IB_FR_Les 4 AVOIR, vragen, materiaal 23-24

1 / 15
suivant
Slide 1: Diapositive
SpaansMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

Cette leçon contient 15 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Bonjour!
timer
5:00

Slide 2 - Diapositive

Doelen van vandaag
  • Vragen stellen: Que
  • Werkwoord AVOIR. 
  • Woorden: School materiaal 

Eind van de les kan jij...
...praten over het huis en de omgeving van anderen.
...werkwoorden ER gebruiken.

Slide 3 - Diapositive

Je me présente...
Je suis... Mme. Mozdzer (Ik ben... je naam)

J'ai...51 ans (Ik ben... je leeftijd)

Je suis... argentine (Ik ben...je nationaliteit)

J'habite à... La Haye (Ik woon in... je stad, buurt)
Schrijf het op in je schrift!

Slide 4 - Diapositive

Quel est ton nom de famille?
[Wat is je achternaam?]

Slide 5 - Question ouverte

Quel est ton prénom?
[Wat is je naam?]

Slide 6 - Question ouverte

Les verbes: être
Je
suis
ik ben
Tu
es
jij bent
Il/elle
est
hij/zij is
Nous
sommes
wij zijn
Vous
êtes
jullie zijn
U bent
Ils/elles
sont
ze zijn

Slide 7 - Diapositive

Quel âge as-tu?
[Wat is je leeftijd?]

Slide 8 - Question ouverte

Les verbes: avoir
J'
ai
ik heb
Tu
as
jij hebt
Il/elle
a
hij/zij heeft
Nous
avons
wij hebben
Vous
avez
jullie hebben
U heeft
Ils/elles
ont
ze hebben

Slide 9 - Diapositive

Qu'est-ce que tu as dans ta trousse?
J'ai un/une...

Slide 10 - Diapositive

Questions: Que?
Qu'est-ce que tu as dans ton sac à dos? [Wat heb jij in je rugzak?]
J'ai un stylo [ik heb een pen].

Est-ce que tu as un stylo dan ton sac à dos?
Oui, j'ai un stylo dans mon sac à dos.
Non, je n'ai pas un stylo dans mon sac à dos.

As-tu un stylo dans ton sac à dos?
Oui, j'ai un stylo dans mon sac à dos.
Non, je n'ai pas un stylo dans mon sac à dos.

Slide 11 - Diapositive

Questions: Que?
Wat is het verschil tussen een "oui" en een "non" aantwoord?

Est-ce que tu as un stylo dan ton sac à dos?
Oui, j'ai un stylo dans mon sac à dos.
Non, je n'ai pas un stylo dans mon sac à dos.

- Oui: persoon + werkwoord

- Non: persoon + NE + werkwoord + PAS

Slide 12 - Diapositive

Qu'est-ce que tu as dans ta trousse?
J'ai un/une...

Slide 13 - Diapositive

Ik kan vragen stellen op verschillende manieren.
Ja
Een beetje
Nee

Slide 14 - Sondage

Merci!
Au revoir!

Slide 15 - Diapositive