Qu'est-ce que LessonUp
Rechercher
Canaux
Connectez-vous
S'inscrire
‹
Revenir à la recherche
W23 2B EN U6 bespr oefentoets
Oefentoets
1 / 50
suivant
Slide 1:
Diapositive
Engels
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 2
Cette leçon contient
50 diapositives
, avec
quiz interactifs
,
diapositives de texte
et
2 vidéos
.
Commencer la leçon
Partager
Imprimer la leçon
Éléments de cette leçon
Oefentoets
Slide 1 - Diapositive
oefen toets
Informatie
- de toets gaat over de lesstof van unit 6
- de toets duurt 45 minuten
- de toets lijkt op de echte toets
- je kan 8 x 8 punten halen,
64 punten = 10
Na de toets weet je wat je nog extra moet oefenen.
Slide 2 - Diapositive
Oefening A
Woorden en zinnen
Slide 3 - Diapositive
Vertaal naar het Nederlands:
husband
A1:
Slide 4 - Question ouverte
wat past het beste in de zin:
Teachers
witness
/worry
about the grades.
A4:
Slide 5 - Question ouverte
Oefening B
Woorden en zinnen
Slide 6 - Diapositive
Vertaal naar het Engels:
buurman
B1:
Slide 7 - Question ouverte
Wat past het beste in de zin? Kies uit:
describe - basket - across
Could you ..... the driver?
B4:
Slide 8 - Question ouverte
Oefening C
Some/any
Slide 9 - Diapositive
C1
Can you give me ...... information?
Some of any
A
some
B
any
Slide 10 - Quiz
C2
Do you want ...... lemonade?
Some of any
A
some
B
any
Slide 11 - Quiz
C3
I have .... news for you!
Some of any
A
some
B
any
Slide 12 - Quiz
C4
I can't give you .... money.
Some of any
A
some
B
any
Slide 13 - Quiz
Oefening D
present simple
Slide 14 - Diapositive
0
Slide 15 - Vidéo
In de tegenwoordige tijd (present simple) zet je bij .... , ..... en .... een -s achter het werkwoord.
D1. vul in:
A
he,it en she
B
it, we en she
C
we, they en you
D
she, you en it
Slide 16 - Quiz
Zet de zin in de present simple en de juiste vorm.
+ (walk) We .... to school every day.
D2:
Slide 17 - Question ouverte
Zet de zin in de present simple en de juiste vorm.
? (lose) .... Mary .... her keys so often?
D3:
Slide 18 - Question ouverte
Zet de zin in de present simple en de juiste vorm.
- (eat) Bears .... french fries on monday.
D4:
Slide 19 - Question ouverte
Zet de zin in de present simple en de juiste vorm.
? ( know ) .... they .... what to do about it?
D5:
Slide 20 - Question ouverte
Zet de zin in de present simple en de juiste vorm.
+ ( walk ) They .... to school every day.
D6:
Slide 21 - Question ouverte
Zet de zin in de present simple en de juiste vorm.
- ( buy ) Mike .... his own chain lock.
D8:
Slide 22 - Question ouverte
will/ shall
oefening E
will / shall
Slide 23 - Diapositive
Slide 24 - Vidéo
Slide 25 - Diapositive
Als je will en not samenvoegt krijg je .... .
E1 Vul in:
A
won't
B
willn't
C
wolln't
D
will't
Slide 26 - Quiz
He .... go to school and learn about economy.
E2
Wat moet er op de puntjes staan?
A
will
B
shall
C
won't
Slide 27 - Quiz
I think he .... be home at five o'clock.
E3
Wat moet er op de puntjes staan?
A
will
B
shall
C
won't
Slide 28 - Quiz
I .... help you if you are so mean.
E4
Wat moet er op de puntjes staan?
A
will
B
shall
C
won't
Slide 29 - Quiz
.... I carry you backpack?
E5
Wat moet er op de puntjes staan?
A
will
B
shall
C
won't
Slide 30 - Quiz
.... you pass the test?
E6
Wat moet er op de puntjes staan?
A
will
B
shall
C
won't
Slide 31 - Quiz
The dog ...... bite. He is a sweet animal.
E7
Wat moet er op de puntjes staan?
A
will
B
shall
C
won't
Slide 32 - Quiz
Oefening F
Some/any
Slide 33 - Diapositive
Slide 34 - Diapositive
Wat past het beste in de zin? Kies uit:
some - any - something - anything - somebody - anybody - someone - anyone - somewhere - anywhere
F1:
Nira lives .... in Holland.
Slide 35 - Question ouverte
Wat past het beste in de zin? Kies uit:
some - any - something - anything - anybody - someone - anyone - somewhere - anywhere
F3:
Joan asked .... to bing her to school.
Slide 36 - Question ouverte
Wat past het beste in de zin? Kies uit:
some - any - something - anything - somebody - anybody - someone - anyone - somewhere - anywhere
F2:
Have you got .... idea where my keys are?
Slide 37 - Question ouverte
Wat past het beste in de zin? Kies uit:
some - any - something - anything - anybody - someone - anyone - somewhere - anywhere
F4:
The police officer didn't find .... in the bag.
Slide 38 - Question ouverte
oefening
G
can of can't
Slide 39 - Diapositive
Cats .... fly.
G1
Wat moet er op de puntjes staan?
A
can
B
can't
Slide 40 - Quiz
I'm glad you .... come.
G2
Wat moet er op de puntjes staan?
A
can
B
can't
Slide 41 - Quiz
Oefening H
zinnen
Slide 42 - Diapositive
Vertaal naar het Engels:
Ik heb een goed geheugen,
dus dat kan ik wel.
H1:
Slide 43 - Question ouverte
Vertaal naar het Engels:
Hij heeft een mand voorop.
H2:
Slide 44 - Question ouverte
Vertaal naar het Engels:
Heb je iets gezien of gehoord?.
H3:
Slide 45 - Question ouverte
Vertaal naar het Engels:
Vind je het goed als ik je naam opschrijf?
H4:
Slide 46 - Question ouverte
Vertaal naar het Engels:
Waar was je op de ochtend van 28 oktober?
H5:
Slide 47 - Question ouverte
Vertaal naar het Engels:
Ik kan u echt niet vertellen hoe hij eruit zag.
H6:
Slide 48 - Question ouverte
Vertaal naar het Engels:
Ik stuur u de informatie meteen.
H7:
Slide 49 - Question ouverte
Vertaal naar het Engels:
Morgen is goed.
H8:
Slide 50 - Question ouverte
Plus de leçons comme celle-ci
Grammar recap Unit 4
Avril 2024
- Leçon avec
33 diapositives
Engels
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
Week 42 les 1
Mars 2024
- Leçon avec
14 diapositives
Engels
Middelbare school
vmbo g
Leerjaar 3
some any
Février 2024
- Leçon avec
24 diapositives
Engels
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
Week 42 les 1
Octobre 2023
- Leçon avec
18 diapositives
Engels
Middelbare school
vmbo g
Leerjaar 3
PW Unit 3 mavo 2
Juin 2022
- Leçon avec
16 diapositives
PLV used to en some/any
Juin 2022
- Leçon avec
22 diapositives
Engels
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 3
Unit 4 lesson 5 part 1 and 2
Mai 2024
- Leçon avec
47 diapositives
Engels
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
Some Any deel 2 - Unit 3
Janvier 2021
- Leçon avec
36 diapositives
Engels
Voortgezet speciaal onderwijs
Leerroute 2