Pak je leesboek en ga stil lezen of ga bezig met de woordzoeker (Vorige woordzoeker af? Steek je vinger op voor een nieuwe)
Stil = ook echt stil
1 / 11
suivant
Slide 1: Diapositive
FransMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2
Cette leçon contient 11 diapositives, avec diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 50 min
Éléments de cette leçon
Pak je werkboek, aantekeningenschrift en etui.
Pak je leesboek en ga stil lezen of ga bezig met de woordzoeker (Vorige woordzoeker af? Steek je vinger op voor een nieuwe)
Stil = ook echt stil
Slide 1 - Diapositive
Le programme:
- Absentie
- Datum uitspraaktoets Ch.2
- Oefenen uitspraaktoets
- Phrases-clés C
- Oefentoets SO
Slide 2 - Diapositive
Est-ce que tout le monde est présent?
- Zijn we compleet? Wie missen we?
Slide 3 - Diapositive
Maandag 15 januari = uitspraaktoets tekst 'Où est mon polo blanc'
- Hoe ziet de uitspraaktoets eruit?
- De tekst vind je op blz. 61
- In de online leeromgeving kun je bij Ch.2 onderdeel A, lire het audiofragment van deze tekst beluisteren (tip !)
Slide 4 - Diapositive
Ouvre le livre à la page soixante-et-un
Slide 5 - Diapositive
Oefenen uitspraaktoets
Wat? Ik lees de Franse tekst voor en jij arceert de letters die je niet uitspreekt. Kijk ook naar woorden die je moeilijk vindt om goed uit te spreken.
Tu parles --> parles
Slide 6 - Diapositive
Phrases-clés C
Slide 7 - Diapositive
Zoek het juiste cijfer bij de juiste letter:
A = Qu'est-ce que vous aimez faire?
B = Tu as des frères ou des soeurs?
C = Tu as un animal?
1 = Oui, j'ai un petit frère.
2 = Oui, j'ai un chat et un poisson.
3 = On aime regarder la télé
Slide 8 - Diapositive
Zoek het juiste cijfer bij de juiste letter:
A = Qu'est-ce que vous aimez faire?
B = Tu as des frères ou des soeurs?
C = Tu as un animal?
1 = Oui, j'ai un petit frère.
2 = Oui, j'ai un chat et un poisson.
3 = On aime regarder la télé
Slide 9 - Diapositive
Oefentoets SO van morgen:
Wat? Je schuift je tafels uit elkaar. Ik deel de oefentoetsen uit.
Op welke manier? Je maakt de oefentoets alleen en in stilte. Heb je vragen, dan steek je je vinger op.
Klaar? Ga leren voor de toets van morgen of ga bezig voor een ander vak.