Met of zonder N?

Spelling hoofdstuk 2 
Met of zonder -n?
1 / 15
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

Cette leçon contient 15 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Spelling hoofdstuk 2 
Met of zonder -n?

Slide 1 - Diapositive

Telwoorden als enkele, vele, weinige, sommige worden zelfstandig gebruikt als je achter het telwoord geen zelfstandig naamwoord uit de zin kunt invullen. Zo’n zelfstandig gebruikt telwoord schrijf je met -n als het personen aanduidt:

Slide 2 - Diapositive

– Allen waren uitgenodigd, maar sommigen zijn vanwege het slechte weer thuisgebleven.
– Enkelen van de bezoekers waren vergeten hun ID-bewijs mee te nemen.

Slide 3 - Diapositive

Goed of fout?
Ik zocht gisteravond de kippen.
Maar allen waren weggelopen.
A
goed
B
fout

Slide 4 - Quiz

Goed of fout
Jij wilde iedereen trakteren. Maar sommige waren al weg.
A
fout
B
goed

Slide 5 - Quiz

Als telwoorden geen personen aanduiden of niet-zelfstandig (maar bijvoeglijk) gebruikt worden, schrijf je ze zonder -n:

Slide 6 - Diapositive

Goed of fout
Ik verwacht dat morgen enkele toeschouwers gaan gillen van enthousiasme.
A
fout
B
goed

Slide 7 - Quiz

Goed of fout
Enkele problemen kunnen niet goed opgelost worden.

A
fout
B
goed

Slide 8 - Quiz

Telwoorden als tientallen, honderden, (tien)duizenden en miljoenen hebben altijd een -n.

Slide 9 - Diapositive

Goed of fout
Honderden mensen in Deventer hebben honden.
A
Goed natuurlijk, dat heb ik net geleerd.
B
Goed natuurlijk, zo zeg je dat gewoon.
C
Goed natuurlijk, wat een onzinnige vraag.
D
Fout!

Slide 10 - Quiz

Zelfstandig gebruikte bijvoeglijke naamwoorden die personen aanduiden
 (bijv. jongere) eindigen in het enkelvoud op een -e en krijgen in het meervoud een -n:

Slide 11 - Diapositive

Vul in:
Als ............. heb je tijd om je vrijwillig in te zetten voor eenzame ..........
A
gepensioneerde oudere
B
gepensioneerden oudere
C
gepensioneerden ouderen
D
gepensioneerde ouderen

Slide 12 - Quiz

Zelfstandig gebruikte bijvoeglijke naamwoorden die zaken (dingen) aanduiden, eindigen altijd op een -e, behalve als het gaat om een stoffelijk bijvoeglijk naamwoord.

Slide 13 - Diapositive

Ik zie hier vijf horloges: drie vrij goedkope ........ en twee peperdure .........
A
zilvere goude
B
zilveren goude
C
zilveren gouden
D
zilvere gouden

Slide 14 - Quiz

Dat was de instructie van spelling hoofdstuk 2:
aan het werk!






Slide 15 - Diapositive