Dicte Thema 1, week 3, sterke werkwoorden
1 / 14
La durée de la leçon est: 15 minÉléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
werkwoord: berekenen
De kok .......... hoeveel meel hij nodig heeft.
Slide 2 - Question ouverte
werkwoord: bestuderen
Mijn broertje ..........
Slide 3 - Question ouverte
werkwoord: wegen
De slager heeft het vlees ...........
Slide 4 - Question ouverte
werkwoord: fluiten
De meester heeft heel hard ...........
Slide 5 - Question ouverte
werkwoord: worden
De koe ....... uit de wei gehaald.
Slide 6 - Question ouverte
werkwoord: verzinnen
Dat verhaal is echt ............
Slide 7 - Question ouverte
werkwoord: vermoeden
Ik ........ dat ik het dictee goed ga maken.
Slide 8 - Question ouverte
werkwoord: snijden
De kok heeft de groente ............
Slide 9 - Question ouverte
werkwoord: behangen
Ik ..... mijn slaapkamer opnieuw.
Slide 10 - Question ouverte
werkwoord: zoeken
Ik heb naar mijn portemonnee ........
Slide 11 - Question ouverte
werkwoord: brengen
De hond is naar het asiel ..........
Slide 12 - Question ouverte
werkwoord: duiken
..... jij graag in het water?
