Lezen en Literaire begrippen - les 3

1 / 13
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

Cette leçon contient 13 diapositives, avec diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Wat gaan we doen?

  • Dagopening
  • Kijken en Luisteren: De avondshow
  • Nakijken opdracht 4 en 5
  • Alinea's, kernzinnen en verbanden in teksten
  • Lezen tekst 3 en 4
  • Zelfstandig aan het werk: 6 t/m 9

Slide 2 - Diapositive


'If you can dream it,
you can do it!' 

Wat is jouw droom voor later?

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Vidéo

Herhaling Lezen onderbouw
Ik kan uitleggen wat het verschil is tussen onderwerp en hoofdgedachte. 
Ik kan uitleggen welke doelen een tekst kan hebben.
Ik kan uitleggen welke functies een titel kan hebben.
Ik kan uitleggen wat de functies van de inleiding en het slot zijn.
Ik kan kernzinnen herkennen in alinea's.
Ik kan verbanden tussen tekstgedeelten herkennen en benoemen.

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive

Alinea's en kernzinnen
Een tekst is opgebouwd uit alinea's. Een goede alinea bevat één hoofdgedachte die in één zin is geformuleerd: de kernzin. De kernzin is meestal de eerste zin van de alinea, soms de tweede zin als de eerste zin een structurerende of verbindende zin is. In een enkel geval is de kernzin de laatste zin van de alinea.

Slide 8 - Diapositive

Verbanden in teksten
Een tekst is begrijpelijk en prettig om naar te luisteren wanneer de verbanden tussen de zinnen en de deelonderwerpen duidelijk worden aangegeven. Op die manier herken je de structuur van de tekst. Verbanden kun je aangeven met signaalwoorden.

Slide 9 - Diapositive

Verbanden in teksten
verband
signaalwoorden
opsommend
ook, tevens, bovendien, daarnaast, vervolgens, ten eerste...
tegenstellend
maar, echter, toch, niettemin, daarentegen...
chronologisch
eerst, dan, daarna, toen, uiteindelijk...
oorzakelijk
doordat, daardoor, als gevolg van...
toelichtend
zo, bijvoorbeeld, zoals, neem nou
voorwaardelijk
als, indien, wanneer, in het geval dat, tenzij, mits

Slide 10 - Diapositive

Verbanden in teksten
verband
signaalwoorden
vergelijkend
zoals, net zo ... als, evenals, meer dan...
redengevend
daarom, omdat, derhalve, want, immers...
doel-middel
om te, met de bedoeling om, opdat, zodat, daarvoor, waarvoor, door... te
toegevend
ook al, zij het dat, weliswaar, hoewel, ofschoon
samenvattend
kortom, samengevat, al met al
concluderend
dus, daarom, concluderend, kortom, als met al, dan ook

Slide 11 - Diapositive

Tekst 4 en 5

Slide 12 - Diapositive

Huiswerk 16/12
H1 Lezen
Paragraaf 2 Uiteenzetting, betoog en beschouwing 
Opdracht 6 t/m 9 online of in je schrift.

Slide 13 - Diapositive