A2C, Periode 1, Les 1 (1-09-2020)

Bienvenidos a la clase de español
1 / 32
suivant
Slide 1: Diapositive
SpaansMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

Cette leçon contient 32 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Bienvenidos a la clase de español

Slide 1 - Diapositive

Mevrouw van der Biezen

Slide 2 - Diapositive

El programa de hoy

  • 25 min  - Presentarse
  • 5 min    - Período 1
  • 5 min    - Las clases de español

  • 10 min  - Vocabulario (repaso)

  • 20 min  - Repetición

  • Los deberes

Slide 3 - Diapositive

Presentarse
  • Nombre 
  • ¿Dónde vives?
  • Tus aficiones

Slide 4 - Diapositive

Regels 




Ik behandel anderen met respect zoals ik zelf behandeld wil worden
In de klas praat ik zachtjes met andere leerlingen
Als een ander praat ben ik stil
We steken onze vinger op als we iets willen zeggen of als we een vraag hebben
Aspraken
Spullen in orde (boek, schrift, laptop, pen)
Dit geldt ook voor huiswerk en opdrachten. (zo niet op donderdag  in de pauze nablijven)

Muziek luisteren? 
1 playlist maken en ik wil het niet meer zien.

 Praten? 
Vraag ik om stilte -> ik verwacht dat iedereen stil is.
(of iets anders verwacht ik dat jullie dit doen)
Stoor je de les ->  Benoem ik je naam met een waarschuwing.
 Gebeurt niet wat ik  van je vraag -> zijn er consequenties (in de pauze blijven, na school blijven, bij de dagwacht melden?)

Portfolio wordt per week gecontroleerd. Google document delen

Slide 5 - Diapositive

5 min - Período 1
Materiaal:
- Gente Joven 1, WB + TB
- 'Grammatica' boekje
- 'Somos geniales (unidad 3)' boekje 
- Schrift, Mapje, Laptop
- Classroom, LessonUp, Quizlet 

Toetsen: 
- 1 x SO
- PO ' mi mejor amigo' (periode 1 of 2)
- Repetitie H3
Leerdoelen: 
Herhalen voorstellen & school & werkwoorden etc. 
+ karakter,uiterijk, familie, vrienden)

Slide 6 - Diapositive

T.T. Unidad 3
LEERSTOF VOOR TOETS: 

vocab 3.1 t/m 3.3
frases clave 1, 2, 3 (= p.5-6-7)
gram: nr 1, 2, 3, 6
bez. vnw (nr. 8)
bijv nw (nr 10ab)
bijw van hoeveelheid (nr. 19)
werkwoorden nr 25 t/m 28 + 35
getallen 0-20 (TB. p.97)

Slide 7 - Diapositive

Beantwoord:
Welke Spaanse vocabulaire ken je nog?

Slide 8 - Question ouverte

Beantwoord:
Welke Spaanse grammatica ken je nog?

Slide 9 - Question ouverte

Wat kan je nog meer herinneren van vorig schooljaar?

Slide 10 - Question ouverte

Repetición
Over 3 lessen weet/ken je/ kan je toepassen: 
- vocabulaire/zinnen jezelf voorstellen
- vocabulaire/ zinnen m.b.t. school
- leuk/ niet leuk vinden 
- werkwoorden vervoegen 
- getallen 0-20
- lidwoorden, enk/mv, bezittelijk vnw 

Slide 11 - Diapositive

10 min - Vocabulario 

Hoofdstuk 1

Leer in stilte!

Overhoring na 10 min 

timer
10:00

Slide 12 - Diapositive

Welke woorden
heb je geleerd?

Slide 13 - Carte mentale

Vertaal...

Hola

Slide 14 - Question ouverte

vertaal..

el país

Slide 15 - Question ouverte

vertaal..

la clase

Slide 16 - Question ouverte

vertaal...

El apellido

Slide 17 - Question ouverte


Vertaal..
(yo) me llamo

Slide 18 - Question ouverte

vertaal..

alemán, alemana

Slide 19 - Question ouverte

vertaal..

(Yo) soy de Holanda

Slide 20 - Question ouverte

vertaal..

(yo) vivo en ...

Slide 21 - Question ouverte

vertaal..

¡qué suerte!

Slide 22 - Question ouverte

vertaal..

presentarse

Slide 23 - Question ouverte

vertaal..

ahora

Slide 24 - Question ouverte

vertaal..

el deporte

Slide 25 - Question ouverte

Gustar
= leuk vinden / houden van
Nederlands: Ik vind het strand leuk

Spaans: Me gusta la playa.
(Mij pleziert het strand)




Slide 26 - Diapositive

(A mí)     me
 (A ti)     te
 (A él / ella / usted)   le
  (A nosotros)    nos
 (A vosotros)    os
( A ellos / ellas / ustedes)  les


+ gusta
+gustan

Slide 27 - Diapositive

Gusta 
  1. Als dat wat je leuk vindt in het zelfstandignaamwoord in enkelvoud staat:
2. Als dat wat je leuk vindt een werkwoord is:
Gebruik je GUSTA
Bijv. Me gusta la guitarra = ik vind de gitaar leuk
Bijv. Me gusta tocar el piano = ik hou van piano spelen.



 

Slide 28 - Diapositive

Gustan
  1. Als dat wat je leuk vindt in het zelfstandignaamwoord in meervoud staat:
Gebruik je GUSTAN
Bijv. Me gustan las motos = ik vind de motors leuk.
 Le gustan las guitarras = Hij /zij / u houdt van de gitaren.


Slide 29 - Diapositive

Me gusta...= Ik vind...leuk
Me gusta mucho... = Ik vind... heel leuk

No me gusta...= Ik vind... niet leuk
(No me gusta el libro)
No me gusta nada...= Ik vind...helemaal niet leuk
(No me gustan nada los libros)



Slide 30 - Diapositive

15 min - Hacer los ejercicios

¿Qué?              TB p. 35, oef 4b

¿Cómo?          Individualmente

¿Tiempo?       5 min 
¿Meta?            Practicar 'gustar' 

¿Listo?            Estudiar verbos (gram nr. 25,26,27,28: ser, tener, hablar, llamarse)
¿Listo?            Oefenen VOC (boekje: el colegio) p.13-14-15 oef 1-2-4-5

Slide 31 - Diapositive

Los deberes

Huiswerk: 
- Leren: 
  • hoofdstuk 2 voca 2.3 en 2.4  + Gramm. 25 tm 28, 32 tm 34
- Maken: 
  • TB p. 35 oef 4b
  • Boekje hoofdstuk 2 VOC ‘MI COLEGIO’ p. 13-14-15 oef 1,2,4,5.

Slide 32 - Diapositive