P1: Met hoeveel zijn we?

P1: Met hoeveel zijn we?
1 / 29
suivant
Slide 1: Diapositive
AardrijkskundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 29 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

P1: Met hoeveel zijn we?

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 4 - Diapositive

Deze quiz is ontworpen om aan te tonen dat de meeste mensen, inclusief goed geïnformeerde experts, vaak pessimistischer of onjuister zijn over de staat van de wereld dan de werkelijke feiten laten zien.

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoeveel procent van alle meisjes in arme landen maakt de basisschool af?
A
20%
B
40%
C
60%

Slide 6 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Waar woont het grootste deel van de wereldbevolking?
A
Arme landen
B
Gemiddeld inkomen-landen
C
Rijke landen

Slide 7 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

In de afgelopen 20 jaar is het aandeel van de wereldbevolking dat in extreme armoede leeft…
A
Bijna verdubbeld
B
Ongeveer hetzelfde gebleven
C
Meer dan gehalveerd

Slide 8 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is de levensverwachting wereldwijd?
A
50 jaar
B
60 jaar
C
70 jaar

Slide 9 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoeveel kinderen van 1 jaar worden wereldwijd gevaccineerd?
A
20%
B
50%
C
80%

Slide 10 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wereldwijd, hoe is het aantal doden door natuurrampen in de afgelopen 100 jaar veranderd?
A
Meer dan verdubbeld
B
Hetzelfde gebleven
C
Meer dan gehalveerd

Slide 11 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Er wonen nu circa 7 miljard mensen op aarde. In 2100 is dat ongeveer....
A
9 miljard
B
11 miljard
C
15 miljard

Slide 12 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is de gemiddelde leeftijd wereldwijd?
A
30 jaar
B
40 jaar
C
50 jaar

Slide 13 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoeveel mensen hebben toegang tot elektriciteit wereldwijd?
A
20%
B
50%
C
80%

Slide 14 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoeveel kinderen sterven voor hun vijfde verjaardag?
A
Minder dan 5%
B
10%
C
15%

Slide 15 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 17 - Lien

NOS

Slide 18 - Lien

CBS

Slide 19 - Diapositive

Op de aarde wonen ruim acht miljard mensen. Honderd jaar geleden waren dat er minder dan twee miljard. De wereldbevolking is dus in korte tijd enorm gegroeid. Deze groei is niet gelijk verdeeld over de wereld. In sommige gebieden groeide de bevolking heel snel. Dat is vooral zo in steden: de meeste steden groeien hard (bron 3). Enorme nieuwbouw- of zelfbouwwijken slokken daardoor het overgangsgebied tussen stad en platteland op. In andere gebieden is de bevolking juist weinig gegroeid of zelfs gekrompen.
Zuid-Korea is zo’n gebied waar de bevolking bijna niet meer groeit. Het is een van de landen waar heel weinig kinderen worden geboren. Steeds meer Zuid-Koreanen vinden kinderen belangrijk, omdat ze in de toekomst hard nodig zijn om al het werk te doen. Op Kinderdag worden kinderen daarom extra in het zonnetje gezet. Deze nationale feestdag heet ‘Eorininal’. Kinderen en ouders zijn dan een dagje vrij om tijd met elkaar door te kunnen brengen, bijvoorbeeld in de dierentuin (bron 2).
Hoeveel inwoners heeft de aarde wereldwijd op dit moment?

Slide 20 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 21 - Lien

Worldometer

Slide 22 - Diapositive

Tussen 2050 en 2060 bereikt de wereldbevolking waarschijnlijk de tien miljard mensen. Nog een kwart van de bevolking komt er dus bij. Hoeveel leerlingen zouden er dan in jouw klas bijkomen? Of hoeveel mensen in je dorp of straat? Als er zoveel mensen op aarde zijn die ruimte, eten, geld en een huis nodig hebben, ontstaan er gemakkelijker problemen. Zo kunnen er spanningen ontstaan over grondstoffen. Er zijn dan namelijk nog meer grondstoffen nodig om iedereen van eten en spullen te voorzien. Hoe meer grondstoffen er nodig zijn, hoe belangrijker het voor landen wordt om die grondstoffen te krijgen. Dan krijgen landen daar eerder conflicten over. Daarnaast legt een grotere bevolking een zware druk op het klimaat. Want hoe meer mensen, hoe groter de uitstoot van broeikasgassen is (bron 4). Hoe zorgen we er in de toekomst voor dat we samen op deze aarde kunnen blijven leven?
Wat is het verband tussen de protesterende jongeren en de toenemende bevolking?

Slide 23 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke gevolgen kunnen zoveel mensen hebben voor het klimaat?

Slide 24 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Tussen 2050 en 2060 bereikt de bevolking mogelijk 10 miljard mensen. Welke gevolgen kan dit voor jou hebben?

Slide 25 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 26 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 27 - Lien

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 28 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 29 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions