Les 1 grafieken, tabellen en formules

• Wiskunde
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 3

lesdoel(en)

• Wat weet je al/nog van klas 2 over tabellen, formules en grafieken
• Je kunt van een formule een tabel maken en een grafiek tekenen.
• Je kunt verschillende soorten grafieken herkennen.

Wat is een grafiek

1. Iets met een horizontale as en een verticale as
2. Je weet hoe laat je op school moet zijn
3. Die zet je bovenop een kerstboom
4. Je kunt er dingen op aflezen

Wat is dit voor een grafiek?

1. stijgend
2. dalend
3. constant

De woorden uit de bovenste rij van de tabel zet je bij ....

1. aan de horizontale as
2. aan de verticale as

Is dit een lineaire grafiek?

1. ja
2. nee

Is dit een lineaire grafiek?

1. ja
2. nee

Hellingsgetal aflezen in een tabel

- Bovenste rij getallen moet opeenvolgend zijn.

- De toename in de onderste rij moet steeds gelijk zijn.

- Toename = hellingsgetal

Hellingsgetal aflezen in een tabel

aantal	0	1	2	3	4	5
kosten	2	4	6	8	10	12

- Bovenste rij getallen moet opeenvolgend zijn.

- De toename in de onderste rij moet steeds gelijk zijn.

- Toename = hellingsgetal

Hellingsgetal aflezen in een tabel

aantal	0	1	2	4	6	8
kosten	1	3	5	7	9	11

- Bovenste rij getallen moet opeenvolgend zijn.

- De toename in de onderste rij moet steeds gelijk zijn.

- Toename = hellingsgetal

aantal	0	1	2	3	4	5
kosten	2	4	6	8	10	12

Het getal onder de nul is het startgetal.

Startgetal in een tabel

aantal	0	1	2	3	4	5
kosten	2	5	8	11	14	17

Kosten = aantal x 3 + 2

Het getal onder de nul is het startgetal. 

Startgetal = 2

Hellingsgetal = 3

Startgetal in een tabel

aantal	0	1	2	3	4	5
kosten	2	5	8	11	14	17

Kosten = aantal x 3 + 2

kosten

aantal

formule

tabel

grafiek

Kosten in € = 2,50 + 0,25 x aantal foto's.
Het begingetal is:

1. 2,50
2. 0,25
3. Kosten in €
4. aantal foto's

Kosten in € = 2,50 + 0,25 x aantal foto's.
Het stijggetal is:

1. 2,50
2. 0,25
3. Kosten in €
4. aantal foto's

Kosten in € = 2,50 + 0,25 x aantal foto's.
De variabele:

1. 2,50
2. 0,25
3. Kosten in €
4. aantal foto's

Kosten in € = 2,50 + 0,25 x aantal foto's.
De kosten zijn:

1. 2,50
2. 0,25
3. Kosten in €
4. aantal foto's

Wat is de regelmaat?

Kies de juiste grafiek bij elke tabel.

horizontale grafiek

gebogen grafiek

lineaire grafiek

periodieke grafiek

Welke grafiek is lineair?

     A                         B

1. A
2. B
3. A en B
4. allebei niet

Is deze grafiek lineair?

     A                         B

1. Ja
2. Nee

Wat moet je onder de 0 zetten?

Waarom is de formule van deze grafiek een lineaire formule?

Is deze formule lineair?

1. ja
2. nee

Is deze formule van deze tabel lineair?

1. ja
2. nee

Wat is het hellingsgetal?

1. 3
2. 0
3. 5
4. 23

Wat is het hellingsgetal?

1. 0
2. 2
3. 2
4. 8

Wat is het hellingsgetal in deze formule?

aantal x 6 + 13 = bedrag

1. 6
2. 13

Wat is het hellingsgetal in deze formule?

4 x aantal - 2 = bedrag

1. 8
2. 2
3. -2
4. 4

Wat is het startgetal?

1. 3
2. 0
3. 5
4. 23

Wat is het startgetal in deze formule?

aantal x 6 + 13 = bedrag

1. 6
2. 13

Wat is het startgetal in deze formule?
aantal x 3 +10 = bedrag

1. 3
2. 10

Wat is het hellingsgetal in deze formule?
aantal x 3 +10 = bedrag

1. 3
2. 10

0