1HV LSJ U3 grammaire 1.1

Bienvenue 
Objectif
 Ik kan regelmatige werkwoorden op -er correct vervoegen en gebruiken in de tegenwoordige tijd

Programme:
  • Franse werkwoorden, persoonlijke voornaamwoorden enz. ???
  • Exercices sur LessonUp et dans le livre 
  • Chanson 
  • Blooket 
  • Devoirs
Log in LessonUp met je eigen naam
1 / 14
suivant
Slide 1: Diapositive
FransMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 14 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Bienvenue 
Objectif
 Ik kan regelmatige werkwoorden op -er correct vervoegen en gebruiken in de tegenwoordige tijd

Programme:
  • Franse werkwoorden, persoonlijke voornaamwoorden enz. ???
  • Exercices sur LessonUp et dans le livre 
  • Chanson 
  • Blooket 
  • Devoirs
Log in LessonUp met je eigen naam

Slide 1 - Diapositive

Franse persoonlijke voornaamwoorden? 
Franse werkwoorden?




timer
5:00

Slide 2 - Diapositive

Wat is het werkwoord in de zin:
Le vendredi après-midi, je danse.

Slide 3 - Question ouverte

Wat is het werkwoord in de zin:
Le mardi matin, tu danses

Slide 4 - Question ouverte

Wat is het werkwoord in de zin:
Le lundi soir, nous dansons.

Slide 5 - Question ouverte

Wat valt je op? 🤔

Le vendredi après-midi, je danse.
Le mardi matin, tu danses.
Le lundi soir, nous dansons.

Je chante tous les jours.
Tu chantes tous les jours.
Nous chantons tous les jours.

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Vidéo

📚
Livre page 85
On fait l'exercice 8A ensemble
1
Houd je van school?
Ik kijk in mijn agenda.
3
1) elle aime
2) nous dansons
3) on organise
4) vous téléphonez
5) elle parle
6) ils regardent
7) tu habites
8) je joue
5
Ze worden niet uitgesproken

Slide 9 - Diapositive

📚
 8B p. 85
timer
3:00

Slide 10 - Diapositive

📚
 exercice 8C p. 86 (fini? devoirs = leer apprendre 3 p. 101)
8C
1. Nous aimons la Formule 1. (Wij houden van)
2. Je joue du piano. (Ik speel)
3. Vous terminez les devoirs. (Jullie eindigen)
4. Tu habites dans un appartement ? (Woon jij)
5. Louise et Hugo mangent un hamburger. (Louise en Hugo eten)
6. On regarde le programme de sport. (Men kijkt / wij kijken)
timer
4:00

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Vidéo

 Ik kan regelmatige werkwoorden op -er correct vervoegen en gebruiken in de TT
➡️ Wat is de stappenplan ?
➡️ Hoe maak ik een stam ?
➡️ Wat zijn de uitgangen ? 





🎯
Blooket

Slide 13 - Diapositive

Devoirs
Leer apprendre 3 p. 101
Maak de blooket (link in SOM)

Slide 14 - Diapositive