H3E week 1, les 1 01-09-2020

• Spaans
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 3

Mevrouw de Cuba

Spaans

Objetivos

El bienvenido, Repaso y  practicar con los verbos hay/ser/estar

Regels 

Ik behandel anderen met respect zoals ik zelf behandeld wil worden

In de klas praat ik zachtjes met andere leerlingen

Als een ander praat ben ik stil

We steken onze vinger op als we iets willen zeggen of als we een vraag hebben

Aspraken

Muziek luisteren? 

1 playlist maken en ik wil het niet meer zien.

Geen hw of geen opdrachten maken?

In de pauze nablijven en hw maken of opdrachten maken.

Geen hw en ook geen opdrachten maken?Na school nablijven.

Niet aanwezig? volgende dag melden bij de dagwacht.

Praten?

Waarschuwing 1 : In de pauze

Waarschuwing 2: Na school

Waarschuwing 3: Uit de les en gaan melden.

Portfolio wordt per week gecontroleerd. Google document delen

Wie ben ik?

En nu jullie....

                                Periode 1.

Hoofdstuk 1 

PO, mi barrio, mi casa y mi habitación

5 weken: la vivienda 

 MATERIAAL:

Paso adelante 3 WB en TB 

TU porfolio

Schrift, mapje en laptop

Classroom 

Belangrijke data 

Week 5: presenteren (eind september)

Week 9 toets: week van 2 november 

Toetsstof periode 1

Kennistoets PA 3- unidad 1

voca 1.1 t/m 1.4,
grammatica bron D + J p.10 en 15, frases clave E + K

https:

Jaar 2..

Wat verwachten jullie van mij als docent?

Wat vonden jullie van de lessen van vorig jaar en wat willen jullie anders?

Welke grammatica onderdelen herinneren jullie nog?

Waar hebben jullie moeite mee?

Wat willen jullie anders doen dit jaar?

herhalen hay, ser estar

hay, ser en estar

HAY betekent: er is, er zijn
SER en ESTAR betekenen: zijn
Hoe weet je nu wat je moet gebruiken?

yo (ik)

tú (jij)

él, ella, usted (hij, zij, u)

nosotros, nosotras (wij)

vosotros, vosotras (jullie)

ellos, ellas,ustedes (zij)

SER (zijn)

persoonsvormen

soy (ik ben)

eres (jij bent)

es (hij, zij is/ u bent)(ev)

somos (wij zijn)

sois (jullie zijn)

son ( zij zijn, u bent) (mv)

vervoeging

Het onregelmatige werkwoord estar (=zijn)

yo

tú

él/ella/usted

nosotros/as

vosotros/as

ellos/ellas/ustedes

onregelmatige werkwoorden wijken af van de regels. 

estoy

estás

está

estamos

estáis

están

SER

• naam: Soy José.
• Afkomst: Somos de Holanda.
• nationaliteit: Es español.
• beroep: Mi padre es profesor.

ESTAR

• Om aan te geven waar iets zich bevindt. In het Nederlands: het ligt/het staat...

1. Los libros están en la mesa.
   
2. Madrid está en España.
   

Hacer:

Interactieve oefening p 8 van het boekje la vivienda 

&

WB p.17 y 18 Nr. 12

Intro praktische opdracht 

MI BARRIO, MI CASA y MI HABITACIÓN

Open het boekje la vivienda (p. 31-33)

•  Maak een film over je 1) wijk / stad / dorp, 2) je huis en 3) je kamer. 
  Gebruik vocabulaire uit werkboek La Vivienda
  
  
• Verschil tussen aantal zinnen havo/vwo (goed lezen) 1) tu barrio, tu ciudad o tu pueblo/ 2) tu casa y 3) tu habitación (gebruik ook ontkennende zinnen)

• In de klas werken aan tareas en uiteindelijk presenteren + filmen

Stel jezelf voor in het Spaans

• Inleveren op classroom
• Niet af? thuis maken

Geef aan: Je naam, je leeftijd, hobby's, waar je vandaan komt en wat je dit jaar wilt bereiken bij de spaanse lessen.

Wat vonden jullie
van de les?