Motievenreflectie

Motievenreflectie
Les 1: Wat betekent motievenreflectie?
1 / 24
suivant
Slide 1: Diapositive
LOBMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 24 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

Éléments de cette leçon

Motievenreflectie
Les 1: Wat betekent motievenreflectie?

Slide 1 - Diapositive

Lesdoelen
Aan het einde van de les:
1. Kan je vertellen wat motievenreflectie betekent
2. Heb je nagedacht over je eigen motieven 

Slide 2 - Diapositive

Motievenreflectie betekenis
Nadenken en praten over ervaringen, wensen en dromen. 
- Waar kom jij je bed voor uit?
- Van welke ervaringen heb jij geleerd?
- Wat vind jij belangrijk in je werk?
- Hoe zie jij jezelf over een aantal jaar?

Motivatie is voor iedereen anders.

Slide 3 - Diapositive

Ik doe sport/spel voor:
Winnen
Plezier

Slide 4 - Sondage

Dit vind ik het belangrijkste op school/stage
Resultaten
Persoonlijke groei

Slide 5 - Sondage

Bij eten is het volgende belangrijk:
Lekker
Gezond

Slide 6 - Sondage

Met werken wil ik vooral:
Veel geld verdienen
Plezier hebben

Slide 7 - Sondage

Ik wil later
Voor iemand werken
Leiding geven

Slide 8 - Sondage

Motieven
Zo zie je maar, iedereen kijkt anders naar het leven en iedereen vindt iets anders belangrijk. En dat is niet erg. Als je goed weet wat je wilt (en wat mogelijk is) kan je betere keuzes maken. 

Let op: het moet natuurlijk wel realistisch zijn. Past het in jouw plaatje?  

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

Mindset
De manier waarop jij denkt heeft veel invloed op je motivatie. Een positieve mindset (positieve gedachten) helpt jou om jezelf te motiveren en je doelen te bereiken. 

Welke weg kies jij?

Slide 11 - Diapositive

Lesdoelen
Aan het einde van de les:
1. Kan je uitleggen van 

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Vidéo

Slide 14 - Diapositive

Kan je aan meerdere doelen tegelijk werken?

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Vidéo

Afsluiting
Wat vond je van de les?
Interessant
Gaat te snel
Gaat te langzaam
Teveel informatie
Anders..

Slide 17 - Sondage

Wat heb je nodig voor het schoonmaken van een ruimte?

Slide 18 - Carte mentale

het interieur
het sanitair
het waarschuwingsbord
het wasnet
de sproeiflacon
de waszak
klamvochtig
de badkamer
Pas op!

Slide 19 - Question de remorquage


Wat is dit?

Slide 20 - Question ouverte

Wat is het 'interieur'?

Slide 21 - Question ouverte


Zij gebruikt het werkdoekje goed.
A
Ja
B
Nee
C
een beetje
D
Ik weet het niet

Slide 22 - Quiz


Wat is dit?
A
het blik
B
de stoffer
C
de veger
D
de bezem

Slide 23 - Quiz


Wat betekent 'klamvochtig'?

Slide 24 - Question ouverte