Die Freizeit

• Duits
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 2

Fantastische Freizeit

Programm dieser Stunde

• Rückblick: Dienstag
• Rückblick: Hausaufgaben
• Weiter mit dem Thema "Freizeit
• Pause 

Rückblick: Dienstag

• Angefangen mit dem neuen Kapitel: "Freizeit"
•  Frage "woran denkt ihr beim Thema?"
• Höraufgabe gemacht "Finn, der Inline-Fußballer"

Rückblick: Hausaufgaben

• lernen Seite 26: Lernliste A (D-N) + B t/m de vakantie (N-D)
• Map voor "Deutschdossier" mee! (snelhechter)
• Schrift mee naar iedere les. Oortjes mee naar iedere les.
• Vorausblick: SO am 15. September – Lernliste Seite 26

Welche Wörter kennt ihr schon?

de gitaar

de viool

de piano

de hobby

kicken

draußen

naar muziek luisteren

Hast du schon gut gelernt?

1. ja
2. nein
3. ein bisschen

Die Freizeit

Een week telt 168 uur en daarvan zit je maar zo'n 35 op school. Natuurlijk moet je ook nog een paar uur slapen maar er blijft genoeg tijd over voor hobby's.

Alles wat we doen in de vrije tijd  gaan we in het hoofdstuk leren

Lernziele

• Ik ken nieuwe woorden rondom het thema "Freizeit";
• Ik kan een luistertekst over vrije tijd in het Duits begrijpen. 

Was machst du gerne
in deiner Freizeit?

Veel  Duitse woorden lijken op hun Nederlandse vertaalwoorden. Vooral op het gebied van sport zul je veel overeenkomsten  zien. Je gaat met een quiz nu een aantal  woorden  leren.

1. reiten
2. joggen
3. schwimmen
4. malen

1. joggen
2. malen
3. singen
4. tanzen

1. Schlittschuh laufen
2. Rad fahren
3. malen
4. reiten

1. Volleyball spielen
2. Fußball spielen
3. Minigolf spielen
4. Schlittschuh laufen

1. reiten
2. Schi fahren
3. Rad fahren
4. malen

1. Rad fahren
2. Ski fahren
3. Schlittschuh laufen
4. tanzen

1. gewinnen
2. üben
3. trainieren
4. singen

1. Schlittschuh laufen
2. Ski fahren
3. reiten

Je hebt net nieuwe Duitse woorden geleerd. Weet je nog welke er waren?
Schrijf zo veel op als jij je kan herinneren.

Wat doen de jongeren van het fragment in hun vrije tijd? Schrijf op wat je gehoord hebt!

Auf die Plätze, fertig, los!

Je gaat nu in je boek aan de slag!

Was?      Wortschatz: Aufgabe 4-5-6-7

Wie?       selbständig

Hilfe?      dein(e) Nachbar(in) + Lernliste Seite 26

Zeit?       20 Minuten

Diese Aufgaben sind Hausaufgaben!

Lernziele checken

• Ik ken nieuwe woorden rondom het thema "Freizeit";
• Ik kan een luistertekst over vrije tijd in het Duits begrijpen. 

Ik heb .. nieuwe woorden geleerd rondom het thema "Freizeit".

1. veel
2. weinig
3. geen

Ik kon het fragment over "Freizeit" in het Duits goed begrijpen.

1. ja
2. nee
3. een beetje

Hausaufgaben

Kapitel 6: 

machen: Aufgabe 5, 7 (Seite 14-15)

lernen: 

• Lernliste B Wortschatz t/m "soms"
• Lernliste A Hören (= herhaling)