Domein 1 H3 decimale getallen les 7

Domein getallen
Hoofdstuk 3 decimale getallen

Les 7

1 / 29
suivant
Slide 1: Diapositive
RekenenVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 5

Cette leçon contient 29 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Domein getallen
Hoofdstuk 3 decimale getallen

Les 7

Slide 1 - Diapositive

Leerdoelen
- Je oefent met het handig optellen van decimale getallen

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

3,9 + 2,6 =

Slide 5 - Question ouverte

2,7 + 1,3 =

Slide 6 - Question ouverte

3,08 + 2,99 =

Slide 7 - Question ouverte

0,51 + 0,27 =

Slide 8 - Question ouverte

Tess bestelt een stuk appeltaart en een cappuccino. De appeltaart kost € 3,79 en de cappuccino kost € 2,50. Hoeveel moet Tess betalen?

Slide 9 - Question ouverte

Mulan koopt een mueslibroodje van
€ 1,27 en een appel van € 0,55.

Slide 10 - Question ouverte

Paula koopt een stuk geitenkaas en 100 gram gorgonzola.

Slide 11 - Question ouverte

Jason koopt 500 gram jonge Amsterdammer en 100 gram brie.

Slide 12 - Question ouverte

Slide 13 - Diapositive

8,8 − 3,6 =

Slide 14 - Question ouverte

6,5 − 2,7 =

Slide 15 - Question ouverte

Amber heeft een touw van 1,83 meter. Ze knipt hier 0,51 meter vanaf.
Hoeveel meter touw houdt Amber over?

Slide 16 - Question ouverte

Truus loopt een wedstrijd van 31,08 kilometer. Ze heeft al 8,5 kilometer gelopen.
Hoeveel kilometer moet Truus nog lopen?

Slide 17 - Question ouverte

Menno koopt een blik doperwten.
Hoeveel euro korting krijgt Menno?

Slide 18 - Question ouverte

Jade heeft € 7,63 op haar rekening staan. Ze koopt een blikje tonijn en een blik tomatensoep.
Hoeveel geld houdt Jade over?

Slide 19 - Question ouverte

Nederlands
Begrijpend lezen

Slide 20 - Diapositive

Leerdoelen
- Je oefent met het globaal lezen van een tekst.

Slide 21 - Diapositive

Slide 22 - Diapositive

Voorspel in 10 tot 20 woorden waar de tekst over gaat.

Slide 23 - Question ouverte

Noem twee aanwijzingen uit de tekst waarop je je voorspelling hebt gebaseerd.

Slide 24 - Question ouverte

Wat is het tekstdoel?
A
Informeren
B
Instrueren
C
Overtuigen

Slide 25 - Quiz

Waarom?

Slide 26 - Question ouverte

Wat is het tekstdoel?
A
Informeren
B
Instrueren
C
Overtuigen

Slide 27 - Quiz

Waarom?

Slide 28 - Question ouverte

Wat heb je deze les geleerd?
Noem 2 dingen

Slide 29 - Question ouverte