Bijv nmw + verbe aller

• Frans
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 1

CH 5 

la grammaire 

- bijvoeglijk naamwoord

- getallen

- le verbe ''aller''

Wat betekent ''aller''?

Vul het rijtje van aller in + vertaling

Le futur proche

• Maak je door: aller (gaan) + heel werkwoord
• ik ga lopen --> je vais marcher
• jij gaat wonen --> tu vas habiter
• wij gaan eten --> nous allons manger
• u gaat hebben --> vous allez avoir
• zij gaan beginnen --> ils vont commencer

Vul de juiste vorm in van de futur proche:
TU - regarder

1. tu vas regarder
2. tu vais regarder
3. tu va regarder
4. tu vas regarde

Vul de juiste vorm in van de futur proche:
ils - ecouter

1. ils ecoutent
2. ils vont ecouter
3. ils va ecouter
4. ils ont ecouter

het bijvoeglijk naamwoord

Wat is de hoofdregel?

Welke uitzonderingen zijn er

Welke (vrouwelijke) bijvoeglijknaamwoorden zijn totaal anders?

Wat betekent:
beau

1. knap
2. lelijk
3. mooi
4. raar

Vrouwelijke vorm van:
beau

Wat betekent:
vieille

1. nieuw
2. oud
3. niks
4. lelijk

Mannelijke vorm van:
vieille

Wat betekent:
nouveau

1. nieuw
2. lelijk
3. niks
4. oud

Vrouwelijke vorm van:
nouveau

les nombres

quatre-vingt