Wk 15 hf 4 Formuleren

• Nederlands
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 1

donderdag 15 april 

                                                                   Start les 12.20 uur 

                                                                   Einde les 13.10 uur

leesboek

aantekenschrift

laptop

mobiel

wk 15 - donderdag 15 april

12.20 - 13.10 uur 

A thuis / B school

Leg klaar: leesboek, aantekenschrift, laptop, leerboek

1 - 12.20 uur - Lezen - broodje/drinken - 10 min.

2 - 12.35 uur - Mini overhoring hf 1,2,3 Formuleren - 10 min.

3 - 12.50 uur - Verder werken aan Formuleren hf 4 Maak minimaal Startopdracht , 1, 2, 4, 7c, 8b

Groep A werkt thuis zelfstandig verder. Vragen stel je in de chat.

4 -  Terugblik op de les: Wat weet je nu?

Lezen tot 12.35 uur

Hf 4 Formuleren

Je leert hoe je verwijst naar 

mannelijke

vrouwelijke en 

onzijdige woorden.

Een verwijswoord verwijst terug
naar een woord ... eerder genoemd is.
Welk verwijswoord vul je in?

lidwoorden	de	het
woordgeslacht	m en v	o
verwijswoorden	die en deze	dit en dat
Geef voorbeelden 3x	tafel - auto - kam	stuur - panel - bestuur
Ezelsbruggetje: Is het een de of het woord? Geef 3 voorbeelden.	een gave trui een rode pen een leuke hond	een gaaf blad een rood bord een leuk feest

Zelfstandige naamwoorden - verwijswoorden en voorbeelden.  

Boek blz. 128            

Welke nog meer?  

1. De discotheek (v) heeft al   .... leden uitgenodigd voor een danceparty.

Uitleg: discotheek (v) - de leden van de discotheek, dus haar leden

2. Het schilderij (o) is beschadigd en ... heeft daardoor veel waarde verloren.

Uitleg: schilderij (o) - het

Welke verwijswoorden horen in deze zin? 

Sleep de verwijswoorden naar de goede plaats. 

Er zijn meerdere antwoorden mogelijk. 

         Twan heeft een bijbaantje voor twee uurtjes,

 ________  vindt    ________ niet erg.

deze

die

hij

zij

het

ze

dat

Begin aan de opdrachten bij hf 4 Formuleren.

Maak minimaal 

Startopdracht, 1, 2, 4, 7c, 8b.
Leer de theorie.

Thuisgroep werkt nu zelfstandig verder.

 13.00 uur Terugblik/vooruitblik

Welke verwijswoorden passen in deze zin?

Overleg met je buur.

Wat heb je deze week af?
Hf 3 - S, 1,3,5c
Hf 4 - S, 1,2 ,4 , 7c en 8b

Komende week: hf 5 en 6
Geen leerroute! 

Welke verwijswoorden horen in deze zin? Sleep de verwijswoorden naar de goede plaats. Let op: er kunnen meerdere verwijswoorden goed zijn als antwoord. Je mag er dus meerdere slepen, als je denkt dat ze passend zijn .

‘Wil je ________ naar de glasbak brengen?’, vraagt Ryan,

terwijl ________ de lege flessen aan Luuk geeft.

deze

die

dit

dat

hij

zij

het

ze

Welke verwijswoorden horen in deze zin? 

Sleep de verwijswoorden naar de goede plaats.

Er zijn meerdere antwoorden mogelijk.

Onno krijgt een vreemd mailtje binnen.

_________ denkt dat  ________ spam is.

deze

die

dit

dat

hij

zij

het

ze