Chapitre 5 révision
1 / 28
Éléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
bien sûr
A
zelfs
B
natuurlijk
C
sinds
D
slank
Slide 2 - Quiz
voetbal
A
le foot
B
le foet
C
la foot
D
la foet
Slide 3 - Quiz
de vertaling van zelfs is:
Slide 4 - Question ouverte
de ogen
Slide 5 - Question ouverte
de vertaling van beste is
Slide 6 - Question ouverte
de vertaling van "
Slide 7 - Question ouverte
hoe vervoeg een werkwoord in passé composé?
A
avoir + stam
B
er + stam
C
stam
D
avoir + stam + é
Slide 8 - Quiz
stam van een ww op er is
Slide 9 - Question ouverte
stam van (manger)
A
mange
B
mangé
C
mang
D
mangér
Slide 10 - Quiz
voltooid deelwoord is
Slide 11 - Question ouverte
Enes en Madeleine..................(discuter) P.C
Slide 12 - Question ouverte
Tu .....................(demander) P.C
Slide 13 - Question ouverte
bij een mannelijk enkelvoud bijvoeglijk naamwoord komt....... .....erachter
Slide 14 - Question ouverte
bij een mannelijk meervoud bijvoeglijk naamwoord komt....... .....erachter
Slide 15 - Question ouverte
bij vrouwelijk enkelvoud bijvoeglijk naamwoord komt..........erachter
Slide 16 - Question ouverte
bij een vrouwelijk meervoud bijvoeglijk naamwoord komt....... .....erachter
Slide 17 - Question ouverte
le ..........garçon (petit)
Slide 18 - Question ouverte
la ...............maison (grand)
Slide 19 - Question ouverte
les filles sont ...............(petit)
Slide 20 - Question ouverte
les garçon sont ..............(grand)
Slide 21 - Question ouverte
la robe est................(rouge)
Slide 22 - Question ouverte
les pantalons sont .................(gris)
Slide 23 - Question ouverte
la chemise est ...................(gris)
Slide 24 - Question ouverte
les dames sont ...................(français)
Slide 25 - Question ouverte
schrijf in letters
70
70
Slide 26 - Question ouverte
schrijf in letters
80
80
Slide 27 - Question ouverte
schrijf in letters
77
77
