Biologie thema 5, herhaling H1-4 BB

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 1

Thema 5, Herhaling H 1-4

Skelet
Uit hoeveel botten bestaat jouw skelet?

1. 106
2. 206
3. 176
4. 236

Welk deel is gemaakt van kraakbeen?

1 -------->

2 --------->

3 ----->

1. 1
2. 2
3. 3
4. geen enkel deel

Sleep naar de botten die je 

ziet op de röntgenfoto:

Spaakbeen

Opperarmbeen

Ellepijp

Hoe heet bot nr 3?

1. Bovenarm
2. Opperarmbeen
3. Dijbeen
4. Opperarmbot

Hoe heet bot nr 9?

1. Dijbeen
2. Kuitbeen
3. Scheenbeen
4. Knieschijf

Hoe heet bot nr 14?

1. Rib
2. Sleutelbeen
3. Wervel
4. Borstbeen

3-hoekig bot

Schedel

Dijbeen

Opperarmbeen

Schouderblad

Rib

Heupbeen

Staartbeen

Kuitbeen

Beentjes van de voet

Knieschijf

Hoe heet bot nr 10?

1. Opperbeen
2. Heupbeen
3. Dijbeen
4. Scheenbeen

Kraakbeen zorgt ervoor dat

1. een gewricht kan bewegen
2. het bot niet zo snel slijt en botten soepel kunnen bewegen
3. een bot stijf is
4. stevigheid van een gewricht

Mensen hebben een:

1. Inwendig skelet
2. Uitwendig skelet
3. Geen skelet
4. Een slakkenhuis :)

Skelet
Uit hoeveel botten bestaat jouw skelet?

1. 106
2. 206
3. 176
4. 236

Een ander woord
voor een paar botten:

1. skelet
2. beenderen
3. geraamte
4. bottenskeletstelsel

Wat zijn de voordelen van een skelet?

1. Bescherming en stevigheid
2. Het vormt je karakter

nr. 7
nr. 10

1. 7: schouderblad 10: staartbeen
2. 7: sleutelbeen 10: heupbeen
3. 7: schouderblad 10: heiligbeen
4. 7: sleutelbeen 10: staartbeen

Welke functies heeft ons skelet?
Kies het beste antwoord

1. vormgeven, bescherming, stevigheid
2. vormgeven, stevigheid, beweging
3. beweging, vormgeven, stevigheid, bescherming
4. beweging, vormgeven, stevigheid, bescherming, vormt je intelligentie

Uit welke delen bestaat het skelet?

1. schedel en ledematen en armen
2. romp, ledematen en armen en benen
3. schedel, romp, ledematen
4. schedel,romp, ledematen en armen en benen

Uit welke delen bestaat de borstkas?

1. borstwervels, ribben, borstbeen, hart, longen
2. borstwervels, ribben, borstbeen, hart
3. borstwervels, ribben, borstbeen
4. borstwervels, ribben, borstbeen, hart, longen en maag en lever

nr. 11
nr. 12

1. 11: knieschijf 12: kuitbeen
2. 11: kniebeen 12: kuitbeen
3. 11: knieschijf 12: scheenbeen
4. 11: knieschijf 12: achillespees

Botten krijgen hun stevigheid
vooral door de kalk.

1. Juist
2. Onjuist

Hoe heet het
groene bot?

1. Sleutelbeen
2. Dijbeen
3. Schoudergordel
4. Schouderblad

Hoe heten de groen gekleurde botten?

1. Halswervels
2. Borstwervels
3. Lendewervels
4. Heiligbeen

Hoe heet het groen gekleurde bot?

1. Heiligbeen
2. Staartbeen
3. Heupbeen
4. Bekken

Sleep de nummers naar de juiste naam

Beenderen van het been

dijbeen

scheenbeen

knieschijf

kuitbeen

1

2

3

6

Botten kunnen uit zichzelf bewegen.

1. Niet waar
2. Wel waar

Wat is waar?

  <---------A 

     <------ B 

      <------C 

1. A is een pees B is de kuitspier C is het hielbeen
2. A is de aanhechtingsplaats B is de kuitspier C is een pees
3. A is kraakbeen B is de kuitspier C is een pees
4. A is een pees B is de kuitspier C is de aanhechtingsplaats

Succes met leren en fijne vakantie! 

Na de vakantie: SO H 1-4 van thema 5.