Lesmoment 13 klas basis3

Welkom! 
  • Telefoon → telefoon tas
  • Tafel → Werkboek en laptop
timer
1:00
1 / 24
suivant
Slide 1: Diapositive
EngelsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

Cette leçon contient 24 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 40 min

Éléments de cette leçon

Welkom! 
  • Telefoon → telefoon tas
  • Tafel → Werkboek en laptop
timer
1:00

Slide 1 - Diapositive

Wat gaan we deze les doen?
Grammatica: Onregelmatige werkwoorden
Present Perfect

Einde van de les snap ik....
- De Present perfect
Einde van de les heb ik....
- De onregelmatige werkwoorden lijst overgeschreven

Slide 2 - Diapositive

Onregelmatige werkwoorden 239-240
Zijn werkwoorden die in de verleden tijd (past simple) of in de voltooide tijd (perfect tense) geen –ed achter het woord krijgen.

Regelmatige werkwoord: to walk-walked-walked
                                                         to work-worked-worked
Onregelmatige werkwoord: to break-broke-broken
                                                        to fall-fell-fallen

Slide 3 - Diapositive

Onregelmatige werkwoorden 239-240  107 woorden
Onregelmatige werkwoorden overschrijven
timer
10:00

Slide 4 - Diapositive

Present Perfect
Voltooid tegenwoordige tijd



Slide 5 - Diapositive

Present perfect
Iets wat in het verleden begonnen is en nu nog aan de gang is.

Het is de voltooid tegenwoordige tijd, dus aan de ene kant is het al voltooid (in het verleden), maar is het ook nog bezig of heeft het nog invloed (in het heden).
Has/have + voltooid deelwoord

Slide 6 - Diapositive

Hoe gebruik je de  have/ has in zinnen?
Have / has + voltooid deelwoord

I have lived here for ten years.
She has known him since 2011.

Slide 7 - Diapositive

I
You
He/She/It
We
You
They
have 
have
have 
have 
have 
has

Slide 8 - Question de remorquage

HAVE/HAS
I---------------have
you---------------have
she/he/it---------------has
we----------------------have
you--------------------have
they------------------have

Slide 9 - Diapositive

Wat is dan het voltooid deelwoord?
er zijn 2 verschillende         regelmatige werkwoorden 
                                                           
                                                  onregelmatige werkwoorden
1
2

Slide 10 - Diapositive

           
             regelmatige werkwoorden       
1
werkwoord + -ed
Regelmatige ww krijgt in de verleden of voltooide tijd  -> +ed
play - played
walk - walked
work - worked
want - wanted

Slide 11 - Diapositive

           
             onregelmatige werkwoorden

2
Het derde woord uit de rijtjes 
 blz. 239-240     Leerwerk!! Je moet gewoon het rijtje kennen om zo de verleden tijd en de voltooide tijd te weten.    Weet je niet of het een onregelmatige ww is? check dan het boek!
To do - did - done
to fly - flew - flown
to fight - fought - fought

Slide 12 - Diapositive

Vragen maken in de present perfect
zet have/has aan het begin van de zin
vb
  • he has eaten at a restaurant
  • has he eaten at a restaurant?

Slide 13 - Diapositive

SIGNAALWOORDEN =Present perfect
  • JUST - NET
  • ALREADY - AL
  • YET - AL (IN VRAAGZINNEN)
  • NOT YET - NOG NIET
  • ALWAYS - ALTIJD AL
  • NEVER - NOOIT
  • EVER - OOIT
  • SINCE - SINDS
  • FOR - (NU) AL
  • (FOR) HOW LONG? - HOE LANG

Slide 14 - Diapositive

Welke zin staat in de present perfect?
A
I see a cat.
B
I have seen her cat for 9 years.

Slide 15 - Quiz

Welke zin staat in de present perfect?
A
I lived in Amsterdam.
B
I have lived in Amsterdam since I was 18.

Slide 16 - Quiz

Welke zin staat in de present perfect?
A
I bought a dog
B
I have bought a dog
C
I buy a dog
D
I am buying a dog

Slide 17 - Quiz

Welke zin staat in de Present Perfect?
A
She goes home at 8 o'clock.
B
He fell off his bike.
C
She has caught ten balls so far.
D
They worked all day yesterday.

Slide 18 - Quiz

He ......................... ( pay)


A
have paid
B
has paid

Slide 19 - Quiz

I ........................(write) very neatly.
A
have wrote
B
have written

Slide 20 - Quiz

Helen .............. .......(sleep) here for 2 days.
A
have sleep
B
has slept
C
has sleep
D
have slept

Slide 21 - Quiz

You.......................(walk) to home
A
Has walked
B
Have walked
C
Has walk
D
Have to walk

Slide 22 - Quiz

Hoe vorm je de Present Perfect?
A
stam + ED
B
met het derde rijtje van de irregular verbs
C
stam + S bij he / she / it
D
met has / have + voltooid deelwoord

Slide 23 - Quiz

Les doel behaald?
Present Perfect


Thuis 
leer de onregelmatige werkwoorden lijst  blz. 239-240

Slide 24 - Diapositive