Prehistorie

De prehistorie
van .... tot 3500 v Chr.
1 / 16
suivant
Slide 1: Diapositive
GeschiedenisLager onderwijs

Cette leçon contient 16 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 3 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 120 min

Éléments de cette leçon

De prehistorie
van .... tot 3500 v Chr.

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Vidéo

Wat is geschiedenis? 
Wanneer spreken we over prehistorie en historie?




Hoe leg je aan iemand uit wat het is?

Slide 3 - Diapositive

Prehistorie
  • Pre = voor
  • historie = geschiedenis → wanneer er geschreven werd 
  • Wat betekent prehistorie dan en waarom?

Slide 4 - Diapositive

Wat doet een archeoloog?

  • die doet opgravingen en onderzoekt primaire, ongeschreven bronnen.
  • Sporen zijn alle dingen die mensen hebben achtergelaten in het verleden.
  • Bronnen zijn sporen waar je iets van kunt leren.


Slide 5 - Diapositive

Archeologie
Een archeoloog zoekt overblijfselen van de menselijke samenleving, zoals gebruiksvoorwerpen. Oude voorwerpen kunnen je iets vertellen die over het leven van honderden dan wel duizenden jaren geleden.
Prehistorie
Prehistorie is voorgeschiedenis. Vroeger bestonden er geen letters en boeken. Om toch te weten hoe het leven er toen uitzag moeten we het opzoeken, Niet op het internet, maar in de grond! 
Wat je vindt...
...mag je houden? Nee, dat is eigendom van de degene van wie de grond is. Heel voorzichtig onderzoeken acheologen de grond, laagje voor laagje. Net als jij vroeger, in de zandbak...
Artefact
Een artefact is iets wat je vindt in de grond. Een bot, stukje gereedschap of een gebruiksvoorwerp. Zoals een kleibeker.

Slide 6 - Diapositive

Prehistorie
Prehistorie betekent voorgeschiedenis 
Alles wat we weten van de prehistorie weten we dankzij archeologische vondsten. 

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Vidéo

Waar zijn deze mensen mee bezig?

Slide 9 - Diapositive

Bizon...bijzonder!
Een uitgestorven diersoort, waar je lekker van kon eten. 
Familie van de koe. Boezonder...
Samen sta je sterk!
De rondtrekkende volken, de nomaden, reisden in groepen rond. Dat is veiliger dan in je eentje. 
Uitgestorven diersoorten
Je ziet hier een sabeltandtijger en een mammoet. Beide zijn uitgestorven. Welke diersoorten zijn er over 50 jaar niet meer? 
Bijen? Walvissen? Olifanten?
Zoek ze allemaal
Kan jij de 6 diersoorten vinden?
Overleven
Je bent afhankelijk van de natuur. Is het winter, dan is er minder eten. Misschien ga je wel leren vissen. In de zomer is er juist meer eten. 
Je eet wat je kunt vinden, anders ga je dood. 

Slide 10 - Diapositive

Verwonder
plaat
Jagers
Het eten staat niet stil, ze moeten erachteraan. Jagen! En wat je vangt gaat mee naar huis! 
Huizen of hutten?
Dit zijn tijdelijke hutten. Is het eten op, dan gaan de bewoners op zoek naar een andere plek. Dan trekken de bewoners weg. Die mensen noem je geen zwervers, maar nomaden.

Wie doet wat?
Vrouwen verzamelden groente en noten, maakten de huizen, verzorgden de kinderen, kookten het eten. 
De mannen gingen op jacht naar vlees. 
Maar wat hebben ze aan hun voeten? Om hun lichaam?

Slide 11 - Diapositive

Jagers en verzamelaars trokken steeds naar een nieuwe woonplek. We noemen ze ...
A
reizigers
B
Boeren
C
Normandiërs
D
Nomaden

Slide 12 - Quiz

Vuur was
belangrijk om...

Slide 13 - Carte mentale

Wat at men in de prehistorie?

Slide 14 - Carte mentale

Slide 15 - Vidéo

Slide 16 - Lien