demonstratief - possessief - reflexief pronomen

Heb jij gisteren kunnen genieten van de zon?
😒🙁😐🙂😃
1 / 12
suivant
Slide 1: Sondage
NederlandsHoger onderwijs

Cette leçon contient 12 diapositives, avec quiz interactifs.

time-iconLa durée de la leçon est: 15 min

Éléments de cette leçon

Heb jij gisteren kunnen genieten van de zon?
😒🙁😐🙂😃

Slide 1 - Sondage

De jongen wast ___ elke dag
A
hem
B
hij
C
zich
D
hun

Slide 2 - Quiz

Is dit ____ boek?
A
jouw
B
jij

Slide 3 - Quiz

Hebben jullie ___ geamuseerd op reis?
A
je
B
jou
C
zich

Slide 4 - Quiz

Ik vraag ___ af of hij komt
A
ik
B
me

Slide 5 - Quiz

Kom binnen! Dit is ___ huis
A
mijn
B
me
C
ik

Slide 6 - Quiz

Wij gaan met ___ kinderen naar het strand
A
ons
B
onze
C
we

Slide 7 - Quiz

Dit zijn ___ kledingstukken (van Jeanine en Jasper)
A
onze
B
hun
C
jullie

Slide 8 - Quiz

Zie je ___ boom daar?
A
dit
B
die
C
dat

Slide 9 - Quiz

Welke van ____ kinderen is van jou?
A
dit
B
die
C
dat

Slide 10 - Quiz

____ meisje daar is mijn vriendin
A
dit
B
dat
C
die

Slide 11 - Quiz

Is er geen post? Nee, ____ is nog niet bezorgd.
A
dit
B
deze
C
die

Slide 12 - Quiz