Domein 2 Orientatie in de twee- en driedimensionale wereld

Domein 2 Orientatie in de twee- en driedimensionale wereld
1 / 15
suivant
Slide 1: Diapositive
RekenenMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 1

Cette leçon contient 15 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Domein 2 Orientatie in de twee- en driedimensionale wereld

Slide 1 - Diapositive

Orientatie in de twee- en drie- dimensionale wereld
2.1 Vlakke en ruimtelijke figuren
2.2 Omtrek en oppervlakte
2.3 Inhoud
2.4 Plattegronden
2.5 Routes
2.6 Schaal en schaallijn
2.7 Van twee- naar driedimensionaal
2.8 Referentiematen
2.9 Gemengde opdrachten

Slide 2 - Diapositive

Lesdoel
Na deze les weet je:
  • wat vlakke figuren zijn en kun je die benoemen
  • wat ruimtelijke figuren zijn en kun je deze benoemen
  • wat loodrecht en betekent

Slide 3 - Diapositive

Vlakke figuren
Ruimtefiguren

Slide 4 - Diapositive

Vlakke figuren
Een vlakke figuur is tweedimensionaal. Het vierkant, de rechthoek, de driehoek en de cirkel zijn voorbeelden van vlakke figuren.

Slide 5 - Diapositive

Ruimtelijke figuren

Ruimtelijke figuren zijn driedimensionaal (3D).

Het verschil met vlakke figuren is dat jij bij ruimtelijke figuren diepte kan zien.


Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive

Meetkundige begrippen
Lijnen die dezelfde richting hebben en elkaar niet snijden, zijn evenwijdig of parallel. Lijnen die elkaar onder een rechte hoek (90°) snijden noemen we loodrecht of haaks. Een figuur die je kunt dubbelvouwen zodat de beide helften netjes op elkaar passen heet spiegelsymmetrisch of lijnsymmetrisch

Slide 8 - Diapositive

Loodrecht/haaks
Lijnen die elkaar onder een rechte hoek (90º) snijden noemen we 'loodrecht of haaks'. 

Kleiner dan 90º        precies 90º          Groter dan 90º

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

Welke figuren zijn vlakke figuren?
A
2, 7, 8
B
1, 3, 4, 5
C
1,3,8
D
geen

Slide 11 - Quiz

Dit vlakke figuur heeft 4 zijden, alle zijden zijn even lang en de hoeken zijn niet recht.
A
Vierkant
B
Ruit
C
Rechthoek
D
Vlieger

Slide 12 - Quiz

Welke ruimtelijke figuren
herken je in de speelhuisjes?
A
Vierkant- driehoek- rechthoek
B
Kubus, driehoek, vierkant
C
Kubus, prisma, balk- piramide
D
Kubus- balk-piramide

Slide 13 - Quiz

Wat is de naam van
dit ruimtelijke figuur?
timer
0:10
A
cilinder
B
balk
C
prisma
D
piramide

Slide 14 - Quiz

Aan de slag:
Blz 42
Opdracht 1 t/m 9

Slide 15 - Diapositive