P2 - les 1 + 2 - schrijfvaardigheid

• Nederlands
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 5

V5 - periode 2

Toelichting studiewijzer:

• schrijfvaardigheid
• beschouwing
• literair werk: de kleine Johannes
• tijdpad (denk aan de weektaak)

Lesdoelen

Deze week ga je:

• tekstsoorten benoemen
• het doel van de schrijver aangeven
• 10 minuten geconcentreerd en in stilte werken

Maar eerst: hoeveel tekstsoorten moet je kennen?

1. 1
2. 2
3. 3
4. 4

Welke zijn dat?

Wat is het doel van een uiteenzetting?

1. overtuigen
2. opiniëren
3. alleen informatie geven
4. alle drie a,b,c

Wat is het doel van een beschouwing?

1. overtuigen
2. opiniëren
3. alleen informatie geven
4. alle drie a,b,c

Wat is het doel van een betoog?

1. overtuigen
2. opiniëren
3. alleen informatie geven
4. alle drie a,b,c

Geef een voorbeeld van een beschouwing.

Tekstsoorten

Uiteenzetting

Beschouwing

Betoog

Beschouwing

In periode 2 (TW) ga je oefenen in het schrijven van een beschouwing;

Deze krijg je ook op je toets

De reader (groene boekje) en het methodeboek (NN) worden gebruikt om de theorie eigen te maken. Dinsdag gaan we hiermee verder.

De kleine Johannes

Aan het eind van de periode 2, in de toetsweek, heb je 'De kleine Johannes' gelezen, de werkbladen ingevuld en ingeleverd.

Af en toe besteedt de docent aandacht aan het boek, stelt vragen en kijkt in hoeverre je al gelezen hebt (zie ook de studiewijzer).

Vandaag besteden we tijd aan de inhoud van DKJ. Je krijgt het boekje (kopie), dat je na de toetsweek weer inlevert.

Antwoordenblad

Het antwoordenblad van DKJ wordt op 'Opdrachten' gezet, de inleverdatum (deadline) is 20 januari 2023, 23:30 uur.

Succes!

Hertaling

Van 'De kleine Johannes' is een hertaling beschikbaar:

• de zinnen zijn ongewijzigd
• makkelijker woorden
• beter leesbaar

Op school is dit boek niet beschikbaar, maar de bieb heeft het wel. Je mag dit boek als alternatief lezen, qua inhoud blijft het hetzelfde.

Les 2 - beschouwing

We nemen de reader gezamenlijk door. 

Daarna ga je aan de slag met het schrijven van een inleiding.

Je werkt in stilte en geconcentreerd, minimaal 10 minuten.

Lesdoelen - check

Deze week ga je:

• tekstsoorten benoemen
• het doel van de schrijver aangeven
• 10 minuten geconcentreerd en in stilte werken