China
1 / 22
La durée de la leçon est: 30 minÉléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Waardoor ging het slecht met de Republiek in de 18e eeuw?
A
Geblokkeerde handelsroutes
B
Mislukte oogsten
C
Oorlog met Engeland
D
De Franse Revolutie
Slide 2 - Quiz
Wie kreeg de schuld van de slechte situatie in de Republiek?
Slide 3 - Question ouverte
Hoe heetten de mensen die in opstand kwamen in de Republiek?
A
Regenten
B
Patriotten
C
Stadhouders
D
De Gele Hesjes
Slide 4 - Quiz
Wie waren de patriotten?
A
De bestuurders van Nederland
B
De boeren en burgers uit Frankrijk
C
Burgers die de ideeën van de Franse Revolutie in Nederland wilden invoeren
D
De soldaten van Napoleon Bonaparte
Slide 5 - Quiz
Hoe heet het wanneer de burgers de regering mogen kiezen?
A
Absolutisme
B
Democratie
C
Liberté
D
Stemmen
Slide 6 - Quiz
In de VS is de doodstraf in sommige staten toegestaan, maar in andere staten weer niet.
A
Eenheidsstaat
B
Confederatie
C
Federatie
Slide 7 - Quiz
In Nederland geldt overal een maximumsnelheid van 100km/h
A
Eenheidsstaat
B
Confederatie
C
Federatie
Slide 8 - Quiz
Landen binnen de Europese Unie werken samen op het gebied van migratie.
A
Eenheidsstaat
B
Confederatie
C
Federatie
Slide 9 - Quiz
Wie hoort bij de wetgevende macht?
A
Mark Rutte
B
Een politieagent
C
Koning Willem-Alexander
Slide 10 - Quiz
Wie hoort bij de uitvoerende macht?
A
Een rechter
B
De regering
C
Leden van de Eerste Kamer
Slide 11 - Quiz
Wie hoort bij de rechtsprekende macht?
A
Caroline van der Plas
B
Een rechter
C
Leden van de Tweede Kamer
Slide 12 - Quiz
Waarom bouwde China de Chinese muur?
A
Ze wilden hun cultuur beschermen.
B
Ze wilden laten zien aan de rest van de wereld dat ze muren konden bouwen.
C
De Europeanen zouden China aanvallen, maar dan moesten ze eerst over de Chinese muur.
Slide 13 - Quiz
Wie was Zheng He
A
De laatste keizer van China
B
Een Communistische Dictator
C
De huidige president van China
D
Een belangrijke ontdekkingsreiziger
Slide 14 - Quiz
Waarom ging Zheng He op ontdekkingsreis?
A
Om de macht van de keizer uit te breiden
B
Om handel te drijven
C
Om meer over de wereld te weten te komen
D
Alle antwoorden zijn juist
Slide 15 - Quiz
Wat was China voordat Mao Zedong aan de macht kwam?
A
Democratie
B
Koninkrijk
C
Keizerrijk
D
Dictatuur
Slide 16 - Quiz
Wat is Communisme?
A
Iedereen voor zich, degene met het meeste geld is de baas
B
Iedereen is gelijk, fabrieken en bedrijven zijn in handen van de staat
C
Iedereen kiest wie er de baas is
D
Niemand is de baas
Slide 17 - Quiz
Deng Xiaoping
Mao Zedong
één kind politiek
Het rode boekje
Hongersnood
Internationale bedrijven vestigen in China
Slide 18 - Question de remorquage
Waarom voerde China de éénkindpolitiek in? Noem 1 reden
Slide 19 - Question ouverte
Wat betekent: Vergrijzing?
Slide 20 - Question ouverte
Waarom laten veel grote bedrijven producten in China maken?
A
Het is goedkoop
B
Goede kwaliteit
Slide 21 - Quiz
Wat heeft ervoor gezorgd dat de welvaart in China verbeterde?
A
Het namaken van producten van buitenlandse bedrijven.
B
China bleef communistisch
C
Boeren mochten zelf hun oogst verkopen.
D
Boeren huurden land van de Chinese overheid.
