Paragraaf 3.1 : kosten en omzet

Deze les
Variabele kosten
Constante kosten
Gemiddelde kosten
Marginale opbrengsten en marginale kosten
1 / 22
suivant
Slide 1: Diapositive
EconomieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4,5

Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Deze les
Variabele kosten
Constante kosten
Gemiddelde kosten
Marginale opbrengsten en marginale kosten

Slide 1 - Diapositive

Kosten

Slide 2 - Carte mentale

leerdoelen
  • je kunt het verschil uitleggen tussen variabele kosten en constante kosten
  • je kunt het verschil uitleggen tussen progressieve, degressieve en proportionele variabele kosten
  • Je kunt de gemiddelde variabele en gemiddelde constante kosten uitrekenen
  • Je kunt de winst uitrekenen

Slide 3 - Diapositive

Kosten
Variabele kosten = kosten die afhankelijk zijn van de hoeveelheid verkochte producten

Constante kosten = kosten die onafhankelijk zijn van de hoeveelheid verkochte producten

Slide 4 - Diapositive

variabele kosten
constante kosten
inkoopwaarde van de omzet
huurkosten
afschrijvingskosten
loonkosten
interestkosten
reclamekosten

Slide 5 - Question de remorquage

Gemiddelde kosten
Kosten per product

Totale kosten/ hoeveelheid
Stel totale kosten € 60.000. Hoeveelheid is 12.000 stuks
€ 60.000/ 12.000 = € 5

Slide 6 - Diapositive

Gemiddelde kosten
Stel kostenfunctie is:
TK =  5 Q + 100

Gemiddelde variabele kosten zijn € 5
Totale constante kosten zijn € 100

Slide 7 - Diapositive

Gemiddelde kosten
TK =  5 Q + 100
Stel hoeveelheid is 100 stuks
Q = 100 --> TK = 5 X 100 + 100 = 600
Gemiddelde totale kosten = TK/ Q = 600/ 100 = € 6
Gemiddelde variabele kosten = TVK/Q = 500/100 = € 5
Gemiddelde constante kosten = TCK/Q = € 100/ 100 = € 1
GCK dalen naarmate hoeveelheid stijgt

Slide 8 - Diapositive

Variabele kosten
3 varianten:
  • proportioneel 
    als q toeneemt met 10%, nemen totale variabele kosten toe met 10%
  • degressief 
    als q toeneemt met 10%, neemt totale variabele kosten toe met < 10%
  • progressief
    als q toeneemt met 10%, neemt totale variabele kosten toe met > 10%
Gemiddelde variabele kosten blijven gelijk
Gemiddelde variabele kosten nemen af
Gemiddelde variabele kosten nemen toe
TK = 5 Q + 100 
Variabele kosten zijn proportioneel
Een vast bedrag per product

Slide 9 - Diapositive

Weet je nog:
omzet = hoeveelheid x prijs
omzet = afzet x prijs

Lisa verkoopt armbanden voor € 5. Ze heeft afgelopen maand 800 verkocht
omzet = 800 X € 5 = € 4.000

Slide 10 - Diapositive

Winst
Totale omzet -  totale kosten = totale winst (TO - TK = TW)
Lisa koopt armbanden in voor € 2. Ze heeft € 500 constante kosten
Omzet 800 X € 5 =                                                      € 4.000
Variabele kosten 800 X € 2 = € 1.600
Constante kosten                       €    500+
Totale kosten                                                                 € 2.100 -
Totale winst                                                                    € 2.900

Slide 11 - Diapositive

Bij welke beschrijving past deze grafiek?
A
geen constante kosten, proportioneel variabele kosten
B
constante kosten, progressief variabele kosten
C
constante kosten, proportioneel variabele kosten
D
geen constante kosten, degressief variabele kosten

Slide 12 - Quiz

In welke grafiek is geen sprake van proportioneel variabele kosten?
A
B
C
D

Slide 13 - Quiz

Wat is een mogelijke oorzaak van progressief variabele kosten?
A
hogere arbeidsproductiviteit
B
uitbreiding productiecapaciteit
C
efficiënte arbeidsverdeling
D
werknemers krijgen overuren dubbel uitbetaald

Slide 14 - Quiz

Wat is een mogelijke oorzaak van degressief variabele kosten?
A
werknemers werken sneller bij grotere productie
B
overwerk wordt dubbel betaald
C
werknemers lopen elkaar in de weg op de werkvloer
D
korting bij grote bestellingen leveranciers

Slide 15 - Quiz

Bereken de TCK. Ga uit van proportioneel variabele kosten (antwoord zonder € teken, puntjes, etc.)
tip: bereken eerst de GVK

Slide 16 - Question ouverte

TK = 50 Q + 200
De gemiddeld variabele kosten zijn
A
proportioneel
B
progressief
C
degressief
D
een combinatie: progressief+degressief

Slide 17 - Quiz

GVK = 680 + 0,02q
De gemiddeld variabele kosten zijn
A
proportioneel
B
progressief
C
degressief
D
een combinatie: progressief+degressief

Slide 18 - Quiz

Koppel de afkorting aan de formule.
TVK / q
TO - TK
GVK + GCK
P x q
TO =
TW =
GTK = 
GVK =

Slide 19 - Question de remorquage

TK = 20q + 3500
Hoeveel bedraagt de GVK en hoeveel bedraagt de TCK?
A
GVK = 3500 en TCK = 20
B
GVK = 20 en GCK = 3500
C
GVK = 20 en TCK = 3500

Slide 20 - Quiz

Variabele kosten
Constante kosten
Totale kosten
Oranje
Blauw
Groen

Slide 21 - Question de remorquage

Marginale opbrengst en marginale kosten
Marginale opbrengst = De extra opbrengst (omzet) wanneer je één product extra produceert

Marginale kosten = de extra kosten wanneer je één product extra produceert
Voor Lisa
MO = € 5
MK = € 2

Slide 22 - Diapositive