden, hetzij door een toegezonden of aangeboden geschrift of afbeelding, aangedaan, wordt, als eenvoudige belediging, gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste drie maanden of geldboete van de tweede categorie.

Slide 40 - Diapositive

EENVOUDIGE BELEDIGING (KLACHTMISDRIJF)
Beledigen staat niet in de wet. Bedoeld wordt het opzettelijk aanranden van iemands eer of goede naam (schelden)
Strafbaar in het openbaar:  -Mondeling, geschrift of afbeelding
                                                         -Beledigde hoeft niet aanwezig te zijn
Strafbaar in zijn tegenwoordigheid:
Mondeling, aangeboden geschrift of afbeelding of door feitelijkheden
Beledigde is (alleen) aanwezig
Roddel, 1-op-1 zonder de beledigde is niet verboden

Een feitelijkheid is een handeling, een daad of een gebaar zoals spuwen, de minachtende klap of een beledigend (hand)gebaar. 



Slide 41 - Diapositive

BELEDIGING AMBTENAAR
Artikel 267 Wetboek van Strafrecht
De in de voorgaande artikelen van deze titel bepaalde
gevangenisstraffen kunnen met een derde worden verhoogd, indien de belediging wordt aangedaan aan:
1. Het openbaar gezag, een openbaar lichaam of een openbare
instelling
2. Een ambtenaar gedurende of terzake de rechtmatige uitoefening
van zijn bediening

Slide 42 - Diapositive

BESTANDDELEN
Gedraging
Bewust de ambtenaar beledigen
Beschermt alleen de ambtenaar: gedurende (tijdens zijn functieuitoefening )
                                                                  of
ter zake = (achteraf en in relatie tot… functie-uitoefening)
de rechtmatige uitoefening van zijn bediening
Ambtshalve vervolgbaar
Indien bevoegd zelf PV
Bij twijfel opzet op ambtenaar ook klacht 266




Slide 43 - Diapositive

Een agent bekeurt iemand voor openbare dronkenschap en een
dag later komt deze verdachte de agent tegen terwijl die in zijn
vrije tijd aan het winkelen is. De verdachte van de openbare dronkenschap herkent de opsporingsambtenaar. Hij roept: ‘All cops are bastards en jij al helemaal met je bekeuring voor zuipen op straat!’ Vervolgens laat de verdachte hem zijn T-shirt zien waarop de letters A.C.A.B. staan afgebeeld.
Is hier sprake van belediging van een ambtenaar?
A
JA
B
NEE

Slide 44 - Quiz