H2 Les 2.4 Vorsten met absolute macht (2)

Vorsten met Absolute macht.
1 / 32
suivant
Slide 1: Diapositive
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 32 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Vorsten met Absolute macht.

Slide 1 - Diapositive

Vorsten met absolute macht
Leerdoelen:
  • Je kunt uitleggen hoe koningen sinds de late middeleeuwen meer macht probeerden te krijgen.
  • Je kunt uitleggen wat absoluut bestuur is en hoe dat functioneerde in Frankrijk
  • Je kunt enkele gevolgen noemen van de invoering van absoluut bestuur in Rusland

Slide 2 - Diapositive

Herhaling
  • leg uit hoe koningen sinds de late middeleeuwen meer macht probeerden te krijgen?
  • Wat was een centraal bestuur?
  • Wat is een monarch(ie)?

Slide 3 - Diapositive

samen lezen Blz. 86/87: Koningen willen meer macht
Monarchie/Monarch?
Centraal bestuur?

Leenmannen/Edelen (vorig schooljaar)?



Slide 4 - Diapositive

Koningen willen meer macht
  • 17e eeuw: Meeste landen monarchie
  • Monarchie = vorm van bestuur met een koning aan het hoofd
  • Koningschap = Erfelijk

  • Eerst afhankelijk van adel:  geld & leger
  • Door belasting te heffen --> 
  • Niet meer afhankelijk van geld adel
  • Zo meer macht

Slide 5 - Diapositive

Lodewijk XIV

Slide 6 - Diapositive

Lodewijk XIV
  • Halverewege 17e eeuw --> absolute macht
  • Absolutisme = vorm van bestuur waarbij de koning alle macht heeft

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Diapositive

Lodewijk XIV
  • Besturen vanuit Versailles
  • Belasting heffen
  • Wetten maken
  • Hoogste rechter --> zijn wil was wet
  • Adel in Versailles wonen --> iedereen in de gaten houden (hij was hun baas).
  • Groot leger

Slide 9 - Diapositive

Absolutisme was normaal
  • Koning macht van god gekregen 
  • Koning was hierdoor onaantastbaar
  • "alles wat hij deed was in naam van god" hierdoor konden mensen geen kritiek hebben.

Slide 10 - Diapositive

Lodewijk XIV
Lodewijk gebruikte dus 4 verschillende manieren om zijn macht te houden.
  1. Hij probeerde te voorkomen dat de adel weer macht kreeg.
  2. Hij probeerde de economie te verbeteren, hierdoor meer belasting.
  3. Hij stimuleerde het idee dat hij zijn macht van god had gekregen.
  4. Lodewijk had een groot permanent leger (dus geen huurleger).

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Vidéo

Nog meer machtige vorsten

    Lodewijk XIV niet enige machtige koning
    Zweden, Oostenrijk, Rusland en Pruisen volgden zijn voorbeeld.




Frederik Willem I van Pruisen

Slide 16 - Diapositive

Peter de Grote
Ook de Russische tsaar Peter de Grote wilde zijn macht vergroten. Rusland liep heel erg achter op het westen, Peter wilde zijn land moderniseren. Dat leerde hij in de Republiek!

Slide 17 - Diapositive

Rusland
  • Tsaar Peter de Grote 
  • Rusland liep achter op rest Europese landen
  • Liet zich bijscholen... sindsdien:
  • Haven laten aanleggen
  • Academie voor zeelui
  • Groot leger
  • Veel land veroverd.

Slide 18 - Diapositive

Rusland
  • Tsaar Peter liet na zijn reizen:
  • Havens en wegen aanleggen
  • Er kwam een Academie voor zeelui
  • Hij bouwde een groot leger

Rusland word een machtig en modern land.

Slide 19 - Diapositive

Slide 20 - Diapositive

Standbeeld van Peter de Grote in Zaandam.
De Kathedraal van de Heilige Apostelen Petrus en Paulus in de stad Peterhof

Slide 21 - Diapositive

Huiswerk
Opgaven: ......

Slide 22 - Diapositive

Welke koning wordt ook wel de zonnekoning genoemd?
A
Peter de Grote
B
Willem van Oranje
C
Lodewijk XIV
D
Willem Alexander

Slide 23 - Quiz

Hoe werd Lodewijk XIV rijker?
A
Belasting
B
Geld lenen van andere landen

Slide 24 - Quiz

Hoe heette de vorst van Rusland
A
Lodewijk de XIV
B
Peter de Grote

Slide 25 - Quiz

Het bestuur van de Republiek was bijzonder omdat het geen koning had
A
Juist
B
Onjuist

Slide 26 - Quiz

Wie hadden de macht in de republiek
A
Koning
B
Adel
C
Regenten

Slide 27 - Quiz

Wie had de leiding over het leger
A
Stadhouder
B
Raadspensionaris

Slide 28 - Quiz

Wanneer was het rampjaar?
A
1672
B
1650

Slide 29 - Quiz

wat is absolutisme
A
Iedereen heeft macht
B
Alleen de regenten hebben macht
C
De koning heeft alle macht

Slide 30 - Quiz

een monarchie is een land waar de koning de macht heeft
A
Juist
B
onjuist

Slide 31 - Quiz

Welk begrip zie je hier?
A
Oostzeevaart
B
Handelskapitalisme
C
Driehoekshandel
D
VOC

Slide 32 - Quiz