2 Intro les

Welkom allemaal
1 / 19
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 2

Cette leçon contient 19 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Welkom allemaal

Slide 1 - Diapositive

Introductie les
Wat gaan we doen?
- malmberg instellen op je iPad
- welke hoofdstukken zijn er dit jaar
- korte quiz over onderwerpen van vorig jaar en dit jaar

Slide 2 - Diapositive

Malmberg instellen

Slide 3 - Diapositive

Hoofdstukken dit jaar
Ademhaling en verbranding
Voeding en vertering
De bloedsomloop
Voortplanting en seksualiteit
Erfelijkheid en evolutie
Ecologie en duurzaamheid

Slide 4 - Diapositive

Waarom is een koeienmaag veel groter dan de maag van een hond?
A
Koeien krijgen een dikke buik van gras eten
B
Plantaardige voeding is moeilijker verteerbaar.
C
De koe is traag dus verteren duurt langer.
D
Honden zijn alleseters makkelijk verteren.

Slide 5 - Quiz

Met welk Thema starten we dit schooljaar?
A
Bloedsomloop
B
Gezondheid en ziekte
C
Verbranding en ademhaling
D
Voeding en vertering

Slide 6 - Quiz

Wat betekend
Bio-logie

Slide 7 - Carte mentale

Uit welke stof bestaan chromosomen?
A
DNA
B
Genen
C
Mutaties
D
Draden

Slide 8 - Quiz

Nagels kun je knippen, lakken of bijten, maar hoeveel groeit een vingernagel gemiddeld per week?
A
0,1 mm
B
0,7 mm
C
1,1 mm
D
10 mm

Slide 9 - Quiz

Hoeveel procent van het lichaam bestaat uit water?
A
30%
B
50%
C
70%
D
91%

Slide 10 - Quiz

Een levend wezen.
A
orgaan
B
cel
C
biologie
D
organisme

Slide 11 - Quiz

Waaruit bestaan chromosomen uit?
A
Huidcellen
B
DNA en eiwit
C
Celkernen
D
Dierlijke cellen

Slide 12 - Quiz

Je hebt veel bloedvaten. Hoever kom je als je ze allemaal achter elkaar legt?
A
100 km
B
1000 km
C
10.000 km
D
100.000 km

Slide 13 - Quiz

Wat is levend?
A
een boom
B
een deur
C
een lantaarnpaal
D
een herfstblad

Slide 14 - Quiz

Wat is een levensverschijnsel?
A
Leven
B
Levenloos
C
Uitscheiden
D
Stromend water

Slide 15 - Quiz

In welk lichaamsdeel vind je een hamer, aambeeld en een stijgbeugel?
A
Oor
B
Neus
C
Keel
D
Knie

Slide 16 - Quiz

Hoe snel klopt het hart van een gemiddeld persoon?
A
30 slagen / min
B
70 slagen / min
C
120 slagen / min
D
150 slagen / min

Slide 17 - Quiz

Hoeveel liter bloed bevat een gemiddeld menselijk lichaam?
A
1
B
2
C
5
D
10

Slide 18 - Quiz

Afsluiting
Vragen?

Slide 19 - Diapositive