Week 3 Les 2 GT2C

Welcome

1 / 15
suivant
Slide 1: Diapositive
EngelsMiddelbare schoolvmbo g, tLeerjaar 2

Cette leçon contient 15 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Welcome

Slide 1 - Diapositive

Today
Homework check
Plural and making Questions
Past simple
Homework

Slide 2 - Diapositive

Homework check
Assignments 12,13,15,16

Slide 3 - Diapositive

How to make words plural?

Slide 4 - Carte mentale

How do you make a question?

Slide 5 - Carte mentale

The Past Simple (verleden tijd)
De past simple gebruik je:
  1. Als iets in het verleden heeft plaatsgevonden
  2. Bij een stelling over het verleden

Voorbeelden:
We walked to school yesterday.
Ayla was a beautiful baby.

Slide 6 - Diapositive

The Past Simple
Hoe zie je of een zin in de past simple staat?
Signaalwoorden:
yesterday
in... (jaartal)
ago
once
the other week
that day
earlier


Slide 7 - Diapositive

The Past Simple
Hoe zie je of een zin in de past simple staat?
Signaalwoorden:
 Last... (year, summer, Wednesday)

Voorbeelden:
Yesterday, we had lunch in the park.
We played cricket last week.


Slide 8 - Diapositive

Past simple
De vorm:
Hij speelt elke dag een videogame.
Hij speelde elke dag een videogame.
Mijn moeder en ik shoppen veel.
Mijn moeder en ik shopten veel.
Rowan loopt altijd hard op woensdag.
Rowan liep altijd hard op woensdag.

Slide 9 - Diapositive

Past simple
De vorm:
Regelmatige en onregelmatige werkwoorden

Regelmatige werkwoorden = -ed achter het werkwoord
onregelmatige werkwoorden = eigen vorm (stampen)


Slide 10 - Diapositive

The past simple
Regelmatig werkwoord voorbeeld: (lopen)
I walked
You walked
He walked
She walked
It walked
We walked
They walked
You walked
They talked to him last month.
My parents talked to him last month

Slide 11 - Diapositive

The past simple
Onregelmatig werkwoord voorbeeld: (vinden)
I found
You found
He found
She found
It found
We found
They found
You found

Slide 12 - Diapositive

The past simple
Spelling:
Als een werkwoord eindigt op een -e, dan voeg je allen -d toe.
Arrive = arrived / Live = Lived

Als een werkwoord eindigt op -y, dan wordt het -ied, de -y vervalt.
marry = married / carry = carried

Als een werkwoord eindigt op een klinker + medeklinker, dan verdubbelt de medeklinker.
Stop = Stopped / plan = planned


Slide 13 - Diapositive

Are there questions?

Slide 14 - Diapositive

Homework
Wat: Maak 13 t/m 16
Hoe: zelfstandig
Hulp: steek je vinger op
Tijd: Tot het einde van de les
Uitkomst: geoefend met de past simple
Klaar: words and phrases A (page 30)

Slide 15 - Diapositive